ECLI:NL:OGEAA:2021:377

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
24 augustus 2021
Publicatiedatum
31 augustus 2021
Zaaknummer
AUA201803769
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen Lovers Industrial Corporation Aruba N.V. en [verweerder]

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 24 augustus 2021 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen de naamloze vennootschap Lovers Industrial Corporation Aruba N.V. (hierna: Lovers) en [verweerder]. De procedure is gestart na een ontslag op staande voet door Lovers op 12 april 2018, waarna [verweerder] de nietigheid van dit ontslag heeft ingeroepen. De zaak is behandeld in een zitting waar beide partijen hun standpunten hebben toegelicht. Lovers verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst met onmiddellijke ingang, terwijl [verweerder] verweer voerde en afwijzing van het verzoek vroeg.

Het Gerecht heeft vastgesteld dat de door Lovers gestelde gedragingen van [verweerder] een dringende reden voor ontslag opleveren, zoals eerder beoordeeld door de bodemrechter in een gelijktijdig behandelde loonvorderingsprocedure. Het Gerecht concludeert dat de dringende reden een gewichtige reden vormt voor de ontbinding van de arbeidsovereenkomst. De kosten van de procedure worden gecompenseerd, zodat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Tevens is aan [verweerder] verlof tot kosteloos procederen verleend, gezien zijn financiële situatie.

De uitspraak houdt in dat de arbeidsovereenkomst per 25 augustus 2021 wordt ontbonden, mits deze overeenkomst nog steeds bestaat, en dat het meer of anders door Lovers verzochte wordt afgewezen. De beschikking is gegeven door mr. A.H.M. van de Leur en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting.

Uitspraak

Beschikking van 24 augustus 2021
Behorend bij E.J. no. AUA201803796
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
LOVERS INDUSTRIAL CORPORATION ARUBA N.V.,
gevestigd in Aruba,
verzoekster,
hierna ook te noemen: Lovers,
gemachtigde: de advocaat mr. M.D. Tromp,
tegen:
[Naam verweerder],
wonende in Aruba,
verweerder,
hierna ook te noemen: [verweerder],
gemachtigde: de advocaat mr. D.G. Kock.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
-het verzoekschrift, met producties;
-het verweerschrift, met producties;
-de mondelinge behandeling van de zaak ter terechtzitting die is aangevangen op 27 november 2018 en na schorsing daarvan (inhoudelijk) is voortgezet op 10 december 2018, tijdens welke zitting de door [verweerder] ingediende bij partijen genoegzaam bekende loonvorderingszaak onder zaaknummer E.J. AUA201801970 met instemming van partijen gelijktijdig met de onderhavige zaak is behandeld.
1.2
Ter zitting zijn verschenen Lovers bij haar gemachtigde en [verweerder] met zijn gemachtigde. Partijen hebben in twee termijnen het woord gevoerd, Lovers mede aan de hand van een overgelegde en voorgedragen pleitnota, en hebben gereageerd of kunnen reageren op elkaars stellingen.
1.3
De zaak is vervolgens voor beschikking gesteld op 15 januari 2019. Nog voor die datum hebben partijen in het kader van voorgenomen schikkingsonderhandelingen verzocht de zaak (samen met de loonvorderingszaak) te verwijzen naar de parkeerrol. De zaak is daarom met de loonvorderingszaak verwezen naar de parkeerrol. Op 6 juli 2021 is vanwege partijen te kennen gegeven dat er geen schikking is bereikt met daarbij het verzoek de zaken weer op de gewone rol te plaatsen.
1.4
Beschikking is vervolgens nader bepaald op heden. In de loonvorderingszaak wordt een zelfstandige beschikking gegeven.

2.DE FEITEN

2.1
Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet of onvoldoende bestreden alsmede op grond van overgelegde producties en overige stukken voor zover niet of onvoldoende bestreden staat onder meer het volgende vast tussen partijen.
2.2 [
Verweerder] is krachtens een tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst op 22 september 2015 in loondienst getreden van Lovers als Senior Route Salesman tegen een laatstelijk bruto maandloon van Afl. 1.711,15.
2.3
Bij brief van 12 april 2018 heeft Lovers [verweerder] op staande voet ontslagen (hierna: het ontslag).
2.4
Bij brief van 13 juni 2018 heeft [verweerder] de nietigheid van het ontslag ingeroepen en daarbij heeft hij verklaard dat hij bereid is de werkzaamheden voor Lovers voort te zetten.

3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1
Lovers verzoekt dat het Gerecht bij beschikking de tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst ontbindt met onmiddellijke ingang danwel op een door het Gerecht te bepalen ander tijdstip op grond van de in haar verzoekschrift omschreven gewichtige redenen indien en voorzover bij rechterlijk gewijsde komt vast te staan dat die arbeidsovereenkomst nog steeds bestaat, zonder toekenning aan [verweerder] van enige vergoeding aan [verweerder] en met veroordeling van hem in de kosten van de procedure.
3.2 [
Verweerder] voert verweer en concludeert tot afwijzing van het door Lovers verzochte, en tot veroordeling van haar in de proceskosten gevallen aan de zijde van [verweerder].
3.3
Voorzover van belang voor de uitspraak worden de stellingen van partijen hierna besproken.

4.DE BEOORDELING

4.1
Ter beoordeling van het Gerecht ligt voor de vraag of de door Lovers gestelde gedragingen van [verweerder] een (uitgestelde) dringende reden voor ontslag opleveren, dan wel dat zich als gevolg daarvan veranderingen in de omstandigheden hebben voorgedaan die van dien aard zijn dat de dienstbetrekking van [verweerder] bij Lovers billijkheidshalve dadelijk of na korte tijd behoort te eindigen.
4.2
Die vraag is reeds beantwoord door de bodemrechter in de gelijktijdig met deze zaak behandelde loonvorderingsprocedure, in die zin dat naar het oordeel van die rechter [verweerder] als Senior Route Salesman ernstig verwijtbaar heeft gehandeld jegens Lovers zoals omschreven zijn vonnis, waarmee [verweerder] een dringende reden heeft gegeven aan Lovers voor ontslag dat daarom terecht aan hem is gegeven. De ontbindingsrechter ziet geen grond of aanleiding om af te wijken van dat oordeel van de bodemrechter.
4.3
Ook in deze procedure komt daarom vast te staan dat [verweerder] een dringende reden heeft aan Lovers gegeven voor ontslag in de door de bodemrechter omschreven bij partijen genoegzaam bekende zin. Die dringende reden levert een gewichtige reden op voor ontbinding van de tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst als na te melden, en staat in de weg aan toekenning aan [verweerder] van een door Lovers te betalen ontbindingsvergoeding.
4.4
In de aard, uitkomst en verloop van deze procedure ziet het Gerecht aanleiding om de proceskosten te compenseren tussen partijen, aldus dat ieder van hen de eigen kosten draagt.
4.5
In de gelijktijdig met de onderhavige zaak behandelde loonvorderingszaak is aan [verweerder] verlof tot kosteloos procederen verleend omdat uit het door hem in die procedure overgelegde bewijs van onvermogen is gebleken dat hij de kosten daarvan niet kan dragen. In het licht van dat in de loonvorderingsprocedure overgelegde bewijs van onvermogen is gesteld noch gebleken dat [verweerder] de kosten van de onderhavige procedure wel kan dragen, zodat ook in deze procedure verlof wordt verleend aan [verweerder] tot kosteloos procederen.
5. DE UITSPRAAK
Het Gerecht:
-ontbindt de tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst per 25 augustus 2021 indien en voorzover krachtens rechterlijk gewijsde komt vast te staan dat die overeenkomst nog steeds bestaat;
-compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, aldus dat ieder van hen de eigen kosten draagt;
-wijst af het meer of anders door Lovers verzochte;
-verleent aan [verweerder] verlof tot kosteloos procederen.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van dinsdag 24 augustus 2021 in tegenwoordigheid van de griffier.