ECLI:NL:OGEAA:2023:229

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
7 juni 2023
Publicatiedatum
13 oktober 2023
Zaaknummer
AUA202001313
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Boedelscheiding en vereffening van nalatenschap met betrekking tot minderjarige

In deze bodemzaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, betreft het een boedelscheiding en de vereffening van een nalatenschap waarbij een minderjarige betrokken is. De zaak is op 7 juni 2023 behandeld, na eerdere procedures en een tussenvonnis op 15 maart 2023. In het tussenvonnis werd verzocht om bepaalde documenten, waaronder een bericht van de Dienst Informatie en Planning (DIP) over de toestemming voor overdracht van huurrecht en een overzicht van belastingschulden. Deze documenten zijn echter niet overgelegd, wat de voortgang van de zaak beïnvloedt.

De eiseres, die handelt als wettelijk vertegenwoordiger van de minderjarige, heeft op 12 april 2023 een akte met stukken ingediend, terwijl de gedaagde op 17 mei 2023 een akte uitlating heeft ingediend. Het Gerecht heeft vastgesteld dat de nalatenschap door een van de erfgenamen beneficiair is aanvaard, wat betekent dat de vereffening van de nalatenschap moet plaatsvinden. Beide partijen zijn aangewezen als vereffenaars en het Gerecht heeft hen aangeraden om een notaris in te schakelen voor de vereffening.

De verdeling van de nalatenschap kan pas plaatsvinden na voltooiing van de vereffening. Het Gerecht heeft de zaak aangehouden en verwezen naar de parkeerrol van 13 december 2023 voor een update over de stand van zaken met betrekking tot de vereffening en het al dan niet doorprocederen door partijen. In afwachting van verdere berichten van partijen is iedere verdere beslissing aangehouden.

Uitspraak

Vonnis van 7 juni 2023 (bij vervroeging)
Behorend bij A.R. no. AUA202001313
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
[eiseres],handelend als wettelijk vertegenwoordiger van de minderjarige
[minderjarige],
wonende te Aruba,
eiseres,
hierna te noemen: [eiseres],
gemachtigde: de advocaat mr. M.M. Malmberg,
tegen:
[gedaagde],
wonende te Aruba,
gedaagde,
hierna ook te noemen: [gedaagde],
gemachtigde: de advocaat mr. D.M. Canwood.

1.DE VERDERE PROCEDURE

1.1
Het verdere verloop van de procedure blijkt uit het tussenvonnis van 15 maart 2023 en de daarin genoemde stukken.
1.2
Naar aanleiding van voormeld tussenvonnis heeft [eiseres] op 12 april 2023 een akte overlegging stukken, met producties, ingediend en [gedaagde] op 17 mei 2023 een akte uitlating.
1.3
Vonnis is vervolgens bepaald op vandaag.

2.DE VERDERE BEOORDELING

2.1
Het Gerecht stelt vast dat, anders dan in het tussenvonnis van 15 maart 2023 is verzocht, geen bericht van DIP is overgelegd waaruit blijkt dat toestemming wordt verkregen om het huurrecht aan een derde over te dragen. Evenmin is overgelegd het verzochte (met stukken onderbouwde) overzicht van de belastingschulden en in hoeverre deze zijn voldaan en door wie/met welk geld, alsmede stukken waaruit blijkt op welke bankrekening de niet verrekende belastingteruggaven zijn betaald.
2.2
Overeenkomstig hetgeen (verder) bij tussenvonnis van 15 maart 2023 was verzocht, heeft [eiseres] in haar voornoemde akte overlegging stukken gesteld de nalatenschap van de erflater namens [minderjarige] beneficiair te hebben aanvaard. Ter onderbouwing van deze stelling heeft zij een Verklaring nalatenschap van 11 april 2023 overgelegd.
2.3
Nu de nalatenschap door een van de erfgenamen onder het voorrecht van boedelbeschrijving is aanvaard, heeft dat tot gevolg dat vereffening van de nalatenschap dient plaats te vinden. Feiten en/of omstandigheden die tot het oordeel leiden dat vereffening achterwege kan blijven (zoals dat sprake is van een positief saldo) zijn (onder meer bij gebreke aan de hiervoor in 2.1 genoemde stukken) niet gebleken. Zowel [eiseres] als wettelijk vertegenwoordiger van [minderjarige], als [gedaagde] zijn vereffenaar. Zij zullen deze taak dan ook ter hand moeten nemen. Het Gerecht geeft partijen in overweging om zich in dat kader tot een notaris te wenden.
2.4
De verdeling van de nalatenschap kan pas plaatsvinden nadat de vereffening is voltooid. Het Gerecht zal daarom de zaak aanhouden in afwachting van het (met stukken onderbouwde) bericht van partijen dat de vereffening heeft plaatsgevonden. Indien en voor zover dan nog aan de orde, zal de verdeling plaatsvinden met inachtneming van hetgeen in het tussenvonnis van 15 maart 2023 ten aanzien van de verdeling is overwogen.
2.5
In afwachting van het nadere bericht van partijen zal iedere verdere beslissing worden aangehouden en de zaak naar de parkeerrol van woensdag 13 december 2023 worden verwezen voor uitlating over de stand van zaken van de vereffening en het al dan niet doorprocederen door partijen.

3.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
3.1
verwijst de zaak naar
de parkeerrol van woensdag 13 december 2023voor uitlating door partijen, een en ander zoals hiervoor in 2.5 is overwogen;
3.2
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. T.A.M. Tijhuis, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 7 juni 2023 in tegenwoordigheid van de griffier.