Op 3 september 2019 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoekster, de moeder van verweerder, verzocht om ondercuratelestelling van haar zoon. Verweerder, die lijdt aan schizofrenie en een verslavingsprobleem heeft, werd in persoon vertegenwoordigd. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 23 november 2018 was ingediend, gevolgd door producties en een mondelinge behandeling op 12 maart en 14 mei 2019. Verzoekster stelde dat verweerder niet in staat was zijn belangen te behartigen door zijn geestelijke stoornis en het misbruik van verdovende middelen. Tijdens de zitting werd duidelijk dat verweerder onder behandeling was en dat er twijfels bestonden over zijn vermogen om zijn belangen te waarborgen. De rechter concludeerde dat, hoewel er voldoende aanwijzingen waren voor een geestelijke stoornis, niet kon worden vastgesteld dat verweerder niet in staat was zijn belangen te behartigen. Het verzoek tot ondercuratelestelling werd afgewezen, maar verzoekster kreeg toestemming om kosteloos te procederen. De beschikking werd gegeven door mr. M. Soffers, rechter in deze zaak.