ECLI:NL:OGEAA:2023:154

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
18 juli 2023
Publicatiedatum
11 augustus 2023
Zaaknummer
AUA202204387
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onregelmatig en kennelijk onredelijk ontslag van werknemer door werkgever

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 18 juli 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een werknemer, aangeduid als [verzoeker], en zijn werkgever, Benjamin Security Services N.V. De werknemer was op 11 april 2019 in dienst getreden en werd op 17 juni 2022 op staande voet ontslagen. De werkgever stelde dat de werknemer slapend was aangetroffen in zijn auto tijdens werktijd, wat volgens hen een dringende reden voor ontslag opleverde. De werknemer betwistte dit en voerde aan dat hij door medicatie in slaap was gevallen en dat er geen waarschuwing was gegeven voor zijn gedrag. Het Gerecht oordeelde dat het ontslag onregelmatig was, omdat de werkgever geen geldige dringende reden had aangetoond. De rechter wees de vorderingen van de werknemer toe, waaronder schadevergoeding en betaling van niet genoten vakantiedagen. Het Gerecht concludeerde dat de beëindiging van de arbeidsovereenkomst kennelijk onredelijk was, gezien de gevolgen voor de werknemer en het gebrek aan zorgvuldigheid van de werkgever. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige belangenafweging bij ontslag.

Uitspraak

Beschikking van 18 juli 2023
Behorend bij E.J. nr. AUA202204387
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de zaak van:
[naam verzoeker],
te Aruba,
verzoeker,
hierna te noemen: [verzoeker],
gemachtigde: de advocaat mr. N.S. Gravenstijn,
tegen:
de naamloze vennootschap
BENJAMIN SECURITY SERVICES N.V.,
te Aruba,
verweerster,
hierna te noemen: Benjamin Security,
vertegenwoordigd door de heer [naam directeur] (directeur).

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift, met producties;
- het verweerschrift, met producties;
- de behandeling van de zaak ter terechtzitting van 30 mei 2023 (na twee keer te zijn aangehouden voor wederoproeping van Benjamin Security).
1.2 [
verzoeker] is ter zitting verschenen samen met zijn gemachtigde. Benjamin Security is, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet ter zitting verschenen. De zaak is in haar afwezigheid behandeld.
1.3
Beschikking is nader bepaald op heden.

2.DE FEITEN

2.1
Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet of onvoldoende bestreden alsmede op grond van overgelegde producties voor zover niet of onvoldoende bestreden staat onder meer het volgende vast tussen partijen.
2.2 [
verzoeker] is op 11 april 2019 op grond van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd in loondienst getreden van Benjamin Security, laatstelijk in de functie van
“patrol officer”, tegen een salaris van Afl. 1.815,35 bruto per maand
2.3
Bij brief van 17 juni 2022 is [verzoeker] op staande voet ontslagen. Die brief vermeldt onder meer het volgende:
“Riba un diabiernes dia 17 di juni 2022, mi persona [naam directeur], propietario di Benjamin Security Services NV a bay hasi un control rutinario riba e personal, nan efectividad durante nan ora di trabou. Ora e control a sosode pa 00.25 hrs a constata cu Security Guard [verzoeker] ta drumi na grandi den su auto staciona dilanti Base Station di BSS na (…). Mi persona a saca un potret di [verzoeker] na sonjo drumi, y a bay bek den oficina y a tuma nota di e sosedido pa documenta e situación. Den algún minut después mi persona a bolbe bek parti pafo y a acerca e auto unda cu [verzoeker] twt drumi y ainda a mire morto na sonjo. Mi persona a hasi un video di e situación, y e luz di e celular a sende hopi cla den e auto, ni esei a pone cu [verzoeker] a lanta for di sonjo. Despues mi a bati cu mi man riba e porta y [verzoeker] a bula lanta tur spanta, mi a bise bai sigi drumi na su cas, y a ordene pa bandona e sitio di trabou. [verzoeker] a cuminsa argumenta cu e no tawata drumi pero ora ela ripara cu e no por a ganja mas, ela acepta y a start su auto y bandona e sitio.
Decision di e caso:
Mirando cu un trabao ta worde paga, un trabao ta un servicio y deber di un trahado pa cumpli 100% cu su deber acambio cu na final di e donjo di trabou lo mester recompensa e esfuerzo ey den e forma di placa riba su cuenta bancario. Cada ora di trabou tin su valor monetario y den e caso aki, drumi na trabao ta worde conseidera como un ladronicia di placa den forma di no cumpli cu deber. E decisión ta cu [verzoeker] ta perde su trabao di imediato (17 di juni 2022 pa 00.45am) pa no cumpli cu su deber y ladronicia di fondo di Benjamin Security Services NV.”
2.4 [
[verzoeker] berust in het aan hem gegeven ontslag.

3.HET GESCHIL

3.1 [
verzoeker] verzoekt het Gerecht (zo het begrijpt) om bij beschikking uitvoervaar bij voorraad:
a. hem toestemming te verlenen om kosteloos te procederen;
b. voor recht te verklaren dat zijn arbeidsovereenkomst op onregelmatige wijze en kennelijk onredelijk is beëindigd door Benjamin Security;
c. Benjamin Security te veroordelen om aan hem de wettelijke schadeloosstelling,
cessantiaen schadevergoeding te betalen, in totaal ad Afl. 13.987,07;
d. Benjamin Security te veroordelen aan hem te betalen Afl. 1.585,39 aan geaccumuleerde, maar nog niet genoten en niet uitbetaalde vakantiedagen;
e. het één en ander te vermeerderen met de wettelijke verhoging en met wettelijke rente;
f. ten opzichte van al het vorenstaande enige andere beslissing te nemen die het Gerecht juist acht;
g. Benjamin Security te veroordelen in de kosten van de procedure.
3.2
Benjamin Security heeft verweer gevoerd dat strekt tot afwijzing van het door [verzoeker] verzochte.
3.3
Voorzover van belang voor de uitspraak worden de stellingen van partijen hierna besproken.

4.DE BEOORDELING

4.1
Gelet op het door [verzoeker] overgelegde bewijs van onvermogen is het Gerecht van oordeel dat hij niet in staat is om de kosten van de procedure te dragen. [verzoeker] zal daarom worden toegelaten om kosteloos te procederen.
4.2
De vraag die in dit geschil ter beantwoording voor lig is of het aan [verzoeker] verleende ontslag onregelmatig is geschied en kennelijk onredelijk is, zoals gesteld door [verzoeker]. Alvorens die vraag kan worden beantwoord, dient eerst beoordeeld te worden of de door Benjamin Security aan [verzoeker] medegedeelde reden van ontslag een dringende reden in de zin van artikel 7:677, lid 1, van het Burgerlijk Wetboek (BW) oplevert. Volgens vaste rechtspraak geldt immers dat een ontslag waaraan een geldige dringende reden ten grondslag ligt per definitie niet onregelmatig en/of kennelijk onredelijk kan zijn.
4.3
Als dringende redenen voor ontslag worden volgens artikel 7:678, lid 1, BW beschouwd zodanige daden, eigenschappen of gedragingen van de werknemer, die tot gevolg hebben dat van de werkgever redelijkerwijs niet verlangd kan worden de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Bij de beoordeling van de vraag of van een dringende reden sprake is, moeten alle omstandigheden van het geval, in onderling verband en samenhang, in aanmerking worden genomen. Daarbij behoren ook in beschouwing te worden genomen de persoonlijke omstandigheden van de werknemer, zoals zijn leeftijd, de aard en duur van het dienstverband, de wijze waarop de werknemer tijdens het dienstverband heeft gefunctioneerd en de gevolgen die een ontslag op staande voet voor hem zou hebben. Ook indien de gevolgen ingrijpend zijn, kan een afweging van deze persoonlijke omstandigheden tegen de aard en de ernst van de dringende reden tot de slotsom leiden dat een onmiddellijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst gerechtvaardigd is. De stelplicht en de bewijslast ten aanzien van het bestaan van een dringende reden liggen bij de werkgever.
4.4
Uit het hiervoor geciteerde deel van de ontslagbrief volgt dat [verzoeker] op 17 juni 2022 op staande voet is ontslagen, omdat de directeur hem op de avond in kwestie tijdens zijn dienst slapend heeft aangetroffen in zijn auto (die van [verzoeker] dus) voor het hoofdkantoor. In plaats van het hoofdkantoor te bewaken, komt [verzoeker] naar het werk met de intentie om te slapen. Zo heeft hij altijd een ventilator bij zich om zijn slaap zo aangenaam mogelijk te maken. Ter onderbouwing hiervan heeft Benjamin Security een foto in de procedure gebracht waarop te zien is dat [verzoeker] in zijn auto ligt te slapen. Dit slapen wordt door Benjamin Security beschouwd als diefstal, nu [verzoeker] voor het geld dat hij aan loon heeft ontvangen niet heeft gewerkt.
4.5
Voor het antwoord op de vraag of de hiervoor omschreven door Benjamin Security aan [verzoeker] gemaakte verwijten een dringende reden voor ontslag opleveren zoals door Benjamin Security gesteld wordt het volgende overwogen, waarbij voorop wordt gesteld dat het enkele in slaap vallen tijdens het werk niet zonder meer met zich brengt dat daarvan sprake is. Dit klemt temeer om het volgende.
4.6 [
verzoeker] heeft erkend dat hij op de avond in kwestie tijdens het werk in slaap is gevallen in zijn auto, maar dat de oorzaak daarvan is gelegen in de omstandigheid dat hij vanwege zijn gezondheid medicijnen moet gebruiken die slaapverwekkend zijn. De omstandigheid dat [verzoeker] in zijn auto is aangetroffen is ook niet vreemd, nu het hoofdkantoor waar [verzoeker] op de avond in kwestie aan het werk was geen ruimte met zitplaatsen heeft. [verzoeker] diende derhalve - zoals gebruikelijk op de betreffende locatie - zijn werkzaamheden te verrichten vanuit de auto. [verzoeker] heeft tot slot gesteld dat hij weliswaar een ventilator bij zich had in de auto, maar niet om het slapen aangenaam te maken, zoals Benjamin Security gesteld, maar voor koeling mede in verband met zijn ziekte. [verzoeker] heeft nooit een waarschuwing gekregen van Benjamin Security voor slapen tijdens de uitvoering van zijn werkzaamheden, aldus telkens [verzoeker]. Benjamin Security heeft die stellingen van [verzoeker] niet betwist, zodat ze vast komen te staan.
4.7
De hiervoor omschreven vaststaande stellingen brengen naar het oordeel van het Gerecht met zich dat [verzoeker] geen dringende reden heeft gegeven aan Benjamin Security voor ontslag. Benjamin Security had in dit geval kunnen en moeten volstaan met een minder zware maatregel, bijvoorbeeld een schriftelijke waarschuwing. Dit temeer omdat vast staat dat aan [verzoeker] nooit een disciplinaire maatregel is opgelegd door Benjamin Security voor slapen tijdens de uitvoering van zijn werkzaamheden. Het Gerecht wijst er verder op dat van diefstal - zoals genoemd in de ontslagbrief - geen sprake kan zijn, nu diefstal ziet op het wegnemen van een goed. De omstandigheid dat [verzoeker] voor het geld dat hij aan loon heeft ontvangen niet heeft gewerkt valt niet te kwalificeren als diefstal, nu [verzoeker] geen enkel aan Benjamin Security toebehorend goed heeft weggenomen.
4.8
Het vorenstaande brengt mee dat het op 17 juni 2022 aan [verzoeker] gegeven ontslag onregelmatig is geschied. Benjamin Security heeft geen opzegtermijn in acht genomen en is daarom jegens [verzoeker] schadeplichtig. De verzochte wettelijke schadeloosstelling van Afl. 1.815,35 wegens de niet in acht genomen opzegtermijn zal dan ook, als zijnde niet betwist, worden toegewezen.
4.9
Nu [verzoeker] zonder geldige dringende reden is ontslagen, en zijn dienstverband met Benjamin Security aldus is geëindigd anders dan door zijn schuld of ten gevolge van een aan hem toe te rekenen omstandigheid, dient aan hem een
cessantia-uitkeringte worden toegekend. De vordering tot betaling van het bedrag van Afl. 1.270,62 aan
cessantia-uitkeringwordt, als zijnde onbestreden, toegewezen.
4.10 [
verzoeker] heeft verder gesteld dat het ontslag kennelijk onredelijk is, onder meer omdat de gevolgen daarvan onevenredig en voor hem te ernstig zijn ten opzichte van het belang van Benjamin Security bij de beëindiging van het dienstverband van [verzoeker]. Sinds het ontslag zijn er bijna 6 maanden verstreken, en heeft [verzoeker] geen ander passend werk kunnen vinden. Hij heeft aldus geen inkomen, als gevolg waarvan hij vaste lasten niet of nauwelijks kan betalen. Er heeft volgens [verzoeker] geen zorgvuldige belangenafweging zijdens Benjamin Security plaatsgevonden. Het Gerecht overweegt als volgt.
4.11
Een onregelmatige beëindiging van het dienstverband kan onder omstandigheden kennelijk onredelijk zijn. De beëindiging van de dienstbetrekking door de werkgever zal ingevolge artikel 7:681 lid 2 sub b BW kennelijk onredelijk geacht kunnen worden wanneer, mede in aanmerking genomen de voor de arbeider getroffen voorzieningen en de voor hem bestaande mogelijkheden ander passend werk te vinden, de gevolgen der beëindiging voor hem te ernstig zijn in vergelijking met het belang van de werkgever bij de beëindiging. Gesteld noch is gebleken dat Benjamin Security een financiële voorziening heeft getroffen voor [verzoeker], terwijl Benjamin Security de hiervoor omschreven stellingen van [verzoeker] ter onderbouwing van zijn stelling dat sprake is van een kennelijk onredelijk ontslag, niet heeft betwist. Gelet op dit één en ander is het Gerecht met [verzoeker] van oordeel dat het ontslag - op grond van het gevolgencriterium - kennelijk onredelijk is.
4.12.1 [
verzoeker] vordert in het licht van zijn kennelijk onredelijk geoordeelde ontslag op grond van de in zijn verzoekschrift omschreven formule een billijkheidsvergoeding van Afl. 10.892,10. Het tot 1 september 2021 geldende artikel 7A:1615s BW luidt als volgt: “
Indien een der partijen de dienstbetrekking, al of niet met inachtneming van de voor de beëindiging geldende bepalingen, kennelijk onredelijk doet eindigen, kan de rechter steeds aan de wederpartij naar billijkheid een schadevergoeding toekennen.”. Het eerste lid van het in Aruba sinds 1 september 2021 geldende artikel 7:681 BW luidt als volgt: “
Indien een van de partijen de arbeidsovereenkomst, al of niet met inachtneming van de voor de opzegging geldende bepalingen, kennelijk onredelijk opzegt, kan de rechter steeds aan de wederpartij een schadevergoeding toekennen.”. Uit dit één en ander volgt dat vanaf 1 september 2021 in geval van kennelijk onredelijk ontslag geen wettelijke grondslag meer bestaat voor toekenning van een billijkheidsvergoeding. Vanaf die datum kan het Gerecht in geval van kennelijk onredelijk ontslag op grond van de algemene in Boek 6 BW neergelegde bepalingen ter zake van vergoeding van schade uit wanprestatie een schadevergoeding toekennen aan de wederpartij van de dienstbetrekking beëindigende partij.
4.12.2 [
verzoeker] stelt al dan niet impliciet dat zijn schade als gevolg van de kennelijk onredelijke beëindiging van zijn dienstbetrekking door Benjamin Security 6 maanden loon(derving) bedraagt. Die stelling heeft Benjamin Security niet bestreden, zodat ook die komt vast te staan. Aldus is Benjamin Security ten titel van schadevergoeding uit wanprestatie (6 x 1.815,35 =) Afl. 10.892,10 opeisbaar verschuldigd aan [verzoeker], tot betaling van welk bedrag Benjamin Security zal worden veroordeeld.
4.13
De hierboven toe te wijzen bedragen in verband met onregelmatig ontslag, kennelijk onredelijk ontslag en cessantia betreffen geen loon, zodat de daarover gevorderde wettelijke verhoging (die ziet op achterstallig loon) niet toewijsbaar is, en daarom wordt afgewezen. De door [verzoeker] gevorderde wettelijke rente over die bedragen zal worden toegewezen als na te melden.
4.14 [
verzoeker] stelt dat hij recht heeft op betaling Afl. 1.585,39 ter zake van 22,71 opgebouwde maar niet genoten en niet uitbetaalde vakantiedagen. Ook die stelling heeft Benjamin Security niet bestreden, waardoor die vast komt te staan. Aldus is Benjamin Security verder Afl. 1.585,39 opeisbaar verschuldigd aan [verzoeker], tot betaling van welk bedrag zij zal worden veroordeeld. De daarover gevorderde wettelijke rente en de (ambtshalve tot 15% gematigde) wettelijke verhoging zullen worden toegewezen als na te melden.
4.15
Uit al het vorenstaande volgt dat de hiervoor onder b. omschreven vordering van [verzoeker] eveneens zal worden toegewezen.
4.16
Benjamin Security zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van [verzoeker], tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 265,-- aan (aan de griffier van dit Gerecht te betalen) verschotten pro deo (griffiegeld en explootkosten) en Afl. 2.500,-- aan (niet aan de griffier van dit Gerecht te betalen) salaris voor de gemachtigde pro deo (2 punten, tarief 5).

5.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
-verklaart voor recht dat de arbeidsovereenkomst van [verzoeker] op onregelmatige wijze en kennelijk onredelijk is beëindigd door Benjamin Security;
-veroordeelt Benjamin Security om aan [verzoeker] te betalen:
-Afl. 1.270,62 ten titel van cessantia;
-Afl. 1.815,35 aan wettelijke schadeloosstelling in verband met onregelmatig ontslag;
-Afl. 10.892,10 ten titel van schadevergoeding uit wanprestatie;
voormelde bedragen telkens te vermeerderen met wettelijke rente telkens gerekend vanaf de ontslagdatum, te weten 17 juni 2022, tot aan de dag van de algehele voldoening;
-veroordeelt Benjamin Security voorts om aan [verzoeker] te betalen Afl. 1.585,39 aan opgebouwde, maar niet genoten en niet uitbetaalde vakantiedagen, gerekend vanaf 17 juni 2022 te vermeerderen met de wettelijke verhoging van maximaal 15% en voorts gerekend van 17 juni 2022 tot aan de dag der algehele voldoening te vermeerderen met wettelijke rente;
-veroordeelt Benjamin Security in de kosten van deze procedure, tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 265,-- aan (aan de griffier van dit Gerecht te betalen) verschotten pro deo en Afl. 2.500,-- aan (niet aan de griffier van dit Gerecht te betalen) salaris voor de gemachtigde pro deo;
-verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
-verleent aan [verzoeker] toestemming om kosteloos te procederen;
-wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van 18 juli 2023 in aanwezigheid van de griffier.
Datum uitspraak: 18 juli 2023
Instantie: Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba