In deze zaak, die op 2 februari 2022 door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba is behandeld, hebben eisers, bestaande uit vijf personen, een kort geding aangespannen tegen gedaagde, die eigenaar is van een perceel grond waarop autowrakken zijn geplaatst. De eisers vorderen onder andere de verwijdering van deze autowrakken en de bevestiging van een erfdienstbaarheid van parkeerrecht op het perceel van gedaagde. Tijdens de mondelinge behandeling op 11 januari 2022 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht, waarbij eisers hebben gesteld dat de aanwezigheid van de autowrakken hen belemmert in hun toegang tot hun appartementen en dat er een noodweg gecreëerd moet worden voor hulpdiensten.
Het Gerecht heeft vastgesteld dat de eisers sinds 2005 eigenaar zijn van drie appartementen die oorspronkelijk eigendom waren van gedaagde. De autowrakken zijn geplaatst op een strook grond die eigendom is van gedaagde, en het Gerecht heeft overwogen of de eisers recht hebben op een noodweg. Het Gerecht oordeelt dat de eisers geen spoedeisend belang hebben bij hun vordering, omdat zij al toegang hebben tot de openbare weg via een pad dat door gedaagde is gegeven. De vordering tot verwijdering van de autowrakken wordt afgewezen, evenals de vordering tot bevestiging van de erfdienstbaarheid van parkeerrecht, hoewel gedaagde heeft verklaard dat hij de parkeerplaats vrij zal houden voor de eisers.
Het Gerecht heeft de eisers niet-ontvankelijk verklaard in hun vordering met betrekking tot een specifiek appartement en heeft gedaagde bevolen de parkeerplaats vrij te houden voor de eisers. De proceskosten zijn voor rekening van de eisers, die hoofdelijk zijn veroordeeld tot betaling aan gedaagde.