Uitspraak
1.HET PROCESVERLOOP
2.HET GESCHIL
3.DE VERDERE BEOORDELING
4.DE UITSPRAAK
donderdag 28 april 2022 om 09:00 uur;
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze civiele procedure, aangespannen door de naamloze vennootschap Servicio di Telecomunicacion di Aruba (Setar) N.V., heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 30 maart 2022 een vonnis gewezen. Setar vordert dat de gedaagde, die in persoon procedeert, wordt veroordeeld tot betaling van Afl. 2.336,--, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. De gedaagde erkent een deel van de vordering, namelijk Afl. 1.154,--, maar betwist het meerdere bedrag dat Setar vordert. De procedure is gestart met een tussenvonnis op 12 januari 2022, waarin een comparitie van partijen is gelast, die op 14 februari 2022 heeft plaatsgevonden. Tijdens deze zitting hebben beide partijen hun standpunten toegelicht en heeft Setar aanvullende producties ingediend.
Het Gerecht heeft in het vonnis van 30 maart 2022 vastgesteld dat de gedaagde het erkende bedrag van Afl. 1.154,-- verschuldigd is aan Setar voor geleverde diensten. Echter, Setar stelt dat de gedaagde ook nog Afl. 1.182,-- verschuldigd is voor andere diensten, wat door de gedaagde is betwist. Het Gerecht heeft besloten dat Setar in de gelegenheid wordt gesteld om bewijs te leveren door getuigen te horen over deze aanvullende vordering. De zaak is verwezen naar een nieuwe zitting waar maximaal drie getuigen kunnen worden gehoord. Setar moet uiterlijk drie dagen voor deze zitting de personalia van de getuigen aan het Gerecht en de gedaagde bekendmaken. Het Gerecht heeft verder iedere beslissing aangehouden tot na de bewijslevering.