ECLI:NL:OGEAA:2021:9

• Datum uitspraak: 19 januari 2021
• Publicatiedatum: 1 februari 2021
• Zaaknummer: AUA202000994
• Instantie: Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Civiel recht; Arbeidsrecht
• Procedures: Eerste aanleg - enkelvoudig
• Rechters: A.H.M. van de Leur
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Verklaring voor recht inzake beëindiging arbeidsovereenkomst en doorbetaling loon

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 19 januari 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen een verzoeker, vertegenwoordigd door mr. D.G. Kock, en de vennootschap Merantillas V.B.A., vertegenwoordigd door mr. R.A. Wix. De verzoeker, die als cleaner in dienst was van Merantillas, vorderde onder andere een verklaring voor recht dat zijn arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd nog steeds van kracht was en dat hij recht had op doorbetaling van zijn loon vanaf 1 december 2019. De verzoeker stelde dat zijn dienstverband niet rechtsgeldig was beëindigd, terwijl Merantillas betwistte dat de arbeidsovereenkomst nog bestond.

De procedure begon met een verzoekschrift dat op 17 april 2020 werd ingediend, gevolgd door een verweerschrift op 22 september 2020. De mondelinge behandeling vond plaats op 8 december 2020. Het Gerecht oordeelde dat Merantillas onvoldoende bewijs had geleverd voor de beëindiging van de arbeidsovereenkomst en dat de verzoeker recht had op doorbetaling van zijn loon. Het Gerecht verleende de verzoeker verlof tot kosteloos procederen, verklaarde dat de bepalingen inzake de beëindiging van de arbeidsovereenkomst van toepassing waren en veroordeelde Merantillas tot betaling van het achterstallige loon, vermeerderd met een wettelijke verhoging van 15%.

De uitspraak benadrukt de noodzaak voor werkgevers om de beëindiging van arbeidsovereenkomsten goed te onderbouwen en de rechten van werknemers te beschermen, vooral in gevallen van arbeidsongeschiktheid. Het Gerecht heeft de kosten van de procedure aan Merantillas opgelegd, aangezien zij in het ongelijk zijn gesteld. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de verzoeker direct recht heeft op de toegewezen bedragen.

Uitspraak

Beschikking van 19 januari 2021

Behorend bij E.J. no. AUA202000994

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA

BESCHIKKING

in de zaak van:

[Verzoeker],

wonende in Aruba,

verzoeker,

hierna ook te noemen: [naam verzoeker],

gemachtigde: de advocaat mr. D.G. Kock,

tegen:

de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

MERANTILLAS V.B.A.,

gevestigd in Aruba,

verweerster,

hierna ook te noemen: Merantillas,

gemachtigde: de advocaat mr. R.A. Wix.

1. DE PROCEDURE

1.1

Het verloop van de procedure blijkt uit:

-het verzoekschrift met producties, ingediend op 17 april 2020;

-het verweerschrift met producties, ingediend op 22 september 2020.

1.2

De mondelinge behandeling van de zaak heeft plaatsgevonden op 8 december 2020. [naam verzoeker] is in persoon ter terechtzitting verschenen samen met zijn gemachtigde. Merantillas is verschenen bij haar gemachtigde, die werd vergezeld door de heer [naam directeur Human Resources] (directeur Human Resources). [Naam verzoeker] heeft gebruik gemaakt van de aan hem geboden gelegenheid om bij wijze van repliek te reageren op het verweerschrift, mede aan de hand van een overgelegde en voorgedragen pleitnota. Merantillas heeft vervolgens gebruik gemaakt van de aan haar geboden gelegenheid om bij wijze van dupliek te reageren op die reactie van [naam verzoeker].

1.3

Beschikking is bepaald op heden.

2. DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1

Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet of onvoldoende bestreden alsmede op grond van overgelegde producties voor zover niet of onvoldoende bestreden staat onder meer het volgende vast tussen partijen.

2.2 [

Naam verzoeker] is met ingang van 31 mei 2019 krachtens een daartoe tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst voor de duur van 6 maanden in loondienst getreden van Merantillas, in de functie van
‘cleaner’ tegen een brutoloon van Afl. 683,64 per quincena, vermeerderd met 1.00 punt F&B Service Charge Points (hierna ook: de arbeidsovereenkomst).

2.3

Op 20 oktober 2019 is [naam verzoeker] op het werk ziek geworden. [Naam verzoeker] is vervolgens met de ambulance afgevoerd.

2.4

Op 21 oktober 2019 heeft [naam verzoeker] zich bij de SVB gemeld, waarna hij arbeidsongeschikt is verklaard.

2.5

Gedurende zijn arbeidsongeschiktheid heeft Merantillas aan [naam verzoeker] medegedeeld dat zijn dienstverband per eind november 2019 van rechtswege is geëindigd.

2.6

Bij aan Merantillas gerichte brief van 27 februari 2020 heeft [naam verzoeker] zich bereid verklaard de bedongen arbeid te blijven verrichten en heeft hij doorbetaling van zijn loon gevorderd.

2.7

Op 18 maart 2020 is [naam verzoeker] weer arbeidsgeschikt verklaard.

3. DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1

Naast kosteloos procederen verzoekt [naam verzoeker] dat het Gerecht bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren beschikking:

a. voor recht verklaart dat de bepalingen inzake de beëindiging van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd van toepassing zijn op de arbeidsovereenkomst van 28 mei 2019;

b. voor recht verklaart dat de arbeidsovereenkomst nog steeds bestaat totdat deze op rechtsgeldige wijze zal zijn beëindigd;

c. Merantillas veroordeelt om aan [naam verzoeker] zijn loon door te betalen vanaf 1 december 2019, totdat de arbeidsovereenkomst op rechtsgeldige wijze zal zijn beëindigd, vermeerderd met de wettelijke verhoging ex artikel 7A:1614q BW;

d. Merantillas veroordeelt in de proceskosten.

3.2

Merantillas heeft verweer gevoerd en heeft geconcludeerd tot afwijzing van het verzoek, met veroordeling van [Naam verzoeker] in de proceskosten.

3.3

Voor zover van belang voor de beslissing worden de stellingen van partijen hierna besproken.

4. DE BEOORDELING

4.1

Uit het door [naam verzoeker] overgelegde bevoegdelijk afgegeven bewijs van onvermogen volgt dat hij niet in staat is om de kosten van deze procedure te dragen. Aan [naam verzoeker] zal daarom verlof tot kosteloos procederen worden verleend.

4.2

De centraal in dit geschil te beantwoorden vraag is of [naam verzoeker] nog steeds krachtens de arbeidsovereenkomst in loondienst is van Merantillas.

4.3

Het Gerecht is met [naam verzoeker] van oordeel dat Merantillas onvoldoende met stukken heeft onderbouwd dat zij in de periode van juni 2019 tot en met november 2019 een behoefte had aan tijdelijke arbeidskrachten, zoals door haar gesteld. Uit de door Merantillas overgelegde overzichten is slechts de bezetting van de maanden mei tot en met december 2019 te zien, waaruit niet kan worden afgeleid dat er een toename bestaat van bedrijvigheid in de onderneming ten opzichte van de andere maanden, zoals [naam verzoeker] terecht heeft gesteld. Dat [naam verzoeker] als
‘cleaner’ zo dringend nodig was, zoals door Merantillas gesteld en door [naam verzoeker] gemotiveerd bestreden, is ook niet gebleken nu [naam verzoeker] onbestreden heeft gesteld dat hij vanaf augustus 2019 tot 21 oktober 2019 als helper in de keuken heeft gewerkt terwijl er voor hem geen andere cleaner is aangesteld door Merantillas. Dit brengt mee dat de arbeidsovereenkomst niet voldoet aan de vereisten van artikel 7A:1613x, tweede lid, BW. Dit betekent dat de regels inzake de beëindiging van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd op de arbeidsovereenkomst van toepassing zijn, hetgeen verder betekent dat de arbeidsovereenkomst van [Naam verzoeker] niet per 30 november 2019 van rechtswege is geëindigd. Dat brengt met zich dat de arbeidsovereenkomst tussen partijen nog onverkort bestaat, nu is gesteld noch gebleken dat de arbeidsovereenkomst anders dan van rechtswege is geëindigd. De vordering om voor recht te verklaren dat de arbeidsovereenkomst nog van kracht is, komt dan ook voor toewijzing in aanmerking. Er zijn geen feiten of omstandigheden gesteld die een ander oordeel kunnen rechtvaardigen.

4.4

Het voorgaande brengt met zich dat de vordering van [naam verzoeker] tot doorbetaling van zijn loon eveneens toewijsbaar is. De arbeidsovereenkomst is immers niet van rechtswege noch door opzegging of anderszins geëindigd en [naam verzoeker] heeft zich bereid verklaard zijn werkzaamheden te verrichten. De gevorderde wettelijke verhoging zal ingevolge artikel 7A:1614q BW overeenkomstig vaste rechtspraak van het Gemeenschappelijk Hof worden gematigd tot 15%.

4.5

Merantillas zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van [Naam verzoeker], tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 50,-- aan (aan de griffier van dit Gerecht te betalen) verschotten pro deo en

Afl. 2.500,-- aan (niet aan de griffier van dit Gerecht te betalen) salaris voor de gemachtigde (2 punten van tarief 5 van het liquidatietarief, ad Afl. 1.250,-- per punt).

5. DE BESLISSING

Het Gerecht:

-verleent aan [naam verzoeker] verlof tot kosteloos procederen;

-verklaart voor recht dat de bepalingen inzake de beëindiging van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd van toepassing zijn op de arbeidsovereenkomst van [Naam verzoeker];

-verklaart voor recht dat die arbeidsovereenkomst nog steeds onverkort bestaat;

-veroordeelt Merantillas tot (door)betaling aan [naam verzoeker] van zijn volledige loon gerekend vanaf 1 december 2019 tot de tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst rechtsgeldig zal zijn beëindigd, achterstallig loon te vermeerderen met de gematigd vastgestelde wettelijke verhoging van telkens maximaal 15%, telkens gerekend vanaf de opeisbaarheid van dat loon;

-veroordeelt Merantillas in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van [naam verzoeker], tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 50,-- aan (aan de griffier van dit Gerecht te betalen) griffierechten pro deo en Afl. 2.500,-- aan (niet aan de griffier van dit Gerecht te betalen) salaris voor de gemachtigde pro deo;

-verklaart voormelde veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;

-wijst af het meer of anders verzochte.

Deze beschikking is gegeven door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op dinsdag 19 januari 2021.

Datum uitspraak: 19 januari 2021

Instantie: Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Zaaknummer: EJ nr. AUA202000994

Inhoudsindicatie:

Formele relaties (optioneel): verklaring voor recht beëindiging arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd; doorbetaling loon

Rechtsgebieden: Civiel, arbeidsrecht;

Rechter: mr. A.H.M. van de Leur

Bijzondere kenmerken: