ECLI:NL:OGEAA:2022:451

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
1 november 2022
Publicatiedatum
31 mei 2023
Zaaknummer
AUA202202481
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens dringende reden en plichtsverzuim

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 1 november 2022 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [naam V.B.A.] en de verweerster, die als 'Spa Supervisor' werkzaam was. De vennootschap verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst op basis van dringende redenen, omdat de verweerster op 22 juli 2022 niet op haar werk verscheen, ondanks dat zij was ingeroosterd. De verweerster had eerder verlof aangevraagd, maar dit was door de werkgever ingetrokken en zij was geïnformeerd dat zij op 22 juli 2022 moest verschijnen. De verweerster heeft niet tijdig gereageerd op de berichten van haar leidinggevende en heeft geen geldige reden gegeven voor haar afwezigheid.

Het Gerecht oordeelde dat er sprake was van plichtsverzuim van de verweerster, wat een dringende reden opleverde voor de ontbinding van de arbeidsovereenkomst. De rechter heeft geoordeeld dat de arbeidsovereenkomst per 1 november 2022 ontbonden wordt zonder toekenning van een vergoeding aan de verweerster. Daarnaast werd de verweerster veroordeeld in de proceskosten van de vennootschap, die zijn begroot op Afl. 659,45 aan verschotten en Afl. 2.500,- aan gemachtigdensalaris. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

De uitspraak benadrukt het belang van communicatie en het tijdig reageren op verzoeken van de werkgever, evenals de gevolgen van plichtsverzuim in een arbeidsrelatie.

Uitspraak

Beschikking van 1 november 2022
Behorend bij E.J. no. AUA202202481
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de zaak van:
de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[naam V.B.A.],
gevestigd in Aruba,
verzoekster,
hierna ook te noemen: [naam V.B.A.],
gemachtigde: de advocaat mr. L.J. Pieters,
tegen:
[verweerster],
wonende in Aruba,
verweerster,
hierna ook te noemen: [verweerster],
gemachtigde: de advocaat mr. G. de Hoogd.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift met producties, ingediend op 2 augustus 2022;
- de aanvullende producties zijdens [naam V.B.A.], ingediend op 15 september 2022;
- het verweerschrift met producties, ingediend op 19 september 2022;
- de mondelinge behandeling van de zaak ter zitting van 20 september 2022.
1.2 [
verweerster] is ter zitting verschenen, tezamen met haar gemachtigde voornoemd. [naam V.B.A.] is verschenen bij haar directrice mevrouw [C], bijgestaan door haar gemachtigde voornoemd. Partijen hebben over en weer het woord gevoerd, mr. L.J. Pieters mede aan de hand van een voorgedragen en overgelegde pleitnota, en hebben gereageerd of kunnen reageren op elkaars stellingen.
1.3
Beschikking is bepaald op heden.
2. DE FEITEN
2.1
Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet of onvoldoende bestreden, alsmede op grond van overgelegde producties voor zover niet of onvoldoende bestreden staat onder meer het volgende vast tussen partijen.
2.2 [
verweerster] is op 1 augustus 2017 in dienst getreden van [naam V.B.A.] en was laatstelijk werkzaam in de functie van “Spa Supervisor”.
2.3 [
verweerster] heeft per brief vakantieverlof aangevraagd voor de periode van 4 juli 2022 tot en met 25 juli 2022. Die brief is door [verweerster] en haar toenmalige leidinggevende ondertekend. De verlofaanvraag is door haar toenmalige leidinggevende goedgekeurd.
2.4
Per WhatsApp-bericht van 28 juni 2022 heeft de leidinggevende van [verweerster] - verkort weergegeven - het volgende meegedeeld aan [verweerster]:
“(…) Te reincorparas el viernes 22 julio. Tus vacaciones (13.9 dias) son del día 3 de julio hasta el 21 jueves de julio.
In reactie hierop heeft [verweerster] het volgende geschreven:
“Ok pues nada me tocara pagar la multa no se puede hacer nada el 22 estare en Renova con el favor de Dios”
In reactie hiervan heeft de leidinggevende van [verweerster] het volgende geschreven:
“Si [verweerster]. En el schedule estas agendada para el 22 julio. ”
Waarna [verweerster] antwoord:

Bueno (…) asi sera.”
2.5
Renova heeft vervolgens aan [verweerster] het werkschema toegestuurd waarop staat dat [verweerster] op 22 juli 2022 om 10:00 uur moet werken.
2.6
Op 22 juli 2022 verschijnt [verweerster] niet op werk.
2.7
Per WhatsApp-bericht van 22 juli 2022 heeft de leidinggevende van [verweerster] het volgende geschreven:
“Buenos dias [verweerster].
Usted debio de haber presentado al trabajo hoy 22 de julio a las 10.00 am.
No has notificado a nadie a parte que tienes citas agendados.”
2.8
Op 26 juli 2022 is een brief aan [verweerster] gestuurd en het volgende aan haar meegedeeld:
“(…) Por medio de la presente; se comunica que le correspondía presentarse en el trabajo el 22 de julio 2022 a las 10.00 AM. Usted no se presento. Causo un impacto negativo a nuestra impresa, no nos notifico por ningún medio el aviso y motivo por el cual no pudo presentarse, lo que se considera es una falta inaceptable. Se le envio el 22 de julio un mensaje a tu WhatsApp, lo leyó y no obtuvimos ninguna respuesta. (…)
Usted tampoco se presento al trabajo el día 23, 24 y el día de hoy 26 de Julio 2022.
Usted debe presentarse hoy martes antes de la 2.00 pm en la oficina de [naam V.B.A.], para explicar el motivo valido por el cual usted no se presento al trabajo, incluyendo pruebas que se confirmaran para evaluar si es posible aceptar lo sucedido. Al no presentarse antes de las 2:00 pm y no presentar la pruebas suficientes en su defensa, el procedimiento será retirarla de nuestra empresa. (…)”
2.9
Op 26 juli 2022 verschijnt [verweerster] niet op het werk.
2.1
Bij brief van 27 juli 2022 is Noda-Morena op staande voet ontslagen. In de brief is het volgende vermeld:
“(…)
El hecho de no presentar al trabajo, sin motivo justificado, a pesar de repetidas solicitudes, es inaceptable y constituye un motivo urgente de despido inmediato para la compañía.
(…)
La evaluación ha llevado a la conclusión de que se justifica una terminación inmediata del contrato laboral desde el día de hoy el 27 de julio 2022.(…).”
2.11
De gemachtigde van [verweerster] heeft de nietigheid van het ontslag ingeroepen en heeft aangegeven dat zij op 28 juli 2022 vanuit Spanje zal terugkomen.

3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1 [
naam V.B.A.] verzoekt dat het Gerecht bij beschikking, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad de arbeidsovereenkomst tussen partijen, (naar het Gerecht begrijpt:) voorwaardelijk, namelijk indien en voor zover in rechte komt vast te staan dat het aan [verweerster] gegeven ontslag op staande voet niet rechtsgeldig is gegeven, met onmiddellijke ingang voorwaardelijk zal ontbinden zonder toekenning van enige vergoeding aan [verweerster] wegens de in het verzoekschrift omschreven gewichtige redenen bestaande uit dringende reden, althans gewijzigde omstandigheden met veroordeling van [verweerster] in de proceskosten, te voldoen binnen veertien dagen na heden en te vermeerderen met de wettelijke rente over deze kosten wanneer deze niet binnen de genoemde termijn worden voldaan en vermeerderd met de na deze beschikking te maken kosten van tenuitvoerlegging daarvan.
3.2 [
verweerster] voert verweer en concludeert primair tot afwijzing van de door [naam V.B.A.] verzochte ontbinding, en subsidiair – in geval van toewijzing van de verzochte ontbinding – tot toekenning aan haar van een vergoeding naar billijkheid ad Afl. 37.000,-, kosten rechtens.
3.3
Voor zover voor de beslissing van belang worden de stellingen van partijen hierna besproken.

4.DE BEOORDELING

Voorwaardelijke ontbinding
4.1
Tussen partijen is niet (langer) in geschil dat de tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst dient te worden beëindigd. Het Gerecht zal daarom de tussen [naam V.B.A.] en [verweerster] gesloten arbeidsovereenkomst, indien en voor zover in rechte komt vast te staan dat deze nog bestaat, per heden ontbinden.
Vergoeding naar billijkheid
4.2
De dan te beantwoorden vraag is of [verweerster] al dan niet in aanmerking komt voor een door [naam V.B.A.] te betalen ontbindingsvergoeding naar billijkheid. Daarover wordt het volgende overwogen.
4.3
Het Gerecht is van oordeel dat [verweerster] een dringende reden aan [naam V.B.A.] heeft gegeven die een ontbinding van de arbeidsovereenkomst rechtvaardigt en overweegt daartoe als volgt.
4.4
Ingevolge artikel 7:678 lid 1 BW worden voor de werkgever als dringende reden in vorenbedoelde zin beschouwd zodanige daden, eigenschappen of gedragingen van de werknemer, die ten gevolge hebben dat van de werkgever redelijkerwijs niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Bij de beoordeling van de vraag of van zodanige dringende reden sprake is, moeten alle omstandigheden van het geval, in onderling verband en samenhang, in aanmerking worden genomen.
4.5
Niet is in geschil dat [verweerster] in mei 2022 vliegtickets heeft geboekt voor een reis naar Spanje in de periode van 3 juli 2022 tot en met 28 juli 2022. De terugvlucht van [verweerster] zou op 28 juli 2022 om 17:30 uur op Aruba landen. Verder staat als onvoldoende weersproken vast dat [verweerster] aanvankelijk verlof was verleend van 3 juli 2022 tot en met 25 juli 2022. Dit blijkt uit de door haar ingevulde en door haar leidinggevende aanvankelijk goedgekeurde verlofaanvraag. [verweerster] heeft weliswaar aangevoerd dat haar toestemming voor verlof tot en met 31 juli 2022 was gegeven, maar dit is door [naam V.B.A.] betwist en door [verweerster] niet onderbouwd. Zij heeft geen stukken overgelegd of concrete feiten en/of omstandigheden gesteld waaruit de juistheid van haar stelling blijkt of kan volgen. Ook bij het aanvankelijk verleende verlof zou [verweerster], gelet op de door haar gekochte tickets, niet op tijd (namelijk op 26 juli 2022 zoals in het verlofformulier is opgenomen) op haar werk zijn verschenen.
4.6 [
naam V.B.A.] heeft onweersproken gesteld dat vanwege bedrijfsoverwegingen op het verleende verlof is teruggekomen en dat aan [verweerster] is gemeld dat zij tot en met 21 juli 2022 vakantie kon nemen en dat zij op 22 juli 2022 om 10:00 uur op het werk moest verschijnen. Dat dit bij [verweerster] bekend was en dat zij met deze inkorting van het verlof akkoord is gegaan, blijkt uit de (hiervoor in 2.4 weergegeven) WhatsApp correspondentie van 28 juni 2022 tussen [verweerster] en haar leidinggevende. In deze Whatsapp wisseling deelt de leidinggevende van [verweerster] mee dat het een beslissing van hogerop is, waarna [verweerster] antwoordt dat haar dan niets anders rest dan een boete te betalen (voor het wijzigingen van haar tickets) om op 22 juli 2022 op het werk te zijn. Nadat de leidinggevende schreef dat [verweerster] is ingeroosterd voor 22 juli 2022, antwoordt [verweerster]: ‘Oke (…) zo zal het zijn”. [verweerster] had dan ook op 22 juli 2022 op haar werk moeten verschijnen en [naam V.B.A.] mocht ervan uitgaan dat zij dit ook zou doen.
4.7
Voor dit oordeel is mede van belang dat [verweerster], zoals [naam V.B.A.] heeft gesteld, tijdens een werkgesprek met haar leidinggevende en in bijzijn van mevrouw [I] op 29 juni 2022 heeft gezegd dat het haar man was gelukt om de vliegtickets te wijzigen. Ter zitting heeft [verweerster] desgevraagd erkend dat zij dit heeft gezegd. Volgens [verweerster] had haar echtgenoot de vliegtuigmaatschappij (KLM) gebeld met de vraag of de vliegtickets konden worden gewijzigd en had KLM dit bevestigd, waarna [verweerster] op haar werk had gezegd dat de tickets konden worden gewijzigd. Het verweer van [verweerster] dat haar man vervolgens naar de KLM-loket is gegaan om de vliegtickets te wijzigen en dat toen aan hem is meegedeeld dat het niet mogelijk was om de vliegtickets te wijzigen omdat deze op de website van expedia.com waren gekocht, kan haar niet baten. Het had op de weg van [verweerster] gelegen om deze nadere informatie aan [naam V.B.A.] mee te delen en om de eventuele gevolgen daarvan te bespreken. Dit heeft zij niet gedaan. Evenmin heeft [verweerster] aan [naam V.B.A.] meegedeeld dat zij niet op 22 juli 2022 op haar werk zou komen terwijl zij dit voor haar vertrek op 3 juli 2022 al wist en heeft zij niet meer op de na haar vertrek door [naam V.B.A.] gestuurde berichten gereageerd.
4.8
Al het vorenstaande brengt met zich dat sprake is van plichtsverzuim van de zijde van [verweerster], hetgeen een dringende reden oplevert voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst voor zover deze nog bestaat. Het Gerecht ziet op grond van het voorgaande dan ook geen aanleiding om aan [verweerster] een vergoeding naar billijkheid toe te kennen.
De slotsom
4.9
De slotsom is dat het verzoek van [naam V.B.A.] toewijsbaar is. Het Gerecht zal de arbeidsovereenkomst tussen partijen, indien en voor zover in rechte komt vast te staan dat deze nog bestaat, ontbinden met ingang van heden, 1 november 2022, zonder toekenning van een vergoeding aan [verweerster].
4.10 [
verweerster] zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van [naam V.B.A.]. Deze kosten worden tot aan deze uitspraak begroot op (Afl. 450,- aan griffierecht en Afl. 209,45 aan explootkosten =) Afl. 659,45 aan verschotten en Afl. 2.500,- aan gemachtigdensalaris (2 punt van tarief 5 van het liquidatietarief (1.250,-per punt)). De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten en de gevorderde nakosten zullen worden toegewezen zoals hierna te vermelden.

5.DE BESLISSING

Het Gerecht:
5.1
ontbindt, indien en voor zover in rechte komt vast te staan dat deze nog bestaat, per 1 november 2022 de tussen partijen bestaande arbeidsovereenkomst wegens gewichtige redenen, zonder toekenning van een vergoeding naar billijkheid aan [verweerster];
5.2
veroordeelt [verweerster] in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van [naam V.B.A.], tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 659,45, aan verschotten en Afl. 2.500,-aan gemachtigdensalaris, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten vanaf veertien dagen na betekening van deze beschikking tot de dag der algehele voldoening, en vermeerderd met Afl. 250,- aan nasalaris, verhoogd met Afl. 150,- in geval van betekening;
5.3
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.4
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. T.A.M. Tijhuis, rechter, en in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op dinsdag 1 november 2022.