ECLI:NL:OGEAA:2019:98

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
19 februari 2019
Publicatiedatum
11 maart 2019
Zaaknummer
AUA201801176
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Kennelijk onredelijk ontslag en disfunctioneren van een werknemer bij de Kamer van Koophandel en Nijverheid Aruba

In deze zaak heeft verzoekster, werkzaam als administrateur bij de Kamer van Koophandel en Nijverheid Aruba (KVK), een verzoek ingediend om te verklaren dat haar ontslag kennelijk onredelijk is. Verzoekster was sinds 1 oktober 2003 in dienst en ontving een salaris van Afl. 6.086,19 bruto per maand. De KVK heeft haar ontslag per brief van 28 april 2017 aangekondigd, met als redenen disfunctioneren, onvoldoende leidinggevende capaciteiten en een verstoorde arbeidsrelatie. Verzoekster heeft betoogd dat het ontslag onterecht was en dat de KVK geen valide redenen had voor de beëindiging van haar dienstverband. De KVK heeft echter betoogd dat het ontslag gerechtvaardigd was op basis van herhaaldelijke tekortkomingen in haar functioneren, zoals het niet tijdig aanleveren van financiële rapportages en een slechte samenwerking met collega's.

Tijdens de zitting heeft verzoekster haar verzoek om een cessantia-uitkering ingetrokken. De rechter heeft overwogen dat de KVK voldoende bewijs heeft geleverd dat verzoekster niet op het vereiste niveau functioneerde en dat het ontslag daarom rechtsgeldig was. De rechter heeft geconcludeerd dat verzoekster niet heeft aangetoond dat haar ontslag kennelijk onredelijk was en heeft haar verzoek om schadevergoeding afgewezen. Tevens is verzoekster veroordeeld in de proceskosten van de KVK, die zijn begroot op Afl. 2.500,- aan gemachtigdensalaris. De beschikking is gegeven door mr. J. Sap op 19 februari 2019.

Uitspraak

Beschikking van 19 februari 2019
E.J. no. AUA201801176
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de zaak van:
[Verzoekster],
wonende in Aruba,
verzoekster, hierna ook te noemen: [verzoekster],
gemachtigde: de advocaat mr. H.G. Figaroa,
tegen:
de publiekrechtelijke rechtspersoon
KAMER VAN KOOPHANDEL EN NIJVERHEID ARUBA,
gevestigd in Aruba,
verweerster, hierna ook te noemen: KVK,
gemachtigde: de advocaat mr. J.L. Peterson.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift met producties, ingediend op 2 mei 2018;
- het verweerschrift met producties, ingediend op 4 september 2018;
- de brief met producties van de KVK, ingediend op 4 januari 2019;
- de ter zitting overgelegde pleitaantekeningen partijen;
- de behandeling ter zitting van 8 januari 2019 en de daarvan gemaakte aantekeningen van de griffier, waaruit blijkt dat zijn verschenen [verzoekster] in persoon bijgestaan door haar gemachtigde en de KVK bijgestaan door haar gemachtigde, alsmede mw. [secretaris] (secretaris) en dhr. E.J.E. [voormalige voorzitter] (voormalige voorzitter).
1.2
Vervolgens is de datum voor de beschikking nader bepaald op heden.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1 [
verzoekster] is met ingang van 1 oktober 2003 bij de KVK in dienst getreden in de functie van administrateur. Haar laatst genoten salaris bedraagt Afl. 6.086,19 bruto per maand.
2.2
In artikel 6 van de arbeidsovereenkomst staat, voor zover van belang:
“6. Uitgezonderd het gestelde onder punt 5 (het gerecht: betreft de bevoegdheid tot opzegging tijdens de proeftijd van twee maanden) is bij opzegging van deze arbeidsovereenkomst de werknemer gehouden aan een termijn van drie (3) maanden ingaande op de dag van schriftelijke opzegging”.
2.3
In de functieomschrijving van administrateur staat, voor zover van belang:

(…)
Voornaamste werkzaamheden
1. Assisteert de Executive Director bij het opstellen van de financiële begroting en het jaarverslag, door:
- Het initiëren van de interne processen binnen het management team en waar nodig het ondersteunen van de managers om alle benodigde gegevens op tijd te ontvangen;
- De voorstellen voor afdelingsbudgetten in samenspraak met de verantwoordelijke leidinggevenden te onderbouwen in het licht van de afdelings- en organisatiedoelstellingen;
2. Stelt specificaties, overzichten en analyses op ten behoeve van de financiële rapportage;
3. Is verantwoordelijk voor de juistheid en tijdigheid van de informatieverwerking binnen de financiële administratie en het geautomatiseerde financiële software. Fungeert hiertoe als interne troubleshooter bij (complexe) problemen en onderhoudt contacten met leveranciers en dienstverleners;
4. Verricht werkzaamheden ter voorbereiding van de externe audit, verzamelt hiertoe de benodigde gegevens en begeleidt accountants.
5. Analyseert debiteurenoverzicht en beslist ten aanzien van te nemen incassomaatregelen;
6. Stuurt en controleert de administratief medewerker in haar dagelijkse administratieve werkzaamheden (coderen en boeken van ontvangsten en uitgaven, bijhouden kasboek en stortingsformulieren, opstellen en verzenden facturen, opstellen betalingsopdrachten, bellen met debiteuren, registratie vakantie- en ziektedagen);
7. Stuurt en controleert de medewerker huishoudelijke dienst;
8. Is belast met de salarisadministratie, voorziet medewerkers van payslips en beantwoordt zo nodig hun vragen ten aanzien van betalingen en/of inhoudingen;
9. Houdt voorraden bij van kantoorartikelen, schoonmaakartikelen en drankvoorzieningen, plaatst bestellingen en controleert aangeleverde bestellingen op kwantiteit en kwaliteit.
10. Rapporteert aan de Executive Director.
(…)
Leidinggevende vaardigheden
Het formele leidinggeven vormt een onderdeel van de functie. De groep waaraan leiding wordt gegeven bedraagt 2 personen”.
2.4
Uit het beoordelingsformulier van 27 mei 2016 van [verzoekster] over het jaar 2015 blijkt dat [verzoekster] voldoende heeft gefunctioneerd. In de beoordeling van [verzoekster] wordt aangegeven dat zich problemen voordeden met de kasprocedure en [verzoekster] deze pas bij navraag oploste. Ook werden problemen geconstateerd met het door [verzoekster] opstellen en opleveren van de maandelijkse winst- en verliesrekening. Volgens de KVK is [verzoekster] niet pro-actief, is zij afwachtend en helpt zij anderen alleen als het dringend nodig is. Om die reden is de samenwerking en communicatie met haar collega’s niet goed en vervult zij de taak van leidinggevende niet goed. Daarnaast zijn er problemen geconstateerd met de ziektemelding en zijn de werkzaamheden ten aanzien van de payroll op advies van de accountant van de KVK van [verzoekster] weggenomen.
2.5
Uit het verslag van het functioneringsgesprek van 1 september 2016 blijkt dat het beter ging met de communicatieve vaardigheden van [verzoekster], maar dat zich nog steeds problemen voordeden met de kasverschillen en dat de financiële verslagen niet op tijd door [verzoekster] werden opgeleverd.
2.6
Bij brief van 27 oktober 2016 heeft [verzoekster] een schriftelijke waarschuwing gekregen omdat zij een cursus boekhouding niet tijdig heeft bijgewoond en daarvoor geen valide reden had. Tevens is [verzoekster] door de KVK op haar gedrag aangesproken.
2.7
Bij brief van 16 december 2016 is [verzoekster] bericht dat zij per direct wordt geschorst met behoud van loon.
2.8
Bij brief van 21 december 2016 is [verzoekster] bericht dat de KVK voornemens is om een ontbindingsprocedure te entameren bij het gerecht teneinde de arbeidsovereenkomst te beëindigen wegens een verstoorde arbeidsrelatie.
2.9
Bij brief van 28 april 2017 heeft de KVK aan [verzoekster] bericht, voor zover hier van belang:

Hierbij zeggen wij namens de Kamer van Koophandel en Nijverheid (‘KVK’) het dienstverband met u op met inachtneming van zes (6) maanden opzegtermijn, en dus per 31 oktober 2017, met dien verstande dat u hierbij wordt ontheven van uw verplichting tot het verrichten van uw taken gedurende de komende zes (6) maanden.
Volledigheidshalve wijzen wij u erop dat KVK voor beëindiging van uw dienstverband geen toestemming behoeft van de directeur Directie Arbeid.
De beëindiging van het dienstverband is gestoeld op de hiernavolgende gronden (waarvoor geldt dat ieder afzonderlijk, maar in ieder geval gezamenlijk, een reden oplevert voor beëindiging):
het ontbreken van kennis en kunde althans onvoldoende kennis en kunde zodanig dat er het herhaaldelijk fouten in de financiële administratie zijn gemaakt, zoals o.a. grote kasverschillen die werden afgeboekt, geen P&L werden afgeleverd althans niet tijdig, geen cash flow overzichten konden worden opgemaakt en de accountant 91 uur aan overuren in rekening heeft gebracht omdat de benodigde gegevens niet of tardief door u zijn opgeleverd;
gebleken is dat u geen leidinggevende capaciteiten heeft waardoor bepaalde taken zoals het leidinggeven aan het huishoudelijk personeel en het beheren van de faciliteiten al enige tijd niet meer tot uw takenpakket behoren;
de slechte samenwerking met de collega’s die tot een gespannen werksfeer heeft geleid. Sinds u op non-actief bent gesteld zijn die spanningen verdwenen;
de niet optimale relatie met derden die diensten leveren aan de KVK;
de verstoorde arbeidsrelatie met de secretaris van de KVK en bestuursleden van de KVK en het gebrek aan vertrouwen in u.
KVK hecht eraan op te merken dat zij bij deze beslissing niet over één nacht ijs is gegaan. De waarschuwing en gesprekken die door KVK met u zijn gevoerd met betrekking tot uw gedrag, uw houding jegens leidinggevenden en collega’s, het feit dat u uw verantwoordelijkheden ontloopt en uw niet optimale inzet, hebben helaas niet het gewenste resultaat gehad waardoor KVK heeft beslist het dienstverband te moeten beëindigen”.

3.HET VERZOEK

3.1 [
verzoekster] verzoekt het gerecht – uitvoerbaar bij voorraad – voor recht te verklaren dat het door de KVK gegeven ontslag kennelijk onredelijk is en de KVK te veroordelen tot betaling van Afl. 149.111,69 aan schadevergoeding naar billijkheid, vermeerderd met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW. Tevens verzoekt [verzoekster] de KVK te veroordelen in de proceskosten.
3.2
Aan deze vordering legt [verzoekster] ten grondslag dat de KVK de arbeidsovereenkomst kennelijk onredelijk heeft beëindigd.
3.3
De KVK voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vordering, met veroordeling van [verzoekster] in de proceskosten.

4.DE BEOORDELING

4.1 [
verzoekster] heeft haar verzoek ten aanzien van een cessantia-uitkering ter zitting ingetrokken, zodat het gerecht daarover geen beslissing zal nemen.
4.2
De kern van het geschil betreft de vraag of de opzegging van de arbeidsovereenkomst tussen partijen rechtsgeldig is geschiedt.
4.3
Tussen partijen staat vast dat ingevolge artikel 2 onder a van de Landsverordening beëindiging arbeidsovereenkomst geen toestemming van de directeur van de Directie Arbeid nodig is om de arbeidsovereenkomst op te zeggen omdat de KVK een publiekrechtelijk lichaam is.
4.4
Overwogen wordt dat de grondslag van hetgeen wordt gevorderd de kennelijke onredelijkheid van het gegeven ontslag betreft. Indien een der partijen de dienstbetrekking al dan niet met inachtneming van de voor de beëindiging geldende bepalingen kennelijk onredelijk doet eindigen, kan de rechter ingevolge artikel 7A:1615s BWA aan de wederpartij naar billijkheid een schadevergoeding toekennen. Beëindiging van de dienstbetrekking door de werkgever zal onder andere kennelijk onredelijk geacht kunnen worden wanneer deze geschiedt zonder opgave van redenen of onder opgave van een valse reden en wanneer, mede in aanmerking genomen de voor de werknemer getroffen voorzieningen en de voor hem bestaande mogelijkheden om ander passend werk te vinden, de gevolgen van de beëindiging voor hem te ernstig zijn in vergelijking met het belang van de werkgever bij die beëindiging.
4.5
De bewijslast van de stelling dat sprake is van een kennelijk onredelijk ontslag ligt in dit geval bij [verzoekster].
4.6 [
verzoekster] heeft aangevoerd dat de opzegging kennelijk onredelijk is omdat de aangevoerde redenen niet de ware redenen zijn voor het opzeggen van de arbeidsovereenkomst. [verzoekster] stelt dat het in dit geval om een valse of voorgewende reden gaat. Volgens haar heeft de KVK het dienstverband met haar opgezegd omdat zij betrokken was bij en een hechte band heeft met een vakbond. Daarnaast stelt [verzoekster] dat de gevolgen van het opzeggen van het dienstverband vergeleken met de belangen van de KVK voor haar te ernstig zijn en dat een belangenafweging in haar voordeel dient uit te vallen. Daartoe stelt [verzoekster] dat zij achteruit is gegaan in inkomen, dat zij sinds 2003 bij de KVK in dienst is en dat nooit eerder over haar functioneren is geklaagd.
4.7
De KVK betwist dat de arbeidsovereenkomst met [verzoekster] is opgezegd om redenen gelegen in een affiliatie met een vakvereniging. De KVK stelt dat zij [verzoekster] heeft ontslagen om redenen gelegen in haar functioneren. De KVK verwijst daartoe naar de opzeggingsbrief van 28 april 2017 waarin de redenen staan opgenomen voor opzegging van het dienstverband. In de opzeggingsbrief staat dat bij [verzoekster] de kennis en kunde ontbreekt, althans dat deze onvoldoende is, dat zij geen leidinggevende capaciteiten heeft en een slechte samenwerking heeft met haar collega’s en de dienstverleners van de KVK, alsmede een verstoorde arbeidsrelatie met de secretaris en bestuursleden van de KVK. De KVK heeft in haar verweerschrift een nadere toelichting gegeven op de redenen die hebben geleid tot opzegging van de arbeidsovereenkomst. Ter onderbouwing van haar standpunt, dat [verzoekster] niet goed functioneerde als administrateur, verwijst de KVK naar diverse overgelegde stukken, zoals een waarschuwing, een beoordelingsformulier, een verslag van een functioneringsgesprek, diverse correspondentie met [verzoekster] en de externe accountant en de verklaringen van de voormalige voorzitter en de huidige secretaris van de KVK. [verzoekster] werd tevergeefs herhaaldelijk door de secretaris van de KVK op haar functioneren en gedrag aangesproken. Volgens de KVK had zij goede gronden voor het ontslag en heeft zij een redelijke opzegtermijn in acht genomen. Het ontslag is volgens de KVK om die redenen rechtsgeldig geschiedt.
4.8
Naar het oordeel van het gerecht heeft de KVK gemotiveerd en met stukken onderbouwd aangevoerd dat [verzoekster] op een zodanig niveau functioneerde dat zij niet langer houdbaar was in de functie van administrateur en dat daarom het dienstverband met haar is beëindigd. Desgevraagd heeft de KVK aangegeven dat het inderdaad heel lang heeft geduurd voordat het disfunctioneren van [verzoekster] werd aangepakt, omdat er tot 2015 geen beeld was van de financiële status van de KVK en de KVK sindsdien is geprofessionaliseerd. De KVK heeft een externe accountant in de arm genomen waardoor het disfunctioneren van [verzoekster] duidelijk werd. De stelling van [verzoekster], dat zij nooit door KVK op haar functioneren is aangesproken en niet bekend was met de klachten van de KVK over haar functioneren, gaat niet op. Uit de gespreksverslagen, het functioneringsgesprek en het beoordelingsformulier blijkt dat [verzoekster] steeds geen commentaar had op de verwijten die de KVK had op haar functioneren en [verzoekster] ook later niet daarop is teruggekomen. Dat [verzoekster] geen commentaar heeft gegeven op de klachten van de KVK over haar functioneren omdat zij, zoals zij stelt, fricties wilde vermijden mag zo zijn, maar dit laat onverlet dat het op haar weg lag om haar bezwaren reeds toen naar voren te brengen. De stelling van [verzoekster], dat de KVK de arbeidsovereenkomst heeft opgezegd wegens een affiliatie met een vakbond, is door [verzoekster] verder op geen enkele wijze onderbouwd en blijkt ook nergens uit. De slotsom is dat aan het standpunt van [verzoekster], dat sprake is van een voorgewende of valse reden als onvoldoende gemotiveerd en onderbouwd betwist, voorbij moet worden gegaan.
4.9 [
verzoekster] stelt zich subsidiair op het standpunt dat de KVK geen rekening heeft gehouden met de gevolgen die de opzegging voor haar had. Dit standpunt kan niet worden gevolgd. [verzoekster] heeft inmiddels een nieuwe baan. Daarnaast is de opzegging gepaard gegaan met een langere opzegtermijn dan de opzeggingstermijn zoals opgenomen in de arbeidsovereenkomst, namelijk zes maanden. Het belang van [verzoekster] bij het behouden van haar baan en het niet achteruit gaan in inkomen weegt niet op tegen het belang dat de KVK heeft bij het goed functioneren van haar werknemers. Om die reden kan in redelijkheid van de KVK niet worden gevergd dat zij de arbeidsrelatie voortzet.
4.1
Uit het vorenstaande volgt dat [verzoekster] er niet in is geslaagd aan te tonen dat haar ontslag kennelijk onredelijk was. Nu het ontslag niet kennelijk onredelijk is geschiedt dient ook het verzoek om schadevergoeding te worden afgewezen.
4.11
Als de in het ongelijk te stellen partij zal [verzoekster] de proceskosten van de KVK moeten vergoeden.
5.DE BESLISSING
Het gerecht:
- wijst het verzochte af;
- veroordeelt [verzoekster] in de kosten van de procedure, die tot de datum van de uitspraak aan de kant van de KVK worden begroot op Afl. 2.500,- aan gemachtigdensalaris.
Deze beschikking is gegeven door mr. J. Sap, rechter in dit gerecht, en werd in het openbaar uitgesproken ter openbare terechtzitting van dinsdag 19 februari 2019 in aanwezigheid van de griffier.