ECLI:NL:OGEAA:2021:299

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
22 juni 2021
Publicatiedatum
2 juli 2021
Zaaknummer
AUA202003067
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wijziging kinderalimentatiebeschikking in de alimentatiezaak

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de vader, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. C.J. Hart, verzocht om wijziging van een eerdere beschikking betreffende kinderalimentatie. De oorspronkelijke beschikking, gedateerd 1 maart 2007, verplichtte de vader tot betaling van Afl. 225,- per kind per maand aan de Voogdijraad voor de verzorging en opvoeding van zijn kinderen. De vader heeft verzocht om deze bijdrage te verlagen naar Afl. 75,- per kind per maand, met ingang van 1 december 2020, en om de bijdrage voor de oudste twee kinderen op nihil te stellen. De vader voerde aan dat zijn financiële situatie is veranderd en dat hij nu ook verantwoordelijk is voor de kosten van zijn andere kinderen uit een tweede huwelijk.

De mondelinge behandeling vond plaats op 16 februari 2021, waarbij de vader en de derde verweerder, [verweerder 3], aanwezig waren. De andere verweerders, [verweerder 1] en [verweerder 2], zijn niet verschenen en hebben geen verweerschrift ingediend. Het gerecht heeft vastgesteld dat er sprake is van een wijziging van omstandigheden die een herbeoordeling van de onderhoudsbijdrage rechtvaardigt. De rechter heeft geoordeeld dat het verzoek van de vader toewijsbaar is, gezien het ontbreken van verweer van de andere verweerders.

In de beslissing heeft het gerecht de vader toestemming verleend om kosteloos te procederen en de eerdere beschikking van 1 maart 2007 gewijzigd. De bijdrage voor de kinderen [verweerder 1] en [verweerder 2] is met ingang van 1 december 2020 op nihil gesteld. Tevens is bepaald dat eventuele betalingen die de vader voor deze datum heeft gedaan, gelijkgesteld worden aan de onderhoudsbijdrage tot heden. De proceskosten zijn gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.

Uitspraak

Beschikking van 22 juni 2021
behorend bij EJ AUA202003067
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de alimentatiezaak tussen
[verzoeker],
wonende in Aruba,
VERZOEKER, hierna: de vader,
gemachtigde: de advocaat mr. C.J. Hart,
en

1.[verweerder 1],

2.[verweerder 2],
3.[verweerder 3],
wonende in Aruba, [adres],
VERWEERDERS,
verweerders sub 1 en 2 niet verschenen,
verweerster sub 3 procederend in persoon.

1.DE PROCEDURE

De procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ingediend op 1 december 2020;
  • de mondelinge behandeling ter zitting van 16 februari 2021, waar zijn verschenen de vader en [verweerder 3]. [verweerder 1] en [verweerder 2] hebben geen verweerschrift ingediend en zijn, ondanks daartoe behoorlijk te zijn opgeroepen, niet verschenen.
De uitspraak is nader bepaald op heden.

2.DE FEITEN

2.1
De vader is gehuwd geweest met [naam ex echtgenote]. Zij zijn de ouders van de verweerders:
[verweerder 1], geboren op [geboortedatum] in Aruba,
[verweerder 2], geboren op [geboortedatum] in Aruba en
[verweerder 3], geboren op [geboortedatum] in Nederland
(hierna: de kinderen.).
2.2
Bij beschikking van dit gerecht van 1 maart 2007 (EJ nr. 2665/2006) is - voor zover hier van belang - bepaald dat de vader ingaande 1 oktober 2007 als bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de kinderen Afl. 225,- per kind per maand aan de Voogdijraad dient te betalen.

3.HET VERZOEK

3.1
Het verzoek strekt tot wijziging van bovengenoemde beschikking van 1 maart 2007 in dier voege dat het door de vader te betalen bedrag aan onderhoudsbijdrage ten behoeve van verweerders sub 1 en 2 ([verweerder 1] en [verweerder 2]) op nihil wordt gesteld, althans dat de onderhoudsbijdrage ten behoeve van de kinderen wordt verlaagd naar Afl. 75,- per kind per maand vanaf 1 december 2020.
3.2
De vader voert draagkrachtverweer en verklaart bereid en in staat te zijn een bedrag van Afl. 225,- per maand te betalen aan levensonderhoud ten behoeve van [verweerder 3]. De vader houdt nu Afl. 278,66 per maand over om in zijn eigen levensonderhoud en in de kosten van verzorging en opvoeding van zijn twee andere kinderen uit zijn tweede huwelijk te voorzien.

4.DE BEOORDELING

4.1
Het verzoek is gebaseerd op artikel 1:401 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba. Ingevolge die bepaling kan een rechterlijke uitspraak betreffende levensonderhoud bij latere uitspraak worden gewijzigd of ingetrokken, indien zij nadien door wijziging van omstandigheden ophoudt aan de wettelijke maatstaven te voldoen.
4.2
De vader heeft naar het oordeel van het gerecht voldoende gesteld en aannemelijk gemaakt dat er sprake is van een wijziging van omstandigheden die een hernieuwde beoordeling mogelijk maakt van de vastgestelde onderhoudsbijdrage.
4.4
Het primair verzoek zal, gelet op het gestelde en het ontbreken van enig verweer zijdens verweerders sub 1 en 2, worden toegewezen.
4.5
Nu een bijdrage als de onderhavige van maand tot maand pleegt te worden verbruikt en gelet op de datum van deze uitspraak, zal het gerecht bepalen dat voor zover de vader vóór bedoelde datum meer heeft betaald of op hem is verhaald, de bijdrage tot heden wordt gelijkgesteld aan hetgeen door hem meer is betaald of op hem is verhaald.
4.6
Gelet op het overgelegde bewijs van onvermogen zal aan de vader toestemming worden verleend om kosteloos te mogen procederen.
4.7
De proceskosten zullen worden gecompenseerd.

5.DE BESLISSING

Het gerecht:
verleent de vader toestemming om in deze zaak kosteloos te mogen procederen,
wijzigt de beschikking van dit gerecht van 1 maart 2007 (EJ nr. 2665/2006) in dier voege dat de bijdrage van de vader [verzoeker] in de kosten van het levensonderhoud van [verweerder 1], geboren op [geboortedatum] in Aruba, en [verweerder 2], geboren op [geboortedatum in Aruba, met ingang van 1 december 2020 wordt bepaald op nihil,
bepaalt dat voor zover de vader vanaf 1 december 2020 tot heden meer heeft betaald of op hem is verhaald, de onderhoudsbijdrage tot heden wordt gelijkgesteld aan hetgeen door hem meer is betaald of op hem is verhaald,
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
compenseert de proceskosten aldus dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Aldus gegeven door mr. E.M.D. Angela, rechter in dit gerecht, en in het openbaar uitgesproken ter zitting van dinsdag 22 juni 2021 in aanwezigheid van de griffier.