In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, hebben eisers op 21 oktober 2022 een verzoekschrift ingediend in kort geding tegen Fatum General Insurance Aruba N.V. en Notariskantoor mr. C.A. Tromp VBA. De eisers, bestaande uit [EISER SUB 1], [EISERES SUB 2] en Massimo Consultant and Financial Services N.V., verzochten om de stopzetting van de verkoop van twee percelen die op naam van [EISER SUB 1] stonden, en om beslag te leggen op de bankrekeningen van de gedaagden. De zaak werd behandeld op 2 november 2022 via een videoverbinding, waarbij de rechter en griffier zich in Curaçao bevonden.
De eisers stelden dat de percelen niet aan [EISER SUB 1] toebehoorden, maar aan zijn echtgenote, en dat er geen rechterlijke beslissing was die de verkoop door Fatum rechtvaardigde. De rechter oordeelde dat Fatum als hypotheekhouder gerechtigd was tot uitwinning van haar zekerheden, en dat de eisers niet aannemelijk hadden gemaakt dat de hypotheek niet rechtsgeldig was. De rechter concludeerde dat de vorderingen van eisers niet toewijsbaar waren en wees deze af, waarbij ook het notariskantoor niet onrechtmatig had gehandeld.
De uitspraak werd gedaan op 9 november 2022, waarbij de eisers in de proceskosten werden veroordeeld. De rechter verklaarde de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.