ECLI:NL:OGEAA:2019:719

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
29 oktober 2019
Publicatiedatum
8 november 2019
Zaaknummer
AUA201902371
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
  • N.K. Engelbrecht
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Benoeming tijdelijke voogdes over minderjarige in Aruba

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 29 oktober 2019 een beschikking gegeven met betrekking tot de benoeming van een tijdelijke voogdes voor een minderjarige. De moeder van de minderjarige, die in Aruba woont, verkeert tijdelijk in de onmogelijkheid om het gezag over haar kind uit te oefenen, omdat de minderjarige naar Nederland is gegaan om daar te studeren. De moeder heeft verzocht om haar meerderjarige dochter als tijdelijke voogdes aan te stellen, zodat de minderjarige de nodige zaken in Nederland kan regelen, zoals inschrijving en het openen van een bankrekening.

De procedure begon met een verzoekschrift dat op 16 juli 2019 werd ingediend. Tijdens de mondelinge behandeling op 1 oktober 2019 waren de verzoekster en haar advocaat aanwezig, evenals een vertegenwoordiger van de Voogdijraad. De feiten van de zaak zijn dat de minderjarige is geboren uit het huwelijk van de moeder en haar overleden echtgenoot. De moeder oefent het gezag over de minderjarige alleen uit.

De rechter heeft vastgesteld dat de moeder tijdelijk niet in staat is om het gezag uit te oefenen, waardoor het gezag van rechtswege is geschorst. De moeder heeft ingestemd met de benoeming van haar dochter als tijdelijke voogdes, en de voorgestelde voogdes heeft schriftelijk verklaard bereid te zijn deze rol te aanvaarden. Gezien het ontbreken van bezwaren heeft de rechter het verzoek toegewezen en de benoeming van de voorgestelde voogdes als tijdelijke voogdes over de minderjarige goedgekeurd. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

Beschikking van 29 oktober 2019
Behorend bij EJ nr. AUA201902371
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van:
[verzoekster],
wonende in Aruba,
VERZOEKSTER, hierna: de moeder,
gemachtigde: de advocaat mr. E.E. Rosenstand,
Als belanghebbenden worden aangemerkt:
[naam minderjarige],de minderjarige, thans wonende in Nederland,
[naam voorgestelde voogdes],de voorgestelde voogdes.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ingediend op 16 juli 2109,
  • de mondelinge behandeling ter zitting van 1 oktober 2019, alwaar zijn verschenen verzoekster in persoon, bijgestaan door haar gemachtigde, en mevrouw [naam raadsonderzoeker] namens de Voogdijraad.
De uitspraak is bepaald op heden.

2.DE FEITEN

Uit het huwelijk tussen de moeder en wijlen [naam overledene], is de minderjarige op [geboortedatum minderjarige] in Aruba geboren. De moeder oefent het gezag over de minderjarige alleen uit.

3.HET VERZOEK

Het verzoek strekt ertoe om de meerderjarige zus van de minderjarige te benoemen als tijdelijke voogdes over de minderjarige.
Daartoe is gesteld dat de minderjarige naar Nederland is gegaan om verder te studeren, maar dat zij haar zaken, zoals zich aldaar inschrijven of een bankrekening openen, niet zelf kan regelen. Ze heeft daar iemand nodig die het gezag over haar uitoefent.

4.DE BEOORDELING

4.1
Het verzoek is gebaseerd op artikel 1:253r van het Burgerlijk Wetboek van Aruba BWA. Op basis van dit artikel is het gezag dat aan één of beide ouders toekomt geschorst gedurende de tijd waarin één of beide ouders al dan niet tijdelijk in de onmogelijkheid verkeert het gezag uit te oefenen.
4.2
Gebleken is dat de minderjarige in augustus 2019 naar Nederland is gegaan, om daar verder te studeren. Haar meerderjarige zus woont en studeert daar. Nu de moeder in Aruba woont, verkeert zij tijdelijk in de onmogelijkheid het gezag over de minderjarige uit te oefenen. Aldus is de conclusie dat het gezag van de moeder van rechtswege is geschorst.
4.3
In het gezag over de minderjarige dient dan te worden voorzien. De moeder heeft ter zitting verklaard in te stemmen met het belasten van haar meerderjarige dochter [voorgestelde voogdes] met de tijdelijke voogdij over de minderjarige. De voorgestelde voogdes heeft schriftelijk verklaard bereid te zijn de voogdij over de minderjarige te aanvaarden. Nu niet is gebleken van bezwaren hiertegen, zal het gerecht, gehoord de Voogdijraad, het verzoek toewijzen.

5.DE BESLISSING

Het gerecht:
benoemt [naam voorgestelde voogdes], geboren op [geboortedatum, tot voogdes over de minderjarige [naam minderjarige], geboren op [geboortedatum],
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven op 29 oktober 2019 door de rechter mr. N.K. Engelbrecht in tegenwoordigheid van de griffier.