ECLI:NL:OGEAA:2022:69

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
22 maart 2022
Publicatiedatum
30 maart 2022
Zaaknummer
AUA202101464
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Gezamenlijk gezag en omgangsregeling voor minderjarige in civiele procedure

In deze beschikking van het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, gedateerd 22 maart 2022, wordt een verzoek behandeld met betrekking tot gezamenlijk gezag en een omgangsregeling voor een minderjarige. De zaak betreft een vader, vertegenwoordigd door mr. N.S. Gravenstijn, en een moeder, vertegenwoordigd door mrs. E.A. Th. Kuster en A.I.N. Fräser. De minderjarige, geboren in 2011, is het onderwerp van de procedure. De eerdere procedure is op 16 februari 2021 gestart, en er zijn verschillende rapporten en mondelinge behandelingen geweest, waaronder een rapport van de Voogdijraad en een zitting op 26 oktober 2021.

De Voogdijraad heeft geadviseerd dat, ondanks de stroef verlopende communicatie tussen de ouders, zij in het belang van de minderjarige bereid zijn om samen te werken en communicatietraining te volgen. Het gerecht oordeelt dat de ouders in staat zijn om gezamenlijk het gezag over de minderjarige uit te oefenen en dat zij in staat zijn om onderlinge afspraken te maken over de opvoeding en zorg voor de minderjarige.

De beschikking bevat een gedetailleerde omgangsregeling, waarbij de minderjarige regelmatig contact heeft met beide ouders. De regeling omvat onder andere afspraken over overnachtingen, schoolactiviteiten, vakanties en speciale gelegenheden zoals verjaardagen. De ouders hebben de vrijheid om onderling afwijkende afspraken te maken over de omgangsregeling. De proceskosten worden gecompenseerd, waarbij iedere partij zijn eigen kosten draagt. Het verzoek om meer of anders te verzoekt wordt afgewezen. De beschikking is gegeven door rechter E.M.D. Angela en is in het openbaar uitgesproken.

Uitspraak

Beschikking van 22 maart 2022
behorend bij EJ nr. AUA202001464
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van:
[Naam verzoeker],
wonende in Aruba,
VERZOEKER, hierna: de vader,
gemachtigde: mr. N.S. Gravenstijn ,
en
[Naam verweerster],
wonende in Aruba,
VERWEERSTER, hierna te noemen de moeder,
gemachtigden: de advocaten mrs. E. A. Th. Kuster en A.I.N. Fräser.
Belanghebbende:
[Naam minderjarige], geboren op geboortedatum 2011 in Aruba,
de minderjarige.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de eerdere procedure blijkt uit de beschikking van dit gerecht van 16 februari 2021.
De verdere procedure blijkt uit:
  • het rapport van de Voogdijraad, ingediend op 27 september 2021;
  • de mondelinge behandeling van 26 oktober 2021, waarbij aanwezig waren verzoekster bijgestaan door mr. R. Marchena occuperende voor mr N.S. Gravenstijn, verweerster bijgestaan door mr. E.A. Th. Kuster en de raadsonderzoeker van de Voogdijraad, mevrouw J. Dijkhoff
1.2
De uitspraak is nader bepaald op heden.

2.DE VERDERE BEOORDELING

Gezag

2.1
Uit het rapport van de Voogdijraad kan worden afgeleid dat de communicatie tussen partijen nu stroef is, maar dat partijen in het belang van de minderjarige bereid zijn om met elkaar te communiceren en communicatietraining te volgen. De ouders zijn in staat om minimale communicatie (via Whatsapp) te hebben over de minderjarige. De Voogdijraad acht het in het belang van de minderjarige dat de ouders gezamenlijk met het gezag over de minderjarige worden belast.
2.2
De ouders worden, gelet op het verhandelde ter zitting en het rapport van de Voogdijraad, in staat geacht om zodanig met elkaar te communiceren dat zij tot onderlinge afspraken kunnen komen over de situaties die zich rond de minderjarige kunnen voordoen. Van partijen mag verwacht worden dat zij zich daarvoor zullen inzetten en het gerecht acht hen daartoe in staat. In het belang van de minderjarige zal het gerecht daarom partijen gezamenlijk belasten met het gezag over haar.
Omgang
2.3
Uitgangspunt is dat het in het algemeen in het belang van een kind is te achten dat het contact heeft met de niet-verzorgende ouder en in beginsel hebben beiden ook recht op omgang met elkaar, tenzij zwaarwegende belangen van het kind zich daartegen verzetten.
2.4
De Voogdijraad adviseert de hieronder aangegeven omgangsregeling. Het gerecht zal, gelet op het verhandelde ter zitting, in het belang van de minderjarige dienovereenkomstig beslissen.
2.5
Het staat partijen vrij onderling afwijkende afspraken te maken over de omgangsregeling en behoren dat in sommige gevallen zelfs te doen.
2.6
De kosten zullen worden gecompenseerd.

3.DE BESLISSING

Het gerecht:
bepaalt dat de vader, [verzoeker], voortaan gezamenlijk met de moeder, [verweerster], het gezag over [minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2011 in Aruba, zal uitoefenen;
bepaalt de omgangsregeling tussen de vader en de minderjarige als volgt:
- Om de drie dagen op de rustdagen van de vader, waarbij de minderjarige blijft overnachten, mits de vader de ochtenddienst van 12:00 tot 8:00 uur opvolgend zijn rustdag vrij is. Valt de rustdag door de week, dan haalt de vader de minderjarige van school op. Door de week brengt de vader de minderjarige na het overnachten in de ochtend naar school en de moeder haalt de minderjarige op na school.
- De vader zal op zijn rustdagen (maandag tot en met vrijdag) dat de minderjarige bij hem is haar naar haar naschoolse activiteiten brengen en ophalen. Indien de vader de ochtend na zijn rustdag dienst heeft, brengt de vader de minderjarige op dezelfde rustdag nadat de minderjarige heeft gegeten om 19:30 uur bij moeder.
Van voornoemde schema kan in onderling overleg worden afgeweken.
- 1 weekend per maand; het weekend dat de vader vrij heeft vanaf vrijdag na school tot maandagochtend, waarbij de vader de minderjarige vrijdag na school ophaalt en maandag op school afzet;
- de minderjarige zal op Vader- respectievelijk Moederdag de hele dag bij de vader dan wel de moeder doorbrengen. Ook indien deze dag valt op een zondag waarop de minderjarige volgens het werkschema van vader bij de moeder doorbrengt.
- De verjaardag van de minderjarige wordt om het jaar bij de ene ouder gevierd aanvangende met de vader.
- Op de verjaardagen van de ouders is de minderjarige bij de desbetreffende ouder.
- Op belangrijke familieaangelegenheden van de vader respectievelijk de moeder brengt de minderjarige deze door met de desbetreffende ouder.
Schoolvakanties
- De helft van de zomervakantie, herfst- en paasvakantie brengt de minderjarige door met de vader. Na tijdig overleg wordt geregeld welke helft elke ouder krijgt.
- De helft van de kerstvakantie brengt de minderjarige door met de vader. Dit wordt zodanig geregeld dat om het jaar de minderjarige of kerst of oud en nieuw bij de vader doorbrengt. Aanvangend dit jaar zal de minderjarige oud en nieuw bij de vader doorbrengen.
- Indien de vader dan wel de moeder in de vakanties met de minderjarige wenst te reizen, zal hij/zij dit ruim op tijd aankondigen in aan de vader respectievelijk de moeder gericht verzoek zijn/haar respectievelijke schriftelijke toestemming te verlenen;
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
compenseert de proceskosten aldus dat ieder der partijen de eigen kosten draagt;
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. E.M.D. Angela, rechter in dit gerecht, en wordt geacht in het openbaar te zijn uitgesproken ter zitting van dinsdag 22 maart 2022 in aanwezigheid van de griffier.