ECLI:NL:OGEAA:2023:293

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
14 november 2023
Publicatiedatum
16 november 2023
Zaaknummer
AUA202301528
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Arbeidsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag op staande voet wegens schending van wachtwoordbeleid en gebruik van UserID

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 14 november 2023 uitspraak gedaan in een verzoek van [verzoekster] tegen ISLAND FINANCE ARUBA N.V. (IFA) betreffende een ontslag op staande voet. [Verzoekster] was sinds 11 januari 2001 in dienst bij IFA als Branch Supervisor en werd op 30 maart 2023 op staande voet ontslagen. De reden voor het ontslag was de schending van de Acceptable Use Policy, waarbij [verzoekster] haar wachtwoord had gedeeld met een collega en haar UserID had gebruikt voor transacties die in strijd waren met de interne regels van IFA.

De procedure begon met een verzoekschrift van [verzoekster] op 19 april 2023, gevolgd door een verweerschrift van IFA op 4 juli 2023. Tijdens de mondelinge behandeling op 19 september 2023 werd besproken dat partijen een minnelijke regeling zouden beproeven, maar dit leidde niet tot een oplossing. Het Gerecht oordeelde dat er voldoende dringende redenen waren voor het ontslag op staande voet, gezien de ernst van de schendingen door [verzoekster].

Het Gerecht heeft vastgesteld dat [verzoekster] haar wachtwoord niet geheim heeft gehouden en dit heeft gedeeld met een collega, wat heeft geleid tot frauduleuze transacties. Ondanks haar lange dienstverband en persoonlijke omstandigheden, oordeelde het Gerecht dat de schendingen van de regels door [verzoekster] zo ernstig waren dat het ontslag gerechtvaardigd was. De verzoeken van [verzoekster] werden afgewezen en zij werd veroordeeld in de proceskosten van IFA.

Uitspraak

Beschikking van 14 november 2023
Behorend bij E.J. nr. AUA202301528
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de zaak van:
[Naam verzoekster],
wonende te Aruba,
verzoekster,
hierna ook te noemen: [verzoekster],
gemachtigde: de advocaat mr. D.G. Kock,
tegen:
de naamloze vennootschap
ISLAND FINANCE ARUBA N.V.,
gevestigd te Aruba,
verweerster,
hierna ook te noemen: IFA,
gemachtigden: de advocaten mr. M.E.D. Brown en mr. A.E. Barrios.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift met producties, ingediend op 19 april 2023;
- het verweerschrift met producties, tevens vordering in reconventie, ingediend op 4 juli
2023.
1.2
De mondelinge behandeling van de zaak heeft plaatsgevonden op 19 september 2023.
[verzoekster] is in persoon ter zitting verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde voornoemd.
IFA is ter zitting verschenen bij haar gemachtigde voornoemd, samen met mevr. [naam country manager]
(
country manager) en dhr. [naam compliance services director] (
compliance services director). Partijen hebben over
en weer, ieder mede aan de hand van een voorgedragen en overgelegde pleitnota, het
woord gevoerd en hebben gereageerd of kunnen reageren op elkaars stellingen. Voorafgaand aan de zitting heeft IFA nog nadere producties in het geding gebracht.
1.3
Zoals ter zitting met partijen besproken, zal het (als verzoek in reconventie aangeduide)
zelfstandig tegenverzoek van IFA overeenkomstig de vaste praktijk van dit Gerecht in een
aparte procedure worden behandeld. Het ontbindingsverzoek is inmiddels door de griffier
aan de ontbindingsrechter ter hand gesteld. Het zelfstandig tegenverzoek ligt in dezen
derhalve niet langer voor.
1.4
Tevens is tijdens de mondelinge behandeling besproken dat partijen een minnelijke
regeling zouden beproeven. Op 3 oktober 2023 heeft IFA bij akte uitlating bericht dat geen
minnelijke regeling is bereikt.
1.5
Beschikking is vervolgens nader bepaald op vandaag.

2.DE FEITEN

2.1
IFA is een onderneming die zich bezig houdt met het verstrekken van geldleningen.
2.2 [
verzoekster] is op 11 januari 2001 in dienst getreden van IFA en was laatstelijk werkzaam als Branch Supervisor tegen een brutoloon van Afl. 1.676,- per quincena. Als Branch Supervisor gaf [verzoekster] mede leiding aan negen werknemers en rapporteerde zij op haar beurt aan de Associate Manager en Branch Manager.
2.3
In het reglement
Acceptable Use Policyvan IFA, dat van toepassing is op de arbeidsovereenkomst tussen partijen, staat onder meer:

1.2 Use of Passwords
(…)
a. Keep passwords secret.
(…)
f. Do not leave passwords written down in work areas, such as under keyboards, etc. CFG team members, consultants and auditors should not disclose their account passwords to others or allow any other person (whether an employee) to use their accounts to access any of the company’s information systems. In turn, users should never use the accounts of other employees to access the company’s information systems.
2.4
Op 23 maart 2023 is [verzoekster] hangende een intern onderzoek naar onregelmatigheden op de werkvloer geschorst met behoud van loon.
2.5
Bij brief van 30 maart 2023 is [verzoekster] door IFA op staande voet ontslagen (hierna: de ontslagbrief). In deze brief staat onder meer als volgt:

(…)
We discussed that the company has ascertained that several payments (so called ACH payments) were made from the company’s bank account to several private bank accounts related to co-worker [naam collega] and persons who are connected to him, instead of to clients. We mentioned that this occurred during the period January 4, 2021, to December 21, 2022. The payments were made using your user ID that can only being accessed through your password.
(…)
During this 2nd meeting, you did admit that you had shared your Daybreak password with co-worker [collega], and you did admit that this is a violation of the Acceptable Use Policy. You further stated during this 2nd meeting that:
- On several occasions you have performed ACH refunds at the request of [collega] without verifying that ACH refund procedures were complied with. This is in violation with Branch Manual.
- You shared your Daybreak password with co-worker [collega].
This is in violation with Acceptable Use Policy.
- You did not report the fact that [collega] had requested you to share your Daybreak password with him, nor that you complied with this request. You could not give any valid reason for sharing your Daybreak password with a co-worker, nor for failing to inform the Company of this request and of the fact that you had complied with his request. (…).
This is in violation to our Code of Ethics and Business Conduct.
- On several occasions when co-worker [collega] was working at branch 1292, you allowed him to perform transactions on your computer with your user ID.
Even so this statement is once again contrary to our records that show that no ACH payments were made with your user ID when said co-worker was working at branch 1292 (before January 2021), one way or the other, such actions would be in violation of the Acceptable Use Policy.
As we mentioned to you, the investigation has confirmed that in addition to the above, the files of the clients for whom payments were made lacked the required documentation such as customers identification and verification of the customer’s bank account. This is in violation of the Branch Manual. Based on the policies it is not allowed to transfer funds to a client without those verifications. Still, money was transferred to the co-worker’s bank account and other bank accounts not being the client’s bank account, using your User ID.
The investigation into the full damages related to the irregularities is still ongoing, but it is clear that it concerns more than Afl. 55.000,- in irregular ACH payments (more than 70) made to these accounts related to [collega], authorized by you or by someone using your password.
Even if your statement that you would not have personally assisted in the process of transferring these funds but that a co-worker performed these on your computer and/or used your password would be correct, with your actions as described above you have severely violated key-responsibilities.
After consideration of all available information, including your previous reprimand related to a fraud investigation, your verbal statements and admissions during our meetings, we have ascertained that you have violated Code of Ethics, in particular Section V – Act with Honesty, Integrity and Trustworthiness sections A, B and C and/or the Acceptable Use Policy, and/or Branch Manual and/you have grossly neglected your duties.
We hereby inform you that the company has decided that, as a result of the fact and your actions as described above (both individually and jointly), both in itself but also in connection with your previous reprimand, the company had lost all trust in you and hereby terminates your employment effective immediately for the urgent reasons mentioned above. (…).
2.6
Bij brief van 31 maart 2023 heeft [verzoekster] zich op de vernietigbaarheid van het ontslag beroepen.
2.7
IFA heeft bij brief van 5 april 2023 aan [verzoekster] bericht dat zij haar beslissing met betrekking tot het ontslag op staande voet handhaaft.

3.HET VERZOEK

3.1 [
verzoekster] verzoekt het Gerecht om bij beschikking, uitvoerbaar bij voorraad:
a. het door IFA aan [verzoekster] verleende ontslag op staande voet van 30 maart 2023 te vernietigen danwel voor recht te verklaren dat het door IFA aan [verzoekster] verleende ontslag op staande voet van 30 maart 2023 terecht is vernietigd;
b. IFA veroordeelt op binnen 5 dagen na betekening van deze uitspraak [verzoekster] in haar gebruikelijke functie weder te werk te stellen, zulks op straffe van een dwangsom Afl. 250,- per dag of gedeelte van een dag dat IFA mocht nalaten aan dit bevel te voldoen;
c. IFA veroordeelt om het salaris van [verzoekster] na 30 maart 2023 te betalen en te blijven doorbetalen zolang het dienstverband van [verzoekster] bij IFA nog voortduurt, vermeerderd met de vertragingsrente van 50%;
d. IFA veroordeelt in de kosten van deze procedure.
3.2 [
verzoekster] grondt haar verzoek erop dat er geen sprake is van een dringende reden die het ontslag op staande voet rechtvaardigt.
3.3
IFA voert verweer en verzoekt het Gerecht om [verzoekster] niet-ontvankelijk te verklaren althans haar vordering af te wijzen, met veroordeling van [verzoekster] in de kosten van de procedure.
3.4
Op de stellingen van partijen zal hierna, voor zover voor de beslissing van belang, worden ingegaan.
4.DE BEOORDELING
4.1
Er zijn feiten noch omstandigheden gesteld die meebrengen dat [verzoekster] niet-ontvankelijk moet worden verklaard in het door haar verzochte. Het verzoek van IFA haar niet-ontvankelijk te verklaren, wordt daarom afgewezen.
4.2 [
verzoekster] heeft in haar inleidend verzoek verzocht IFA te bevelen de opnames van de twee met haar gehouden gesprekken op de voet van artikel 141 Rv of artikel 843a Rv over te leggen. IFA heeft naar aanleiding hiervan aangevoerd dat slechts het eerste gesprek op 23 maart 2023 is opgenomen en de opname met het transcript en een vrije vertaling daarvan overgelegd. Gelet hierop en nu geen grond bestaat om aan te nemen dat ook van het tweede gesprek opnames bestaan, behoeft dit verzoek van [verzoekster] geen verdere bespreking.
Het ontslag op staande voet
4.3
Vast staat dat uit intern onderzoek is gebleken dat in de periode van 17 juni 2009 tot en met eind december 2022 tweehonderd negenenvijftig (259) transacties ter waarde van in totaal Afl. 148.756,75 zijn uitgevoerd waarbij gelden van IFA zijn gestort op de bankrekeningen van [collega], zijn familieleden of vrienden althans met gelden van IFA aflossingen zijn verricht op hun leningen. Van deze tweehonderd negenenvijftig (259) transacties zijn honderdtien (110) transacties uitgevoerd met de UserID van [verzoekster]. Voor IFA is de dringende reden voor het ontslag op staande voet van [verzoekster] gelegen in de omstandigheden dat [verzoekster] (1) haar wachtwoord in strijd met de regels heeft opgeschreven althans niet geheim heeft gehouden, (2) haar wachtwoord met [collega] heeft gedeeld en dit in strijd met de regels niet aan IFA heeft gemeld, (3) heeft toegestaan dat [collega] haar UserID gebruikte om in het systeem van IFA transacties uit te voeren en (4) zelf op verzoek van en voor [collega] transacties heeft uitgevoerd zonder te verifiëren of de geldende procedures daarvoor in acht waren genomen.
4.4
Het Gerecht zijn geen aanknopingspunten gebleken voor het oordeel dat [verzoekster] profijt heeft gehad van het handelen door en voor [collega]. Dit is echter ook niet aan het ontslag ten grondslag gelegd. Het aanbod om [collega] als getuige te horen zal dan ook als niet ter zake dienende worden gepasseerd.
4.5
IFA heeft gesteld en [verzoekster] heeft betwist dat [verzoekster] haar wachtwoord voor Daybreak, de spil van de administratie van IFA waarin alle (privacygevoelige) klantgegevens staan en overboekingsopdrachten worden geregistreerd, met [collega] heeft gedeeld. Of IFA dit verwijt terecht aan [verzoekster] maakt, kan echter in het midden blijven gelet op hetgeen hierna wordt overwogen en aangezien de gemaakte verwijten door IFA zowel gezamenlijk als afzonderlijk aan het ontslag op staande voet ten grondslag zijn gelegd.
4.6
Op grond van het (hiervoor in 2.4 aangehaalde) reglement “Acceptable Use Policy” is het werknemers van IFA, en dus ook [verzoekster], niet toegestaan anderen, collega’s daaronder begrepen, hun account te laten gebruiken om toegang te verkrijgen tot de informatiesystemen van IFA. Vast staat dat [verzoekster] dit reglement meermalen (jaarlijks) ontvangen, zodat zij met de inhoud daarvan bekend is of moet zijn. Desondanks heeft [verzoekster] aan [collega] toegang verschaft tot haar Daybreak account door [collega] op een computer te laten werken waarop zij met haar UserID was ingelogd. Zo heeft [verzoekster] [collega] (zoals zij heeft erkend:) een aantal maal en in elk geval op 23 februari 2023 op haar account laten werken, waar ook Daybreak openstond. Ook staat vast dat [verzoekster] in juni 2022 op verzoek van [collega] vanaf haar account terugbetalingen heeft verricht. Dat [verzoekster] dit, zoals zij ter zitting heeft verklaard) bij haar leidinggevende heeft gemeld, is door IFA betwist en door [verzoekster] niet met voldoende concrete, voor bewijs vatbare, feiten en/of omstandigheden onderbouwd. Het Gerecht gaat aan die stelling dan ook voorbij. [verzoekster] wist, zo volgt uit hetgeen zij heeft aangevoerd, dat dit in strijd was met de binnen IFA geldende regels en zij heeft desgevraagd ook geen reden kunnen geven waarom zij dit (desondanks) aan [collega], die immers ook tot zijn eigen account toegang had, heeft toegestaan. Verder heeft [verzoekster] desgevraagd erkend dat zij de op verzoek van [collega] verrichte overboekingen niet heeft gecontroleerd en niet weersproken dat ook dit in strijd is met de binnen IFA geldende regels dat van overboekingen de klantgegevens moeten worden gecontroleerd en geverifieerd.
4.7
Gelet op haar functie van Branch Supervisor en leidinggevende had van [verzoekster] mogen worden verwacht dat zij niet in strijd met de regels van IFA zou handelen en meer oog voor haar voorbeeldfunctie had gehad. Hoewel in het kader van deze procedure niet is gebleken dat [verzoekster] daadwerkelijk weet had van het frauduleuze handelen door [collega], heeft zij onvoldoende zorg betracht om dergelijk handelen te voorkomen. Dit kan haar temeer worden verweten omdat [verzoekster] door middel van haar account, zoals IFA onweersproken heeft gesteld, zelfstandig (dus zonder medewerking van een collega) overboekingen van gelden kon doen en daardoor [collega] wanneer hij op het account van [verzoekster] zat, eveneens. Zij had daarom niet zonder meer aan de verzoeken van [collega] gehoor mogen geven en zich meer rekenschap moeten gegeven van de daaraan verbonden risico’s en de op haar rustende verplichtingen. Zoals IFA terecht stelt, heeft zij als financiële instelling groot belang bij het door haar werknemers nauwgezet volgen van de procedures.
4.8
Vast staat voorts dat een groot aantal van de door [collega] verrichte frauduleuze overboekingen heeft plaatsgevonden vanaf het account van [verzoekster] (haar UserID) en dat [collega] over het Daybreak wachtwoord van [verzoekster] heeft beschikt. [verzoekster] heeft betwist dat zij dit wachtwoord aan hem heeft gegeven en het Gerecht zijn onvoldoende aanknopingspunten gebleken voor het oordeel dat dit wel zo is. [verzoekster] kan echter wel worden verweten dat [collega] van haar wachtwoord gebruik heeft kunnen maken. Vast staat dat [verzoekster] haar wachtwoord op haar bureaukalender schreef. Volgens IFA lag deze kalender op haar bureau en was het wachtwoord open en bloot te zien. [verzoekster] heeft betwist dat de kalender op haar bureau lag. Volgens haar lag de kalender in de lade van haar bureau. Dat zij deze lade op slot deed, zoals [verzoekster] ter zitting heeft verklaard, is evenwel door IFA betwist. Daarom kan niet van de juistheid van die enkele stelling worden uitgegaan. Gelet hierop en nu [verzoekster] evenmin heeft weersproken dat haar wachtwoord op de kalender eenvoudig zichtbaar en als zodanig herkenbaar was, heeft zij met betrekking tot haar wachtwoord onvoldoende zorgvuldigheid betracht en aldus haar wachtwoord niet geheim gehouden. Zoals bij [verzoekster] bekend, mogen op grond van de regels binnen IFA wachtwoorden niet in schrift op de werkplek worden achterlaten. Dit heeft [verzoekster] wel gedaan. Het risico dat IFA door middel van haar strikte regels omtrent het gebruik van wachtwoorden heeft willen voorkomen, heeft zich daardoor verwezenlijkt. En hoewel aan [verzoekster] kan worden toegegeven dat niet ongebruikelijk is dat werknemers hun wachtwoorden opschrijven teneinde deze te kunnen onthouden, had zij, zeker gelet op haar functie en de daarbij behorende verantwoordelijkheden en bevoegdheden (zoals als gezegd het vanaf haar account zelfstandig kunnen overboeken van gelden), ervoor moeten zorgen dat haar wachtwoord niet zo eenvoudig te vinden was.
4.9
Het voorgaande brengt mee dat IFA zich terecht op het standpunt stelt dat [verzoekster] door haar handelen grovelijk haar plichten als Branch Supervisor heeft veronachtzaamd en dat sprake is van een dringende reden voor ontslag op staande voet. De persoonlijke omstandigheden van [verzoekster] (een dienstverband van tweeëntwintig jaar en 43 jaar oud), afgezet tegen de aard en ernst van de dringende reden, leidt niet tot een ander oordeel. Daarbij is mede van belang dat [verzoekster] al enige tijd ander werk heeft en zij niet heeft weersproken dat zij niet de kostwinner is van haar gezin.
4.1
Het voorgaande brengt mee dat de verzoeken van [verzoekster] zullen worden afgewezen.
Proceskosten
4.11 [
verzoekster] zal als in de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van de procedure aan de zijde van IFA gevallen. Deze kosten worden tot op heden begroot op Afl. 2.500,- (2 punten tarief 5) aan gemachtigdensalaris.
5.DE BESLISSING
Het Gerecht:
5.1
wijst het gevorderde af;
5.2
veroordeelt [verzoekster] in de proceskosten aan de zijde van IFA gevallen en tot op heden begroot op Afl. 2.500,- aan gemachtigdensalaris.
Deze beschikking is gegeven door mr. T.A.M. Tijhuis, rechter in dit Gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting op 14 november 2023 in aanwezigheid van de griffier.
Datum uitspraak: 14 november 2023
Instantie: Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Zaaknummer: E.J. nr. AUA202301528
Inhoudsindicatie: EJ. Arbeid. Dringende reden voor ontslag op staande voet. Strikte regels omtrent het gebruik van wachtwoorden/UserID geschonden.
Rechtsgebieden: Civiel; Arbeidsrecht
Rechter: mr. T.A.M. Tijhuis
Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg – enkelvoudig