ECLI:NL:OGEAA:2023:259

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
29 maart 2023
Publicatiedatum
25 oktober 2023
Zaaknummer
AUA201904437
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verklaring voor recht inzake erfgrens en gemeenschappelijk eigendom van muur

In deze bodemzaak, uitgesproken door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 29 maart 2023, is een verklaring voor recht gevraagd met betrekking tot de erfgrens tussen twee percelen en de gemeenschappelijke eigendom van een muur. De procedure is gestart door de eiser in conventie, vertegenwoordigd door advocaat mr. D.G. Kock, tegen de gedaagde in conventie, vertegenwoordigd door advocaat mr. N.G. Booi. De zaak heeft een lange voorgeschiedenis, waarbij eerdere tussenvonnissen zijn uitgesproken op 13 oktober 2021 en 9 februari 2022, waarin de deskundige werd benoemd om de kosten van de muur te beoordelen. De deskundige heeft bevestigd dat de kosten van de muur in 2014 Afl. 36.747,-- bedroegen. De rechter heeft geoordeeld dat de muur gemeenschappelijk eigendom is van beide partijen en dat de erfgrens op of onder de volle lengterichting van de muur ligt. De gedaagde in conventie is veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan de eiser in conventie, en de verweerder in reconventie is ook veroordeeld tot betaling van de helft van de bouw- en onderhoudskosten van de muur. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

Vonnis van 29 maart 2023
Behorend bij A.R. no. AUA201904437
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS in de zaak van:
[naam eiser in conventie, verweerder in reconventie]
te Aruba,
eiser in conventie, verweerder in reconventie,
hierna ook te noemen: [eiser in conventie, verweerder in reconventie],
gemachtigde: de advocaat mr. D.G. Kock,
tegen:
[naam gedaagde in conventie, eiser in reconventie],
te Aruba,
gedaagde in conventie, eiser in reconventie,
hierna ook te noemen: [gedaagde in conventie, eiser in reconventie],
gemachtigde: de advocaat mr. N.G. Booi.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure tot 24 augustus 2022 blijkt uit het tussenvonnis van dit Gerecht van die datum. Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:
-de bij partijen genoegzaam bekende op 26 november 2022 ter griffie ingediende aanvulling/verduidelijking door de door het Gerecht benoemde deskundige op/van zijn op 15 maart 2022 ingediende rapport;
-de door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 14 december 2022 genomen akte houdende uitlatingen naar aanleiding van voormelde aanvulling/verduidelijking, met (niet ter zake doende) producties;
-de door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] op 14 februari 2023 genomen contra-akte.
1.2
Vonnis is bepaald op heden.

2.DE VERDERE BEOORDELING

in conventie en in reconventie

2.1
Het Gerecht volhardt in zijn in de tussenvonnissen neergelegde overwegingen en beslissingen.
in reconventie
2.2
Ingevolge het laatste tussenvonnis diende de deskundige ter aanvulling op het door hem uitgebrachte rapport schriftelijk kenbaar te maken of de door hem geraamde kosten van de bouw van de muur, te weten ad Afl. 36.747,--, zien op de bouw van de muur in 2014 of op de bouw van de muur in 2022. Die duidelijkheid heeft de deskundige verschaft. De deskundige heeft te kennen gegeven dat de door hem begrote kosten zien op de bouw van de muur in 2014.
2.3
Onder verwijzing naar rechtsoverweging 4.9 van het tussenvonnis van 13 oktober 2021 in verbinding met rechtsoverweging 2.3 van het tussenvonnis van 9 februari 2022 brengt vorenstaande met zich dat [eiser] zijn stelling, dat de bouw van de muur in 2014 Afl. 38.121,77 heeft gekost, heeft kunnen bewijzen ten belope van het door de deskundige vastgestelde bedrag ad Afl. 36.747,--. In zoverre zal de in het tussenvonnis van 13 oktober 2021 onder i. omschreven vordering van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] op dit onderdeel worden toegewezen als na te melden. Er zijn geen feiten of omstandigheden (tijdig) gesteld die te dezen een andere uitkomst kunnen dragen.
2.4 [
eiser in conventie,verweerder in reconventie] zal, als de overwegend in het ongelijk gesteld partij, worden veroordeeld in de kosten van deze reconventionele procedure gevallen aan de zijde van [eiser] waaronder begrepen dat door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] voorgeschoten kosten van de deskundige tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 250,-- aan verschotten (kosten deskundigenbericht) en Afl. 2.500,-- aan salaris gemachtigde (2,5 punten van tarief 4, ad Afl. 1.000,-- per punt).
in conventie
2.5 [
gedaagde in conventie] zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de kosten van de conventionele procedure gevallen aan de zijde van [eiser in conventie, verweerder in reconventie], tot aan deze uitspraak begroot op (450,-- + 202,74 =) Afl. 652,74 aan verschotten (griffiegeld en oproepkosten) en Afl. 2.500,-- aan salaris gemachtigde (2 punten van tarief 5, ad Afl. 1.250,-- per punt).

3.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
in conventie
-bepaalt op de voet van artikel 5:47 BW dat de erfgrens tussen de percelen van partijen is gelegen op of onder de volle lengterichting van de muur;
-verklaart voor recht dat de muur gemeenschappelijk eigendom is van partijen en aldus mandelig is;
-veroordeelt [gedaagde in conventie] in de conventionele proceskosten van [eiser], tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 2.750,--;
in reconventie
-verklaart voor recht dat [verweerder in reconventie] de helft van bouwkosten van de muur, te weten (36.747,-- : 2 =) Afl. 18.373,50, moet betalen aan [eiser]
;
-verklaart verder voor recht dat [verweerder in reconventie] de helft van de onderhoudskosten van de muur moet betalen;
-veroordeelt [verweerder in reconventie] in de reconventionele proceskosten van [eiser in reconventie], tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 2.500,--;
in conventie en in reconventie
-verklaart voormelde proceskostenveroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 29 maart 2023 in tegenwoordigheid van de griffier.