In deze zaak, die op 8 september 2023 door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba is behandeld, heeft de naamloze vennootschap [Naam N.V.] een kort geding aangespannen tegen de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [Naam V.B.A.]. De eiseres, [N.V.], stelt dat het gebruik van de naam '[die naam]' door [V.B.A.] als onderdeel van haar handelsnaam verwarringsgevaar oplevert. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 12 juli 2023 werd ingediend, gevolgd door een mondelinge behandeling op 25 augustus 2023. Tijdens deze zitting hebben beide partijen hun standpunten toegelicht, waarbij [N.V.] werd vertegenwoordigd door haar directeur en advocaten, en [V.B.A.] door haar directeur en advocaat.
De feiten van de zaak zijn als volgt: [N.V.] exploiteert sinds 2009 een Italiaans restaurant onder de naam '[die naam]’s naam restaurant]'. [V.B.A.] is opgericht door [vrouw] in 2021 en exploiteert ook een Italiaans restaurant. Eerder is door het Gerecht bepaald dat het merk '[die naam]’s naam restaurant]' van [N.V.] nietig is verklaard, maar [V.B.A.] heeft sindsdien de naam '[V.B.A.] [x die naam]' gebruikt, wat volgens [N.V.] verwarring veroorzaakt bij het publiek.
Het Gerecht heeft geoordeeld dat [N.V.] voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat het gebruik van '[die naam]' door [V.B.A.] verwarringsgevaar met zich meebrengt. Het Gerecht heeft [V.B.A.] bevolen om binnen drie werkdagen na betekening van het vonnis het gebruik van '[die naam]' te staken, op straffe van een dwangsom. Tevens is [V.B.A.] veroordeeld in de proceskosten van [N.V.]. Dit vonnis is uitgesproken door mr. T.A.M. Tijhuis.