In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 4 oktober 2022 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van een verzoeker, die in Aruba woont. De verzoeker, vertegenwoordigd door zijn zoon, heeft een verzoek ingediend om te verklaren dat de hypothecaire inschrijving ten behoeve van de stichting HOME BUILDING FOUNDATION, die in liquidatie is, waardeloos is. De stichting is niet verschenen op de zittingen, ondanks dat zij daartoe behoorlijk is opgeroepen. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 11 december 2021 werd ingediend, gevolgd door een mondelinge behandeling op 1 februari 2022. Tijdens deze behandeling werd de zaak aangehouden om de notaris te laten uitspreken over de status van de stichting. De mondelinge behandeling werd voortgezet op 28 juni 2022, maar wederom verscheen de stichting niet.
De feiten van de zaak tonen aan dat de verzoeker een recht van erfpacht heeft op twee percelen domeingrond in Aruba, die zijn belast met een hypothecaire inschrijving ten behoeve van de stichting. De stichting is sinds 1 januari 2008 in liquidatie en alle bestuurders zijn inmiddels overleden. De hypothecaire inschrijving is niet doorgehaald, wat de verzoeker ertoe heeft aangezet om de waardeloosheid van deze inschrijving te betwisten.
Het Gerecht heeft geoordeeld dat het vorderingsrecht van de stichting uit de geldlening, die meer dan 52 jaar geleden is aangegaan, inmiddels is verjaard. Dit betekent dat de stichting geen rechtens te respecteren belang meer heeft bij de hypothecaire inschrijving. Het Gerecht heeft daarom de hypothecaire inschrijving als waardeloos verklaard en de verzoeker gemachtigd om deze inschrijving door te halen zodra de beschikking kracht van gewijsde heeft gekregen. Het verzoek om meer of anders te verzoekt is afgewezen.