Uitspraak
1.[naam gedaagde 1],
[naam gedaagde 2],
1.DE PROCEDURE
2.DE FEITEN
residential unit(hierna: een unit of een kamer) voor de periode van een kalenderweek per jaar.
expulsion procedurete starten en hen gesommeerd de betreffende 27 timeshareweken gedurende die procedure niet over te dragen respectievelijk af te nemen.
3.HET GESCHIL
expulsion procedureniet aan [gedaagde 2] dan wel een andere derde over te dragen, op straffe van verbeurte van een direct opeisbare dwangsom van Afl. 900.000,- bij overtreding van dit bevel;
expulsion procedureniet van [gedaagde 1] over te nemen, op straffe van verbeurte van een direct opeisbare dwangsom van Afl. 900.000,- bij overtreding van dit bevel;
4.DE BEOORDELING
expulsion procedureis gestart, omdat de Vereniging (vanwege het door haar gestelde commerciële gebruik van zijn timeshareweken) niet wil dat [gedaagde 1] nog langer timeshareweken bij Aruba Ocean Club houdt. Op grond van de
expulsion procedureworden de door [gedaagde 1] gehouden timeshareweken ingetrokken, waarna de Vereniging nieuwe aandelen uitgeeft die op de markt worden aangeboden. De opbrengst daarvan komt, na aftrek van eventuele schulden van [gedaagde 1] , aan [gedaagde 1] toe. In de Bylaws noch overigens is bepaald dat een eigenaar gedurende de
explusion procedurezijn timeshareweken niet kan overdragen. De eigenaar is daartoe in beginsel dan ook bevoegd.
expulsion procedurede timeshareweken worden overgedragen, kan [gedaagde 1] zijn handel door middel van [gedaagde 2] of een andere stroman blijven voortzetten en wordt deze procedure daarmee illusoir, aldus nog steeds de Vereniging.
expulsion procedureaan [gedaagde 2] zal overdragen, kan vooralsnog dan ook niet (meer) worden gezegd. Concrete feiten en/of omstandigheden die tot een ander oordeel leiden, zijn gesteld noch gebleken. Het enkele feit dat de Vereniging [gedaagde 1] wantrouwt en daarom niet gelooft dat [gedaagde 2] de timeshareweken inderdaad niet meer zal kopen, is daarvoor onvoldoende. De vordering jegens [gedaagde 1] voor zover deze ziet op de overdracht van de timeshareweken aan [gedaagde 2] en de vordering jegens [gedaagde 2] zullen daarom bij gebrek aan belang worden afgewezen.
expulsion procedureniet aan een derde over te dragen, ontbreekt verder een voor toewijzing voldoende feitelijke onderbouwing. In hetgeen de Vereniging heeft gesteld zijn geen concrete aanknopingspunten te vinden voor het oordeel dat [gedaagde 1] alle timeshareweken (tezamen dan wel een groot deel daarvan) gedurende de
expulsion procedureaan een derde wil en zal verkopen. Dat [gedaagde 1] niet heeft gezegd dat niet te zullen doen, is daarvoor niet voldoende en evenmin dat de Vereniging geen vertrouwen in [gedaagde 1] heeft. En hoewel [gedaagde 1] in augustus/september 2022 de 27 timeshareweken om niet aan [gedaagde 2] wilde overdragen en naar het voorlopig oordeel van het Gerecht geenszins onaannemelijk is dat hij daarmee wel de zeggenschap over of het genot van deze timeshareweken zou behouden, brengt dat nog niet mee dat hij ook nu concreet doende of voornemens is de timeshareweken aan een derde (die als stroman is aan te merken of de weken zelf commercieel zal gebruiken) over te dragen. Deze vordering wordt daarom eveneens afgewezen.