ECLI:NL:OGEAA:2023:175

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
30 augustus 2023
Publicatiedatum
7 september 2023
Zaaknummer
AUA202200993
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van een bedrag in het kader van een Private Condominium Purchase and Construction Agreement

In deze zaak vordert de eiser, een in Canada woonachtige persoon, betaling van een bedrag van US$ 15.278,05 van de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [NAAM VBA] en de gedaagde, die beiden op Aruba zijn gevestigd. De vordering is gebaseerd op een Private Condominium Purchase and Construction Agreement die op 13 november 2017 is aangegaan tussen de eiser en [VBA]. De overeenkomst betreft de ontwikkeling en verkoop van Condominium #3, waarbij de gedaagde als directeur en enig aandeelhouder van [VBA] fungeert. De eiser heeft de koopprijs van US$ 238.000,-- in termijnen betaald, waarvan de laatste termijn bij voltooiing van fase 1 van het project moest worden voldaan.

De eiser heeft gesteld dat hij verschillende facturen heeft uitgebracht aan de vereniging van eigenaren van het project, die samen het gevorderde bedrag vormen. De gedaagden hebben bezwaar gemaakt tegen de vermeerdering van eis door de eiser, wat door het Gerecht gegrond werd bevonden. Het Gerecht heeft geoordeeld dat de vermeerdering van eis een nieuwe grondslag betreft die onvoldoende is besproken in het partijdebat, en heeft deze buiten beschouwing gelaten.

Het Gerecht heeft vastgesteld dat de eiser geen vorderingsrechten heeft op de gedaagden, omdat hij zelf heeft aangegeven dat de vereniging van eigenaren zijn schuldenaar is. De vordering van de eiser is afgewezen, en hij is veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van de gedaagden, die zijn begroot op Afl. 2.500,-- aan salaris voor de gemachtigde. De uitspraak is gedaan door mr. A.H.M. van de Leur op 30 augustus 2023.

Uitspraak

Vonnis van 30 augustus 2023
Behorend bij A.R. nr. AUA 202200993
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
[Naam eiser],
te Canada, voor deze zaak gedomicilieerd ten kantore van zijn hierna genoemde in Aruba gevestigde advocaat,
eiser, hierna ook te noemen: [eiser],
gemachtigde: de advocaat mr. C.R.O. Richardson,
tegen:
de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[NAAM VBA],
hierna ook te noemen: [VBA],
en
[Naam gedaagde],
hierna ook te noemen: [gedaagde],
beiden te Aruba,
gedaagden, hierna gezamenlijk ook te noemen: [VBA] c.s.,
gemachtigde: de advocaat mr. D.G. Illes.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift met producties, ingediend ter griffie op 14 april 2022;
  • de conclusie van antwoord, met producties;
  • de conclusie van repliek tevens houdende een akte tot vermindering en vermeerdering van eis, met producties;
  • de conclusie van dupliek.
1.2 [
VBA] c.s. hebben bezwaar gemaakt tegen de door [eiser] beoogde vermeerdering van eis op de grondslag van derving van huurinkomsten. Dat bezwaar oordeelt het Gerecht gegrond, omdat het te dezen gaat om een volstrekt nieuwe aanvullende grondslag met betrekking tot welke het partijdebat in onvoldoende mate is gevoerd. Het in dit verband laten plaatsvinden van een extra schriftelijke ronde levert onredelijke vertraging op van de zaak, hetgeen niet valt te verenigen met de eisen van een goede procesorde. De hier besproken door [eiser] beoogde vermeerdering van eis blijft buiten beschouwing.
1.3
De bij partijen genoegzaam bekende door [eiser] verminderde eis wordt - en dat behoeft geen betoog - wel toegelaten.
1.4
Vonnis is bepaald op heden.

2.DE FEITEN

2.1
Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet of onvoldoende bestreden alsmede op grond van overgelegde producties voor zover niet of onvoldoende bestreden staat onder meer het volgende vast tussen partijen.
2.2
Op 13 november 2017 is [eiser] een Private Condominium Purchase and Construction Agreement aangegaan met [VBA] (hierna: de overeenkomst), waarvan [gedaagde] directeur en enig aandeelhouder is.
2.3
De overeenkomst ziet op de ontwikkeling en verkoop door [VBA] aan [eiser] van Condominium # 3 (hierna: Condo 3) als onderdeel van het project genaamd [naam project] (hierna: het Project). De door [eiser] aan [naam VBA] te betalen koopprijs voor Condo 3 bedroeg US$ 238.000,--, te betalen in zes termijnen, waarvan de laatste (10% van de koopsom) moest worden betaald bij voltooiing van fase 1 van het Project, waaronder begrepen Condo 3.
2.4 [
gedaagde] heeft aan [eiser] op enig moment te kennen gegeven dat fase 1 van het Project in begin 2021 voltooid was. Omdat [eiser] toen niet vanuit Canada kon overkomen naar Aruba heeft daaropvolgend de overdracht van Condo 3 aan [eiser] plaatsgevonden middels een volmacht aan de instrumenterende notaris.
2.5 [
eiser] heeft met betrekking tot het Project als bijlage bij zijn hierna onder 2.10 vermelde email vier facturen uitgebracht aan het bestuur van de hierna onder 2.7 genoemde [VERENIGING], te weten één ter zake van “
pavers installation” goed voor US$ 8.608,87; één ter zake van “
irrigation installation” goed voor US$ 2.841,98, één ter zake van “
Walk Way construction” goed voor US$ 3.827,20 en één ter zake van “
Completion building” goed voor US$ 11.189,87. De drie eerstgenoemde facturen (hierna: de drie facturen) zijn tezamen goed voor US$ 15.278,05, ofwel het thans door [eiser] in hoofdsom gevorderde bedrag.
2.6.1
Het bedrag US$ 11.189,87 in voormelde laatstgenoemde factuur betrof een lening of voorschot van [eiser] aan [VBA] voor de afronding van het Project. Met betrekking tot de terugbetaling van die lening of dat voorschot laat [eiser] op 31 mei 2021 aan [gedaagde] het volgende weten:

You’ll have one year to pay me back. I don’t want no interest. It’s a non interest bearing loan. Whenever you can pay me you pay me back and I am happy. (…).”.
2.6.2
Voormelde lening ad US$ 11.189,87 is door [VBA] aan [eiser] voldaan op 1 juli 2022.
2.7
Zoals gebruikelijk bij condominiums en appartementsrechten bestaat er met betrekking tot het Project een [naam vereniging] (hierna: de [vereniging]), ofwel in het Engels “
[vereniging]” ([vereniging]). Op of omstreeks 10 juli 2021 heeft een vergadering van de [vereniging] plaatsgevonden. Gedurende die vergadering, aan welke [eiser] heeft deelgenomen, werd de “
front area” van het Project besproken. De leden van de [vereniging], waaronder ook [eiser], wensten een verfraaiing van die front area.
2.8
Op 12 augustus 2021 heeft wederom een vergadering van de [vereniging] plaatsgevonden. Van die vergadering is onder meer het volgende genotuleerd:

Mr [eiser] does not want to waste time with the quotations so Mr. [eiser] just want the work to be done.
Mr. [eiser] finds that the members of the [vereniging] that benefit from the front improvements must pay him back for the advancements of the funds.
(…)
[gedaagde] suggest we make a statement or make it clear to Mr. [eiser] that he will be financing the plants, Pavers, Walkway and Irrigation and that when it’s finished the cost get split by the homeowners.
(…).”.
2.9
Bij een aan [eiser] gericht schrijven van 12 augustus 2021 hebben de “
[project]” het volgende aan hem te kennen gegeven:

A consensus has been reached in the meeting of Wednesday August 12th 2021 between the [vereniging]/[vereniging] board members and the individual homeowners of Condominiums #1, #2, #4 and #5 of the [project] to accept your offer.
Mr. [eiser], you, as homeowner of Condo #3 of the [project] (…), have offered on this date, August 12th 2021, to bear the costs of the improvements reached by resolution during the General meeting on Saturday, July 10, 2021 which are the following (concerning the front area):
Irrigation
Tiled Walkways
Parking area pavers
Plants
This approval is based upon the following conditions:
1) Your statement of the approximate cost being between USD $5,000 – USD $7,000.
2) The reimbursement by each individual home owner, would be based on whether or not the respective homeowner like the end result of the improvements.
3) The supervision of alle improvements will be guided by Mr.[gedaagde]
Please confirm your agreement by return email at you earliest convenience so that work can proceed.”.
2.1
De aan het bestuur van de [vereniging] gerichte email van [eiser] van 23 november 2021 vermeldt onder meer het volgende:

The first invoice is my own to be paid by condo3
The parking and irrigation is to be paid by [vereniging]
(…)
Please if you can advise how and when those are going to be paid
The finishing of the building is [VBA] realestate mr [gedaagde] s charges
(…).”.
2.11
Als bijlagen bij die email gingen vier documenten, te weten (en geheten):

Walk way Bubali invoice
Installation pavers Bubali invoice
Irrigation Bubali invoice
Completion buiding Bubali invoice
2.12
Bij schrijven van 3 februari 2022 heeft de gemachtigde van [eiser] [VBA] en [gedaagde] onder termijnstelling aangemaand/gesommeerd tot betaling van US$ 27.972,92.

3.HET GESCHIL

3.1 [
eiser] vordert dat het Gerecht bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad [VBA] c.s. hoofdelijk veroordeelt:
I. om aan [eiser] te betalen US$ 15.278,05, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 1 juli 2021 tot aan de algehele voldoening;
II. in de proceskosten.

4.DE BEOORDELING

4.1 [
eiser] grondt zijn vordering op de stelling dat hij het thans in hoofdsom gevorderde bedrag, zijnde het totaal van de drie facturen zoals hiervoor omschreven onder 2.5, heeft geleend of voorgeschoten aan [VBA] en [gedaagde]. Die stelling is in het licht van het gemotiveerde verweer van [VBA] zonder nadere doch niet gegeven heldere onderbouwing niet begrijpelijk en wordt daarom gepasseerd. Uit de hiervoor omschreven feitelijkheden blijkt immers dat [eiser] gedurende de [vereniging] van 12 augustus 2021 de [vereniging] heeft toegezegd dat hij de kosten van de werkzaamheden zoals omschreven in die facturen zal voorschieten terwijl hij het bestuur van de [vereniging] per de hiervoor onder 2.20 vermelde email bericht dat de [vereniging] die door [eiser] voorgeschoten bedragen moet terugbetalen. Aldus gaat [eiser] er zelf vanuit dat de [vereniging] te dezen zijn schuldenaar is, en - anders dan met betrekking tot de door [VBA] op 1 juli 2022 aan [eiser] terugbetaalde geldlening - niet [VBA] en/of [gedaagde].
4.2
Vorenstaande leidt reeds tot de slotsom dat [eiser] geen vorderingsrechten heeft op [VBA] c.s., zodat zijn tegen hen ingestelde rechtsvorderingen moeten worden afgewezen. Er zijn geen feiten of omstandigheden gesteld die een ander oordeel kunnen dragen. Met name volgt het Gerecht [eiser] niet in zijn stelling dat [gedaagde] op grond van proceseconomische redenen moet worden vereenzelvigd met met de [vereniging].
4.3 [
eiser] zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden verwezen in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van [VBA] c.s., tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 2.500,-- aan salaris voor de gemachtigde (2 punten, tarief 5). Hierbij wordt nog overwogen dat [VBA] weliswaar hangende deze procedure tot terugbetaling is overgaan van het door haar van [eiser] geleende bedrag ad US$ 11.189,87 (hetgeen [eiser] zijn eis heeft doen verminderen), maar gebleken is dat [eiser] deze procedure heeft ingesteld (op 14 april 2022) terwijl de terugbetaling van dat bedrag blijkens rechtsoverweging 2.6.1 nog niet opeisbaar was. In die omstandigheid ziet het Gerecht aanleiding om deze kwestie met betrekking tot de begroting van de proceskosten buiten beschouwing te laten.

5.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
-wijst af het door [eiser] verzochte;
-veroordeelt [eiser] in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van [VBA] c.s., tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 2.500,-- aan salaris voor de gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 30 augustus 2023 in aanwezigheid van de griffier.
Datum uitspraak: 30 augustus 2023
Instantie: gerecht in eerste aanleg van Aruba
Zaaknummer: A.R. nr. AUA202200993
Inhoudsindicatie: Civiel. Vordering.
Formele relaties (optioneel):
Rechtsgebieden: Civiel
Rechter: mr. A.H.M. van de Leur
Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg - enkelvoudig