1.2In de bestreden beschikking wordt klager verweten dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan plichtsverzuim, diverse malen gepleegd, bestaande uit:
a. incident met student, [A], op 4 december 2018: mogelijke intimidatie en bedreiging van een student, evenals hem opzettelijk in een gevaarlijke situatie brengen.
b. incidenten met studente, [B]:
- mogelijke overtreding om aanwijzingen van de directie te volgen;
-mogelijk persoonlijk en niet zakelijk en ongewenst contact opzoeken;
- mogelijke overtreding van artikel 2:257 van het Wetboek van Strafrecht;
- mogelijke overtreding van artikel 2:273 van het Wetboek van Strafrecht;
- mogelijk pesten van een studente.
c. gebruik van drugs
d. incident met studente [C] eind augustus/begin september 2018: intimidatie en bedreiging van een studente.
e. incident met studenten [D] en [E] op 23 maart 2018: pesten, het stellen van handelingen die pestgedrag in een klas versterkt en onpedagogisch handelen, door een leerling die zich in een kwetsbare toestand bevindt niet de nodige hulp te verschaffen.
f. incident met betrekking tot studente [F]: onzedelijk taalgebruik, beledigingen, pesten en het in stand houden van pesten in de klas.
g. niet toegelaten nevenactiviteiten verrichten, met name het als stripper werkzaam zijn.
h. ongepast seksueel getint taalgebruik en seksuele intimidatie jegens vrouwelijke studenten tijdens lessen.
i. contact opnemen met studenten voor niet-schoolgebonden aangelegenheden.
j. niet meedelen van adreswijziging.
Verder wordt gesteld dat hem voor elk van de genoemde verwijten telkens de disciplinaire straf van ontslag wordt opgelegd.
2. Beoordeeld dient te worden of verweerder op goede gronden heeft besloten klager disciplinair te ontslaan.
3. Ingevolge artikel 47, eerste lid, van de Landsverordening materieel ambtenarenrecht (Lma) is de ambtenaar gehouden de plichten uit zijn ambt voortvloeiende nauwgezet en ijverig te vervullen en zich te gedragen zoals een goed ambtenaar betaamt.
Ingevolge artikel 82, eerste lid, kan de ambtenaar, die de hem opgelegde verplichtingen niet nakomt of zich overigens aan plichtsverzuim schuldig maakt, deswege door het bevoegde gezag disciplinair worden gestraft. Ingevolgde het tweede lid omvat plichtsverzuim zowel het overtreden van enig voorschrift als het doen of nalaten van iets, hetwelk een goed ambtenaar in gelijke omstandigheden behoort na te laten of te doen.
Ingevolge artikel 83, eerste lid, onder i, kan de disciplinaire straf van ontslag worden toegepast.
Ingevolge artikel 85, eerste lid, wordt de straf, behalve die van schriftelijke berisping, niet ten uitvoer gelegd, zolang zij niet onherroepelijk is geworden, tenzij onmiddellijke tenuitvoerlegging naar het oordeel van de tot straffen bevoegden door het dienstbelang wordt gevorderd.
Ingevolge artikel 86, tweede lid, kan de ambtenaar die zich aan meerdere op zich zelf staande gedragingen als bedoeld in artikel 82, schuldig maakt, ter zake elk dier gedragingen afzonderlijk en zonder vermindering disciplinair worden gestraft.
Voor docenten en ander personeel werkzaam op scholen ressorterend onder de Dienst Publieke Scholen (DPS) gelden tevens de “Huisregels en gedragscode voor openbare scholen”.