ECLI:NL:OGEAA:2019:821

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
18 december 2019
Publicatiedatum
24 december 2019
Zaaknummer
AUA201904133
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Weigering afgifte verklaring omtrent gedrag na veroordeling voor diefstal onder verzwarende omstandigheden

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 18 december 2019 uitspraak gedaan op een klaagschrift van klager, die verzocht om afgifte van een verklaring omtrent zijn gedrag. Klager, die in persoon procedeerde, had eerder op 7 november 2019 een verzoek ingediend bij de aangewezen ambtenaar, maar dit verzoek was afgewezen. Klager diende hiertegen op 25 november 2019 een klaagschrift in, waarna de zaak op 4 december 2019 in raadkamer werd behandeld.

De afwijzing van de verklaring omtrent het gedrag was gebaseerd op de recente veroordeling van klager tot een gevangenisstraf van 61 dagen voor diefstal onder verzwarende omstandigheden, uitgesproken door het gerecht op 6 juni 2019. Het Gerecht oordeelde dat de aard en ernst van de gepleegde strafbare feiten voldoende grond vormden voor de aangewezen ambtenaar om te concluderen dat er bezwaren bestonden tegen klager. Dit was in lijn met de bepalingen van de Landsverordening justitiële documentatie (Lv VOG), die stelt dat een verklaring omtrent het gedrag alleen kan worden afgegeven als er geen bezwaren tegen de betrokkene zijn.

Het Gerecht overwoog dat de proeftijd van klager nog niet was verstreken en dat het doel waarvoor de verklaring was aangevraagd, namelijk werkzaamheden bij een constructiebedrijf, niet kon worden gediend gezien de veroordeling. De klacht van klager werd ongegrond verklaard, en het Gerecht bevestigde de beslissing van de aangewezen ambtenaar om de verklaring te weigeren. Tegen deze beschikking staat geen rechtsmiddel open, zoals vermeld in artikel 28, derde lid, van de Lv VOG.

Uitspraak

Beschikking van 18 december 2019
VOG AUA201904133
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het klaagschrift als bedoeld in artikel 25 van de Landsverordening justitiële documentatie en op de verklaringen omtrent het gedrag (hierna: de Lv VOG) van:
[KLAGER],
wonend in Aruba,
KLAGER,
procederend in persoon,
tegen:
de aangewezen ambtenaar als bedoeld in artikel 14 van de Lv VOG,
zetelend in Aruba,
VERWEERDER,
gemachtigde: mr. J.W. Klamer.

1.PROCESVERLOOP

Bij beschikking van 7 november 2019 heeft verweerder het verzoek van klager om afgifte van een verklaring omtrent het gedrag afgewezen.
Op 25 november 2019 heeft klager daartegen een klaagschrift ingediend.
Het gerecht heeft de zaak behandeld in de raadkamer op 4 december 2019, waar klager en verweerder zijn verschenen.
Uitspraak is bepaald op heden.

2.OVERWEGINGEN

2.1
Ingevolge artikel 5, eerste lid, van de Lv VOG wordt een strafblad uit het strafregister verwijderd na verloop van een termijn van vier jaren.
Ingevolge het tweede lid, voor zover thans van belang, beloopt de termijn acht jaren, indien bij de veroordeling een gevangenisstraf is opgelegd.
2.2
Ingevolge artikel 15, tweede lid, houdt een verklaring omtrent het gedrag niet anders in dan dat de aangewezen ambtenaar uit het onderzoek met betrekking tot het gedrag van de betrokkene ingesteld, gelet op het doel waarvoor de afgifte is gevraagd, niet is gebleken van bezwaren tegen die persoon.
2.3
Ingevolge artikel 22, eerste lid, geeft de aangewezen ambtenaar een verklaring omtrent het gedrag slechts af wanneer hem uit een onderzoek met betrekking tot het gedrag van de betrokkene niet is gebleken van bezwaren tegen die persoon. In alle andere gevallen weigert hij de gevraagde verklaring af te geven.
2.4
Ingevolge artikel 23, eerste lid, mag de aangewezen ambtenaar, voor zover thans van belang, bij zijn onderzoek uitsluitend acht slaan op:
a. de uittreksels uit de strafregisters die hem ten aanzien van de betrokkene verstrekt worden;
b. gegevens ontleend aan de registers van de politie;
c. andere schriftelijke bescheiden welke hem in verband met de afgifte van de verklaring omtrent het gedrag ter beschikking zijn gesteld.
2.5
Klager heeft verzocht om afgifte van een verklaring omtrent het gedrag, om in het kader van zijn dienstbetrekking bij constructiebedrijf [X] werkzaamheden te kunnen verrichten op het terrein van de [Q].
2.6
Bij de afwijzing heeft verweerder zich op het standpunt gesteld dat, gelet op het doel waarvoor de afgifte is gevraagd, hem is gebleken van bezwaren tegen klager. Daaraan heeft verweerder ten grondslag gelegd dat klager recent, bij onherroepelijk geworden vonnis van het gerecht van 6 juni 2019, voor zover thans van belang, is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 61 dagen voor diefstal onder verzwarende omstandigheden. De aard en ernst van deze strafbare feiten vormen volgens verweerder, gelet op het doel, waarvoor afgifte van een verklaring omtrent het gedrag is verzocht, zodanige bezwaren dat deze moest worden geweigerd.
2.7
Het gerecht oordeelt dat, gelet op de recente veroordeling van klager alsmede de aard en ernst van de gepleegde strafbare feiten - te weten diefstal onder verzwarende omstandigheden – verweerder zich op goede gronden op het standpunt heeft gesteld dat hem is gebleken van bezwaren tegen de persoon van klager. Daarbij neemt het Gerecht ook in aanmerking het doel waarvoor aangifte is verzocht, namelijk het verrichten van werkzaamheden op het terrein van de [Q]. Bovendien neemt het gerecht daarbij in aanmerking dat de proeftijd van klager nog niet voorbij is. Onder deze omstandigheden kan verweerder in redelijkheid weigeren de gevraagde verklaring af te geven. Het betoog faalt. Hetgeen klager voor het overige aanvoert, behoeft dan ook geen bespreking.
2.8
Gelet op het vorenoverwogene zal de klacht ongegrond worden verklaard.

3.BESLISSING

De rechter in dit gerecht:
- verklaart de klacht ongegrond.
Deze beslissing werd gegeven door mr. A.J.H. van Suilen, rechter in dit gerecht, op 18 december 2019.
Tegen deze beschikking staat geen rechtsmiddel open (artikel 28, derde lid, van de Lv VOG).