ECLI:NL:OGEAA:2023:227

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
7 juni 2023
Publicatiedatum
13 oktober 2023
Zaaknummer
AUA202103264
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verdeling van een nalatenschap met betrekking tot het overleggen van benodigde documenten

In deze bodemzaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is de procedure gestart met eisers [eiser 1] en [eiseres 2], vertegenwoordigd door hun advocaat mr. D.G. Croes, tegen gedaagden [gedaagde 1], [gedaagde 2], [gedaagde 3] en [gedaagde 4]. De zaak betreft de verdeling van een nalatenschap, waarbij partijen in een tussenvonnis van 8 maart 2023 zijn verzocht om verschillende documenten en gegevens te overleggen. Dit omvat onder andere verklaringen van erfrecht en financiële overzichten van de erflater en erflaatster.

Tijdens de zitting op 7 juni 2023 heeft het Gerecht vastgesteld dat de gevraagde documenten door eisers niet zijn overgelegd, ondanks eerdere verzoeken. Het Gerecht heeft daarom besloten om de zaak opnieuw naar de rol te verwijzen, zodat partijen de gelegenheid krijgen om de in het tussenvonnis opgesomde gegevens en stukken alsnog te overleggen. De rol van de zaak is vastgesteld op 5 juli 2023, waarbij het Gerecht iedere verdere beslissing aanhoudt totdat de benodigde documenten zijn ingediend.

Deze uitspraak benadrukt het belang van het tijdig overleggen van relevante stukken in een procedure omtrent de verdeling van een nalatenschap, en de noodzaak voor partijen om aan de verzoeken van de rechter te voldoen om de voortgang van de zaak te waarborgen.

Uitspraak

Rolbeschikking 7 juni 2023
Behorend bij AR nr. AUA202103264
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
ROLBESCHIKKING
in de zaak van:

1.[naam eiser 1],

wonende te Aruba,
hierna te noemen: [eiser 1],
2. [naam eiseres 2],
wonende te Aruba,
hierna te noemen: [eiseres 2],
eisers,
gemachtigde: de advocaat mr. D.G. Croes,
tegen:

1.[naam gedaagde 1],

wonende te Aruba,
hierna te noemen: [gedaagde 1],
procederend in persoon,
2. [naam gedaagde 2],
wonende te Aruba,
hierna te noemen: [gedaagde 2],
procederend in persoon,
3. [naam gedaagde 3],
zonder bekende woon- en/of verblijfplaats in Aruba,
hierna te noemen: [gedaagde 3],
niet verschenen,
4. [naam gedaagde 4],
zonder bekende woon- en/of verblijfplaats in Aruba,
hierna te noemen: [gedaagde 4],
procederend in persoon,
gedaagden.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 8 maart 2023 en de daarin genoemde stukken;
- de vervolgens namens eisers overgelegde, op 11 januari 2023 gedateerde akte
uitlating.
1.2
Vervolgens is rolbeschikking bepaald op vandaag.

2.DE BEOORDELING

2.1
Bij voormeld tussenvonnis van 8 maart 2023 zijn partijen in de gelegenheid gesteld bij akte de volgende stukken te overleggen:
- door [gedaagde 1] van de adresgegevens van [gedaagde 3],
- door eisers de verklaringen van erfrecht met betrekking tot de erflater en de erflaatster en een afschrift met de banksaldi van de erflater en de erflaatster,
- door [gedaagde 2] de overzichten zoals in 4.5 van dat vonnis omschreven;
- door de meest gerede partij of door partijen ieder voor zich van een overzicht van de begrafeniskosten,
- door de meest gerede partij een taxatierapport zoals in 4.7 van het vonnis overwogen.
2.2
Tevens is in dat vonnis overwogen dat, zoals eerder met partijen besproken, van de zijde van eisers de verklaringen van erfrecht met betrekking tot de erflater en de erflaatster in het geding moeten worden gebracht, dat na afloop van de comparitie (bij akte uitlating van 11 januari 2023) namens [eiser 1] en [eiseres 2] een door de ambtenaar van de Dienst Burgerlijke Stand en Bevolkingsregister opgesteld overzicht van 14 november 2022 met betrekking tot de erflaatster in het geding is gebracht, dat dit echter geen verklaring van erfrecht is en dat ook de verklaring van erfrecht met betrekking tot de erflater is niet in het geding gebracht. [eiser 1] en [eiseres 2] zijn daarom in de gelegenheid gesteld deze stukken alsnog te overleggen.
2.3
Namens [eiser 1] en [eiseres 2] is op 5 april 2023 echter opnieuw de akte uitlating van 11 januari 2023 in het geding gebracht. De verzochte verklaringen van erfrecht zijn ook nu niet ontvangen. Evenmin zijn de overigens verzochte gegevens en stukken in het geding gebracht.
2.4
Het Gerecht zal daarom de zaak opnieuw en voor de laatste maal naar de rol verwijzen teneinde partijen in de gelegenheid te stellen de in het tussenvonnis van 8 maart 2023 opgesomde gegevens en stukken te overleggen.
2.5
In afwachting hiervan zal iedere verdere beslissing worden aangehouden.

5.DE BESLISSING

Het Gerecht:
5.1
verwijst de zaak naar
de rol van woensdag 5 juli 2023voor akte door partijen zoals in het tussenvonnis van 8 maart 2023 is overwogen en beslist;
5.2
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. T.A.M. Tijhuis, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 7 juni 2023 in aanwezigheid van de griffier.