ECLI:NL:OGEAA:2021:666
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.E.B. de Haseth
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot voorlopige voorziening in het kader van uitzetting van een Venezolaanse nationaliteit
Op 8 december 2021 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba uitspraak gedaan in een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening, ingediend door een Venezolaanse verzoeker tegen de uitzetting door de Minister van Justitie. De verzoeker, die sinds 30 juli 2017 zonder geldige verblijfstitel in Aruba verbleef, had eerder bezwaar gemaakt tegen een bevelschrift tot uitzetting dat op 20 oktober 2021 was afgegeven. Tijdens de zitting op 24 november 2021 was de verzoeker aanwezig via video, terwijl de verweerder niet verscheen. De voorzieningenrechter oordeelde dat de verzoeker niet in aanmerking kwam voor schorsing van de uitzetting, omdat hij geen geldige verblijfstitel had en er geen concreet zicht op legalisering van zijn verblijf was. De voorzieningenrechter stelde vast dat de minister bevoegd was om de uitzetting te bevelen op basis van de Landsverordening toelating en uitzetting (Ltu). De verzoeker had ook geen feitelijke grondslag voor zijn betoog dat de uitzetting in strijd was met artikel 3 van het EVRM, aangezien hij geen verzoek om bescherming had ingediend. De voorzieningenrechter wees het verzoek tot voorlopige voorziening af en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.