ECLI:NL:OGEAA:2021:588

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
14 december 2021
Publicatiedatum
22 december 2021
Zaaknummer
AUA202102491
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontzetting van het ouderlijk gezag over minderjarigen in het belang van de verzorging en opvoeding

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 14 december 2021 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontzetting van het ouderlijk gezag van de moeder over haar minderjarige kinderen. De Voogdijraad heeft het verzoek ingediend, waarbij werd gesteld dat de moeder sinds november 2020 niet meer feitelijk het gezag over de kinderen uitoefent, nadat zij naar Nederland was vertrokken en de kinderen bij de grootmoeder had achtergelaten. De minderjarigen zijn door de vader erkend, maar de moeder heeft geen contact meer gehad met de Voogdijraad en heeft geen stappen ondernomen om het gezag over de kinderen te regelen.

De procedure begon met een verzoekschrift dat op 6 augustus 2021 werd ingediend. Na verschillende zittingen, waaronder een minderjarigenverhoor en mondelinge behandelingen, concludeerde de Voogdijraad dat de moeder grove verwaarlozing van de verzorging en opvoeding van de kinderen vertoonde. De moeder had de kinderen zonder afscheid achtergelaten en had geen contact meer met de Voogdijraad, ondanks pogingen om haar te bereiken. De vader daarentegen zorgde goed voor de kinderen en bood hen stabiliteit.

De rechter oordeelde dat het in het belang van de minderjarigen noodzakelijk was om de moeder uit het ouderlijk gezag te ontzetten en de vader met het gezag te belasten. De beschikking werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht is, ongeacht eventuele rechtsmiddelen die de moeder zou kunnen aanwenden. De uitspraak benadrukt het belang van de zorg en stabiliteit voor de minderjarigen, die nu bij hun vader zullen opgroeien.

Uitspraak

Beschikking van 14 december 2021
Behorend bij EJ nr. AUA202102491
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van:
DE VOOGDIJRAAD,
kantoorhoudend in Aruba,
VERZOEKER,
vertegenwoordigd.
tegen
[verweerster],
wonende in Nederland,
VERWEERSTER, hierna te noemen de moeder,
procederend in persoon
Belanghebbenden:
[naam vader], de vader,
[naam minderjarige 1]geboren op [geboortedatum] in Aruba,
[naam minderjarige 2], geboren op [geboortedatum] in Aruba,
hierna gezamenlijk te noemen de minderjarigen.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ingediend op 6 augustus 2021,
  • het minderjarigenverhoor van 25 oktober 2021,
  • de mondelinge behandeling van 26 oktober 2021, waaruit blijkt dat zijn verschenen de Voogdijraad bij mevrouw [naam raadsonderzoeker] en mevrouw [naam raadsonderzoeker], en de vader in persoon,
  • de mondelinge behandeling van 23 november 2021, waaruit blijkt dat zijn verschenen de Voogdijraad bij mevrouw [naam raadsonderzoeker] en mevrouw [naam raadsonderzoeker], de moeder via video verbinding en de vader in persoon.
1.2
De uitspraak is bepaald op heden.

2.DE FEITEN

2.1
De minderjarigen zijn uit de relatie tussen de vader en de moeder geboren. De minderjarigen zijn door de vader erkend. De moeder oefent van rechtswege het ouderlijk gezag over de minderjarige alleen uit.
2.2
In november 2020 is de moeder naar Nederland vertrokken en heeft de minderjarigen bij oma vaderszijde achtergelaten.
2.3
Op 8 december 2020 heeft het openbaar ministerie de minderjarigen aan het gezag van de moeder onttrokken en voorlopig aan de Voogdijraad toevertrouwd met plaatsing van de minderjarigen bij de vader.
2.4
Bij beschikking van 6 april 2021, behorend bij AUA202003255, is de voorlopige toevertrouwing bekrachtigd voor de duur van 6 maanden.

3.HET VERZOEK

Het verzoek strekt ertoe om de moeder van het ouderlijk gezag over de minderjarigen te ontzetten en om de vader met het gezag over de minderjarigen te belasten.

4.DE BEOORDELING

4.1
Voor zover hier van belang bepaalt artikel 1:269 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba dat de rechter, indien hij het in het belang van het kind noodzakelijk oordeelt, een ouder van het ouderlijk gezag kan ontzetten, om reden van grove verwaarlozing van de verzorging of opvoeding van een of meer kinderen.
4.2
Uit het rapport van de Voogdijraad en het ter zitting besprokene blijkt het volgende.
In november 2020 is de moeder plotseling naar Nederland vertrokken met achterlating van de minderjarigen bij oma vaderszijde zonder afscheid van de minderjarigen te nemen, zonder de minderjarigen en oma vaderszijde over haar definitief vertrek naar Nederland te informeren en zonder de schoolbenodigdheden en persoonlijke spullen van de minderjarigen bij oma vaderszijde achter te laten. De moeder heeft vóór haar vertrek naar Nederland niks geregeld over de uitoefening van het gezag over de minderjarigen. Verschillende instanties (onder andere school en bureau leerplicht) hadden getracht in contact te komen met de moeder gezien het hoog schoolverzuim van de minderjarigen, maar zonder resultaat. Op 8 december 2020 heeft oma vaderszijde contact opgenomen met de Voogdijraad om aan te geven dat zij de minderjarigen wegens haar slechte gezondheid niet meer kan opvangen, dat de moeder onbereikbaar was en dat zij de minderjarigen door haar situatie verbaal mishandelt. De Voogdijraad heeft toen getracht in contact te komen met de moeder, maar zonder resultaat. Op 8 december 2020 werden de minderjarigen toen door het openbaar ministerie aan de Voogdijraad toevertrouwd met plaatsing van de minderjarigen bij de vader. Tijdens de bekrachtigingsperiode kreeg de Voogdijraad contact met de moeder en heeft de raadsonderzoeker van de moeder vernomen dat zij de minderjarigen in Nederland wil hebben. Aan de moeder is toen om haar adres verzocht en medegedeeld dat zij contact moet opnemen met de Raad voor de Kinderbescherming in Nederland die dan een onderzoek zou moeten verrichten omtrent de sociale omstandigheden van de moeder in Nederland. De moeder heeft haar adres niet doorgegeven aan de Voogdijraad en de Voogdijraad heeft daarna niks meer van de moeder vernomen.
De moeder oefent sinds november 2020 feitelijk niet het gezag uit over de minderjarigen. De vader heeft sinds 7 oktober 2020 geen contact met de moeder. De minderjarigen worden goed door de vader verzorgd en hebben thans regelmaat, rust en stabiliteit bij de vader.
De moeder kan volgens de Voogdijraad de minderjarigen thans niet de nodige rust, veiligheid, structuur en bescherming bieden. Er wordt hierin binnen afzienbare tijd geen verandering verwacht. De Voogdijraad verzoekt daarom om de moeder wegens grove verwaarlozing van de verzorging en opvoeding van de minderjarigen uit het gezag te ontzetten en om de vader met het gezag te belasten.
4.3
De moeder verzet zich tegen toewijzing van het verzoek. De moeder is niet voornemens naar Aruba te komen en wenst de kinderen bij zich te hebben. Ter zitting heeft de moeder verklaard dat zij in Nederland een paar keer is verhuisd, dat zij sinds 2 maanden een appartement heeft in Utrecht met een huurcontract voor de duur van een jaar en nu op zoek is naar een woning. Zij werkte via uitzendbureaus maar heeft nu een arbeidsovereenkomst voor de duur van 1 jaar, aldus de moeder.
4.4
Het gerecht verenigt zich, gelet op het rapport van de Voogdijraad en het verhandelde ter zitting, met de conclusies van de Voogdijraad en acht het in het belang van de minderjarigen noodzakelijk dat de moeder uit het ouderlijk gezag over hen wordt ontzet, nu sprake is van grove verwaarlozing van de verzorging en opvoeding van de minderjarigen. De moeder oefent sinds november 2020 feitelijk niet het gezag uit over de minderjarigen.
4.5
In het gezag over de minderjarigen dient dan te worden voorzien. Nu niet is gebleken dat bij het inwilligen van het verzoek om de vader met het gezag te belasten de belangen van de minderjarigen verwaarloosd zouden worden, zal het gerecht dit verzoek ook toewijzen.

5.DE BESLISSING

Het gerecht:
ontzet de moeder [verweerster] uit het ouderlijk gezag over
[naam minderjarige 1], geboren op [geboortedatum] in Aruba, en
[naam minderjarige 2], geboren op [geboortedatum] in Aruba,
belast de vader met het ouderlijk gezag over de minderjarigen,
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven op dinsdag, 14 december 2021 door de rechter mr. E.M.D. Angela in tegenwoordigheid van de griffier.
Datum uitspraak: 14 december 2021
Instantie: Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Zaaknummer: EJ nr. AUA202102491
Inhoudsindicatie: ontzetting ouderlijke gezag
Formele relaties (optioneel):
Rechtsgebieden: Civiel, EJ.
Rechter: mr. E.M.D. Angela
Bijzondere kenmerken: