ECLI:NL:OGEAA:2021:485

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
12 oktober 2021
Publicatiedatum
22 oktober 2021
Zaaknummer
AUA202101018
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • N.K. Engelbrecht
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verdeling van huurrechten en benoeming van een onzijdige persoon in nalatenschap

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 12 oktober 2021 uitspraak gedaan in een verzoek tot verdeling van huurrechten. De verzoekster, vertegenwoordigd door notaris mr. H.M. Rodriquez-Taekema, heeft een verzoek ingediend op 16 april 2021, waarbij zij verzocht om de verdeling van huurrechten op een perceel domeingrond, dat deel uitmaakt van de nalatenschap van de overleden erflater. De verweerster is niet verschenen en heeft geen verweerschrift ingediend, ondanks een behoorlijke oproeping.

De feiten van de zaak tonen aan dat de verzoekster en de verweerster deelgenoten zijn in de nalatenschap van de erflater, die op [overlijdensdatum] is overleden. De nalatenschap omvat onder andere huurrechten op een perceel dat sinds 1 januari 2019 is verhuurd aan de erven van de erflater. De verzoekster heeft aangevoerd dat er ongeveer zestien personen gerechtigd zijn tot de huurrechten en dat de medegerechtigden hebben ingestemd met de overdracht van de huurrechten aan haar, onder de voorwaarde dat zij alle achterstallige huurpenningen betaalt en een aandeel in de waarde van de huurrechten uitkeert aan vier anderen, waaronder de verweerster.

Het gerecht heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat er sinds 5 februari 1985 sprake is van onverdeeld gemeenschappelijk goed en dat er geen belemmeringen zijn voor de verdeling. Gezien het ontbreken van verweer heeft het gerecht besloten de verdeling van de huurrechten te bevelen en een onzijdig persoon te benoemen, in dit geval deurwaarder Bernard R. Roos, om de verweerster te vertegenwoordigen indien zij weigert mee te werken aan de verdeling.

De beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, en het gerecht heeft het meer of anders verzochte afgewezen.

Uitspraak

Beschikking van 12 oktober 2021
Behorend bij EJ nr. AUA202101018
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van
[Naam verzoekster],
domicilie kiezend ten kantore van notaris mr. H.M. Rodriquez-Taekema,
VERZOEKSTER,
in persoon.
tegen
[Naam verweerster],
wonende in Aruba, te [Adres].
VERWEERSTER,
niet verschenen.

1.DE PROCEDURE

De procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift, ingediend op 16 april 2021;
- de mondelinge behandeling van 8 juni 2021, waar verzoekster in persoon is verschenen. De verweerster heeft geen verweerschrift ingediend en is, ondanks de behoorlijke oproeping, niet verschenen.
De uitspraak is nader bepaald op heden.

2.DE FEITEN

2.1
Verzoekster is met anderen, onder wie verweerster, deelgenoot in de nalatenschap van wijlen [naam erflater], geboren op [geboortedatum] in Aruba en overleden op [overlijdensdatum] in Aruba (hierna: de erflater).
2.2
Tot deze nalatenschap behoren onder andere de huurrechten op het perceel domeingrond, groot in totaal vierhonderd vierkante meter (400 m2), gelegen te [adres perceel domeingrond], met opstal [adres opstal] (hierna: het perceel), welk perceel laatstelijk met ingang van 1 januari 2019 is verhuurd aan de erven van de erflater.

3.HET VERZOEK

Het verzoek strekt - naar het gerecht begrijpt - ertoe de verdeling van de huurrechten te bevelen met benoeming van een onzijdige persoon indien verweerster weigert aan die verdeling mee te werken.
Aan dit verzoek is ten grondslag gelegd dat voor zover bekend ongeveer zestien personen gezamenlijk gerechtigd zijn tot voormelde huurrechten, dat de medegerechtigden zijn overeengekomen dat de huurrechten aan verzoekster zullen worden overgedragen, onder de verplichting voor haar tot voldoening van alle achterstallige huurpenningen tot en met heden en het aandeel in de waarde van de huurrechten uit te keren aan vier anderen, onder wie verweerster, dat alle deelnemers, met uitzondering van verweerster, hun medewerking hebben verleend om de overdracht, via de notaris, te realiseren, en dat de overdracht niet kan plaatsvinden zonder de medewerking van verweerster.

4.DE BEOORDELING

4.1
Het verzoek is gebaseerd op artikel 3:178, lid 1 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (BWA). Ingevolge die bepaling kan ieder der deelgenoten te allen tijde verdeling van een gemeenschappelijk goed vorderen, tenzij uit de aard van de gemeenschap anders voortvloeit.
Ingevolge artikel 3:181, lid 1 BWA benoemt de rechter op verzoek van de meest gerede partij een onzijdig persoon, voor het geval dat deelgenoten of zij wier medewerking vereist is, niet meewerken tot een verdeling, nadat deze bij rechterlijke uitspraak is bevolen.
4.2
Het gerecht constateert dat in dit geval sinds 5 februari 1985 sprake is van onverdeelde gemeenschappelijk goed, te weten de in de nalatenschap van de erflater vallende huurrechten op het perceel. Nu niet is gebleken dat de aard van de gemeenschap een verdeling in de weg staat en gelet op het ontbreken van enig verweer, zal het gerecht de verdeling van die huurrechten bevelen en daarbij een onzijdig persoon benoemen.
4.3
Het voorgaande leidt tot de volgende beslissing.

5.BESLISSING

Het gerecht:
-beveelt de verdeling van de huurrechten op het perceel domeingrond, groot in totaal vierhonderd vierkante meter (400 m2), gelegen te [adres perceel], bladnummer 3-D-3, met opstal [adres opstal], van wijlen [naam erflater], geboren op [geboortedatum] in Aruba en overleden op [overlijdensdatum] in Aruba,
-benoemt vanaf dagtekening van deze beschikking, Bernard R. Roos, deurwaarder in Aruba, tot onzijdig persoon om [verweerster], geboren op [geboortedatum] in Aruba en wonende in Aruba, te vertegenwoordigen indien zij mocht weigeren of nalaten aan de verdeling en levering van voornoemde huurrechten mee te werken;
-wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. N.K. Engelbrecht, rechter in dit gerecht, en in het openbaar uitgesproken ter zitting van dinsdag 12 oktober 2021 in tegenwoordigheid van de griffier.