Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
[Appellant],
DE MINISTER VAN JUSTITIE, VEILIGHEID EN INTEGRATIE,
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
Standpunten van partijen
[naam bedrijf] B].
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak heeft de Minister van Justitie, Veiligheid en Integratie een aanvraag van een Venezolaanse appellant om een vergunning tot tijdelijk verblijf afgewezen. De appellant, vertegenwoordigd door drs. M.L. Hassell, heeft op 27 mei 2020 verzocht om herziening van deze afwijzing, maar dit verzoek werd door de Minister niet-ontvankelijk verklaard. De appellant heeft hiertegen beroep ingesteld bij het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba. Tijdens de zitting op 24 mei 2021 heeft de appellant zijn standpunt toegelicht, waarbij hij aanvoerde dat de afwijzing van zijn verzoek om herziening onterecht was, omdat hij nieuwe feiten en omstandigheden had die niet waren meegenomen in de eerdere beslissing. De Minister heeft echter gesteld dat het bezwaarschrift te laat was ingediend, wat de niet-ontvankelijkheid rechtvaardigde. Het Gerecht heeft uiteindelijk geoordeeld dat de appellant geen belang meer had bij de vernietiging van de bestreden beslissing, aangezien hij inmiddels niet meer bij de werkgever werkte waarvoor de vergunning was aangevraagd. Hierdoor werd het beroep van de appellant niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak werd gedaan door rechter N.K. Engelbrecht op 11 oktober 2021.