Uitspraak
DE PROCEDURE
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak, die diende voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft eiseres, vertegenwoordigd door mr. B.M. de Sousa, een vordering ingesteld tegen gedaagde, vertegenwoordigd door mr. M.M. Malmberg, met betrekking tot een huurovereenkomst en een vergoedingsrecht. Eiseres woonde sinds 1 juni 2019 in een appartement dat eigendom was van gedaagde. Er ontstonden problemen tussen partijen, wat leidde tot een verzoek van eiseres tot vaststelling van de huurprijs bij de Huurcommissie. De Huurcommissie stelde de maximale huurprijs vast op Afl. 205,- per maand, maar gedaagde heeft de huur opgezegd wegens huurachterstand en een verstoorde relatie. Eiseres vorderde betaling van Afl. 4.199,62, maar het Gerecht oordeelde dat het erkende bedrag van Afl. 4.000,- toewijsbaar was. Gedaagde voerde verweer op basis van verrekening met achterstallige huur, maar het Gerecht oordeelde dat eiseres huur verschuldigd was, hoewel het exacte bedrag voor de periode voor 1 september 2020 niet kon worden vastgesteld. Uiteindelijk werd gedaagde veroordeeld tot betaling van Afl. 105,- aan eiseres, vermeerderd met wettelijke rente, en werd het meer gevorderde afgewezen. De kosten van de procedure werden gecompenseerd, waarbij iedere partij zijn eigen kosten droeg.