ECLI:NL:OGEAA:2020:162
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.H.M. van de Leur
- Rechtspraak.nl
Vordering tot nakoming van rekening en verantwoording door voogd over minderjarigen
In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 29 april 2020 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen eisers, [Eiser 1] en [Eiseres 2], en gedaagde, [Gedaagde]. De eisers hebben gevorderd dat gedaagde, die als voogd heeft gefungeerd over hen, wordt bevolen om rekening en verantwoording af te leggen over het vermogen dat zij heeft beheerd van de minderjarigen over een bepaalde periode. Gedaagde was eerder bij vonnis van 16 mei 2018 al bevolen om deze rekening en verantwoording af te leggen, maar heeft dit nagelaten, zelfs na aanmaning door eisers. Het Gerecht heeft vastgesteld dat gedaagde geen of onvoldoende verantwoording heeft afgelegd over het vermogen van de minderjarigen van 29 juni 2006 tot respectievelijk 26 maart 2010 en 17 oktober 2015. De vordering van eisers is toegewezen, waarbij gedaagde een dwangsom is opgelegd van Afl. 250,-- per dag voor het niet nakomen van het bevel tot verantwoording. Tevens is gedaagde veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op Afl. 3.155,--. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.