ECLI:NL:OGEAA:2022:229

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
18 januari 2022
Publicatiedatum
1 augustus 2022
Zaaknummer
AUA202102982
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onderzoek naar ondertoezichtstelling van een minderjarige met verstandelijke beperking

Op 18 januari 2022 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba een beschikking gegeven in een zaak betreffende de ondertoezichtstelling van een minderjarige, geboren in 2011. Het verzoek tot ondertoezichtstelling werd ingediend door de Voogdijraad op 8 oktober 2021, na een mondelinge behandeling op 9 november 2021. De ouders van de minderjarige oefenen gezamenlijk gezag uit, maar er zijn zorgen over de opvoedingsvaardigheden van beide ouders. De minderjarige kampt met een verstandelijke beperking en er is sprake van onvoldoende verzorging, structuur en regelmaat in zijn leven. De vader erkent de problemen niet en legt de schuld bij de moeder, terwijl de moeder de opvoeding vaak uit handen geeft.

De Voogdijraad heeft in een rapport van 8 oktober 2021 vastgesteld dat hulpverlening aan de minderjarige en/of de ouders binnen het vrijwillig kader niet of onvoldoende van de grond komt. Gezien de omstandigheden en de informatie die tijdens de zitting naar voren is gekomen, oordeelt het gerecht dat er voldoende gronden zijn voor ondertoezichtstelling. De rechter heeft besloten om de minderjarige voor de duur van één jaar onder toezicht te stellen en benoemt een gezinsvoogd om de benodigde hulpverlening te coördineren. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht is, ongeacht eventuele rechtsmiddelen die tegen de beschikking kunnen worden aangewend.

Uitspraak

Beschikking van 18 januari 2022
behorend bij AUA202102982 EJ
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van
DE VOOGDIJRAAD,
kantoorhoudend in Aruba,
VERZOEKER,
vertegenwoordigd,
met betrekking tot de minderjarige:
[Naam minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2011 in Aruba,
belanghebbenden:
[Naam moeder], de moeder,
[Naam vader], de vader,
[Naam voorgestelde gezinsvoogdes], de voorgestelde gezinsvoogdes.

1.DE PROCEDURE

De procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ingediend op 8 oktober 2021,
  • de mondelinge behandeling ter zitting met gesloten deuren van 9 november 2021, in aanwezigheid van de raadsonderzoekers van de Voogdijraad, de heer en mevrouw [namen van de raadsonderzoekers], de ouders in persoon en de voorgestelde gezinsvoogdes.
De uitspraak is nader bepaald op heden.

2.DE FEITEN

Uit de relatie tussen de vader en de moeder is de minderjarige [minderjarige] geboren op [geboortedatum] 2011 in Aruba. De ouders oefenen het gezag gezamenlijk uit.

3.HET VERZOEK

Het verzoek strekt tot ondertoezichtstelling van de minderjarige voor de periode van één jaar.

4.DE BEOORDELING

4.1
Ingevolge artikel 1:254, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (BW) kan de rechter een kind onder toezicht stellen indien het zodanig opgroeit, dat het met de zedelijke of lichamelijke ondergang wordt bedreigd.
4.2
Het gerecht is, gelet op hetgeen uit het dossier en ter terechtzitting naar voren is gekomen, van oordeel dat genoemde gronden voor ondertoezichtstelling aanwezig zijn en overweegt daartoe als volgt.
Uit het rapport van de Voogdijraad van 8 oktober 2021 kan worden vastgesteld dat in het geval van de minderjarige sprake is van onvoldoende verzorging, structuur en regelmaat. De minderjarige kampt met een verstandelijke beperking. De vader beseft dit niet en ziet niet in dat er tekortkomingen zijn in de opvoedingsvaardigheden van beide ouders. Hij geeft de schuld van moeilijkheden aan de moeder. De moeder heeft hoge verwachtingen van de vader, maar laat de opvoeding zelf snel uit handen. Er was sprake van frequente schoolverzuim toen de minderjarige bij de moeder verbleef. Volgens de Voogdijraad is gebleken dat hulpverlening aan de minderjarige en/of de ouders binnen het vrijwillig kader niet, althans onvoldoende, van de grond komt.
Gelet hierop en hetgeen ter zitting is besproken, is het gerecht van oordeel dat een ondertoezichtstelling, binnen welk kader de benodigde hulpverlening wordt opgestart en erop wordt toegezien dat de ouders goede afspraken maken over de minderjarige, aangewezen is.
4.3
Beslist wordt daarom als volgt.

5.DE BESLISSING

Het gerecht:
stelt [minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2011 in Aruba, onder toezicht voor de duur van één jaar ingaande heden,
benoemt [voorgestelde gezinsvoogdes] tot gezinsvoogd,
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven op 18 januari 2022 door mr. A.J. Martijn, rechter in dit gerecht, in aanwezigheid van de griffier.