In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, betreft het een kort geding waarin eiseres, een arbeidsovereenkomst hebbende met het Land Aruba, vordert dat haar loon wordt doorbetaald. De arbeidsovereenkomst, die op 9 mei 2018 is aangegaan, werd door de secretaris van de ministerraad op 25 november 2020 via een whatsappbericht opgezegd, met een ingangsdatum van 1 januari 2021. Eiseres betwist de rechtsgeldigheid van deze opzegging en stelt dat zij nooit een formele opzeggingsbrief heeft ontvangen. Het Gerecht oordeelt dat de mededeling van de secretaris van de ministerraad door eiseres niet anders kon worden begrepen dan als een rechtsgeldige opzegging van de arbeidsovereenkomst. Het Gerecht concludeert dat de arbeidsovereenkomst per 1 februari 2021 rechtsgeldig is beëindigd, en wijst de vorderingen van eiseres af. Eiseres wordt veroordeeld in de proceskosten van het Land, die op nihil zijn begroot, aangezien het Land zich heeft laten vertegenwoordigen door een ambtenaar.