ECLI:NL:OGEAA:2022:453

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
29 november 2022
Publicatiedatum
31 mei 2023
Zaaknummer
AUA202102928
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beëindiging gezamenlijk gezag en toewijzing eenhoofdig gezag aan de moeder

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de moeder verzocht om haar met eenhoofdig gezag over de minderjarige te belasten. De vader heeft dit verzoek bestreden en verzocht om gezamenlijk gezag te behouden. De procedure is gestart met een eerdere beschikking van 9 november 2021 en is verder behandeld op basis van een rapport van de Voogdijraad van 8 juni 2022 en een mondelinge behandeling op 6 september 2022. Tijdens de zitting waren beide partijen aanwezig, evenals de raadsonderzoeker van de Voogdijraad.

De rechter heeft in zijn beoordeling gekeken naar artikel 1:253n van het Burgerlijk Wetboek van Aruba, dat de mogelijkheid biedt om gezamenlijk gezag te beëindigen indien de omstandigheden zijn gewijzigd. De Voogdijraad heeft in haar rapport aangegeven dat de vader sinds de echtscheiding geen invulling heeft gegeven aan zijn gezag en dat er geen contact is tussen de vader en de minderjarige. De minderjarige beschouwt zijn stiefvader als zijn vader en er is geen communicatie tussen de ouders. De Voogdijraad adviseert om de moeder met eenhoofdig gezag te belasten.

De vader heeft de bevindingen van de Voogdijraad niet weersproken en heeft verklaard dat hij door de covid19-pandemie niet in staat is geweest om omgang met de minderjarige te hebben. Gezien de omstandigheden en het advies van de Voogdijraad heeft de rechter geoordeeld dat het in het belang van de minderjarige wenselijk is dat de moeder alleen met het gezag wordt belast. Het verzoek van de moeder is toegewezen, en de proceskosten zijn gecompenseerd, waarbij iedere partij zijn eigen kosten draagt.

Uitspraak

Beschikking van 29 november 2022
behorend bij AUA202102928 EJ
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de zaak tussen:
[verzoekster],
wonende in Aruba te [woonadres],
VERZOEKSTER, hierna te noemen: de moeder,
procederend in persoon,
tegen
[verweerder],
wonende in Aruba te [woonadres],
VERWEERDER, hierna te noemen: de vader,
procederend in persoon.

1.HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1
Het eerdere verloop van de procedure blijkt uit de beschikking van dit gerecht van
9 november 2021. De verdere procedure blijkt uit:
  • het rapport van de Voogdijraad van 8 juni 2022,
  • de mondelinge behandeling ter zitting van 6 september 2022, waar zijn verschenen partijen in persoon. Ter zitting was tevens aanwezig, de raadsonderzoeker van de Voogdijraad, mevrouw [naam raadsonderzoeker].
1.2
De uitspraak is nader bepaald op heden.

2.DE VERDERE BEOORDELING

2.1
Ingevolge artikel 1:253n leden 1 en 2 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (BWA), voor zover hier relevant, kan de rechter op verzoek van de ouders of een van hen het gezamenlijk gezag, bedoeld in artikel 1:251 lid 2 BWA, beëindigen indien nadien de omstandigheden zijn gewijzigd en hij gezag door één ouder in het belang van het kind wenselijk oordeelt. Alsdan bepaalt de rechter aan wie van de ouders voortaan het gezag over het kind toekomt.
2.2
Beoordeeld moet worden het verzoek van de moeder om haar met eenhoofdig gezag over de minderjarige, [naam minderjarige], geboren in Aruba op [geboortedatum] (hierna: de minderjarige) te belasten. De vader heeft dit verzoek bestreden en verzocht om gezamenlijk belast te blijven met het gezag.
2.3
De Voogdijraad heeft op verzoek van het gerecht een rapport uitgebracht over welke gezagsvoorziening het meest in het belang van de minderjarige is. Uit het rapport van de Voogdijraad blijkt dat de vader sinds de echtscheiding nooit invulling heeft gegeven aan zijn gezag. Er is geen sprake van
family life, aangezien de vader al vijf jaar geen omgang en ook geen contact meer heeft met de minderjarige. De minderjarige ziet zijn stiefvader als zijn vader en weet niet eens dat hij een “andere” vader heeft. Bovendien hebben de ouders al jaren geen communicatie met elkaar. Binnen afzienbare tijd is geen verandering hierin te verwachten. Volgens de Voogdijraad is het daarom niet wenselijk om het gezamenlijk gezag door de ouders te laten voortduren en adviseert om de moeder met eenhoofdig gezag te belasten.
2.4
De man heeft de bevindingen van de Voogdijraad niet weersproken. Hij heeft verklaard wegens de covid19-pandemie niet in staat te zijn geweest de afgesproken omgang na te komen en dat de moeder hem thans belemmert in zijn pogingen tot omgang met de minderjarige.
2.5
Gelet op de bevindingen van de Voogdijraad, is het gerecht van oordeel dat in dit geval sprake is van een zodanige wijziging van omstandigheden, dat het in het belang van de minderjarige wenselijk is dat voortaan alleen de moeder met het gezag over hem wordt belast. Het verzoek van de moeder zal dan ook worden toegewezen.
2.6
De proceskosten zullen worden gecompenseerd.

3.DE BESLISSING

Het gerecht:
beëindigt het gezamenlijk gezag van de ouders en bepaalt dat het ouderlijk gezag over [naam minderjarige], geboren op [geboortedatum] in Aruba, voortaan alleen aan de moeder, [verzoekster], toekomt,
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
compenseert de proceskosten aldus dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.J. Martijn, rechter in dit gerecht, ter zitting van dinsdag 29 november 2022 in tegenwoordigheid van de griffier.