In deze zaak heeft de rechter van het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 17 februari 2021 uitspraak gedaan over het beroep van een Venezolaanse appellant tegen een bevelschrift tot uitzetting. De appellant, vertegenwoordigd door drs. M.L. Hassell, had beroep ingesteld tegen het uitblijven van een beslissing op zijn bezwaar tegen de uitzetting, die op 5 maart 2020 was bevolen door de minister van Justitie, Veiligheid en Integratie. De minister, vertegenwoordigd door mr. Y.F.M. Kaarsbaan, betwistte echter dat er een bezwaarschrift was ingediend. De rechter heeft vastgesteld dat de appellant geen bewijs heeft geleverd van de indiening van een bezwaarschrift, waardoor het beroep niet-ontvankelijk werd verklaard.
De procedure begon met het bevel tot uitzetting, waarbij de appellant een periode van niet-toelating van 54 maanden kreeg opgelegd. De appellant heeft op 25 juni 2020 beroep ingesteld, maar de minister heeft op 14 augustus 2020 een verweerschrift ingediend, waarin werd betoogd dat er geen bezwaarschrift was ontvangen. Tijdens de zitting op 21 september 2020 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht, maar de appellant kon niet aantonen dat hij een bezwaarschrift had ingediend. De rechter concludeerde dat er geen sprake was van een ontvankelijk beroep, omdat er geen beslissing op bezwaar was genomen.
De uitspraak benadrukt het belang van het indienen van een bezwaarschrift en de noodzaak om bewijs te leveren van de indiening ervan. De rechter heeft de appellant verzocht om bij een eventueel hoger beroep de juiste procedure te volgen en heeft de kosten van de procedure niet toegewezen aan de minister.