ECLI:NL:OGEAA:2019:682

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
15 oktober 2019
Publicatiedatum
25 oktober 2019
Zaaknummer
AUA201901551
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • N.K. Engelbrecht
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Alimentatiezaak tussen de Voogdijraad en de vader betreffende de kosten van verzorging en opvoeding van een minderjarige

In deze alimentatiezaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de Voogdijraad op 9 mei 2019 een verzoekschrift ingediend om de vader te veroordelen tot betaling van een maandelijkse bijdrage van Afl. 430,- voor de kosten van verzorging en opvoeding van hun minderjarige kind, geboren in 2010. De vader, die niet verschenen is op de zitting, heeft tot dat moment een bijdrage van Afl. 330,- per maand geleverd, maar de moeder stelt dat dit bedrag niet toereikend is. Tijdens de mondelinge behandeling op 3 september 2019 heeft de moeder haar standpunt toegelicht, terwijl de vader geen verweerschrift heeft ingediend.

Het gerecht heeft vastgesteld dat ouders verplicht zijn om bij te dragen aan de kosten van hun minderjarige kinderen, en dat deze bijdrage moet worden vastgesteld op basis van de draagkracht van de ouders. De moeder heeft de kosten van de minderjarige op Afl. 860,- per maand geschat. Aangezien de vader niet heeft gereageerd op het verzoek, heeft het gerecht besloten om de bijdrage te bepalen op Afl. 430,- per maand, ingaande op 1 september 2019, en deze uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De beschikking is gegeven door rechter N.K. Engelbrecht en is openbaar uitgesproken op 15 oktober 2019.

Uitspraak

Beschikking van 15 oktober 2019
behorend bij EJ nr. AUA201901551
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de alimentatiezaak tussen
DE VOOGDIJRAAD,
gevestigd in Aruba,
VERZOEKER,
vertegenwoordigd.
en
[Naam verweerder],
wonende in Aruba, te [Adres],
VERWEERDER, hierna te noemen de vader,
niet verschenen.
Belanghebbende:
[Naam belanghebbende], de moeder.

1.DE PROCEDURE

De procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ingediend op 9 mei 2019;
  • de mondelinge behandeling ter zitting van 3 september 2019, waar zijn verschenen, [naam medewerkster] namens de Voogdijraad en de moeder in persoon. De vader heeft geen verweerschrift ingediend en is, ondanks daartoe behoorlijk te zijn opgeroepen, niet verschenen.
De uitspraak is

2.DE FEITEN

De thans nog minderjarige [naam minderjarige] (hierna: de minderjarige) is op [geboortedatum] 2010 in Aruba geboren uit de relatie tussen de vader en de moeder.De vader heeft de minderjarige erkend.

3.HET VERZOEK

Het verzoek strekt tot het veroordelen van de vader tot betaling van een maandelijkse bijdrage van Afl. 430,- ingaande 1 mei 2019 als voorziening in de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarige. Daartoe wordt aangevoerd dat de vader voldoende inkomen uit arbeid geniet en in staat moet worden geacht om bij te dragen in de kosten van onderhoud van de minderjarige. Ter zitting heeft de moeder aangevoerd dat de vader thans met een bedrag van Afl. 330,- per maand bijdraagt, maar dat dit bedrag niet toereikend is.

4.DE BEOORDELING

4.1
Het gerecht stelt voorop dat ouders verplicht zijn te voorzien in de kosten van verzorging en opvoeding van hun minderjarige kinderen. Dit geschiedt naar draagkracht. Artikel 1:406 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (hierna: BWA) bepaalt, dat in het geval een ouder zijn verplichting tot voorziening in de kosten van verzorging en opvoeding niet of niet behoorlijk nakomt, zowel de Voogdijraad als de andere ouder de rechter kan verzoeken het bedrag te bepalen dat deze ouder ten behoeve van het kind zal moeten uitkeren.
4.2
De moeder heeft de kosten van de minderjarige bepaald op afgerond Afl. 860,- per maand. De vader heeft geen gebruik gemaakt van de hem geboden gelegenheid zich te verweren. Het gerecht zal de kosten van de minderjarige dan ook vaststellen op dat bedrag.
4.3
Gelet op de draagkracht van de moeder, de behoefte van de minderjarige en op het ontbreken van enig verweer acht het gerecht een door de vader te betalen bijdrage van Afl. 430,- per maand in de kosten van verzorging en opvoeding in overeenstemming met de wettelijke maatstaven, zij het dat de alimentatieverplichtinglaterdan verzocht ingaat, omdat de vader geacht kan worden niet eerder van het verzoek te hebben kennisgenomen.

5.DE BESLISSING

Het gerecht:
bepaalt de door de vader [naam verweerder] met ingang van 1 september 2019 maandelijks te betalen bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarige [naam minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2010 in Aruba, op een bedrag van Afl. 430,- per maand, bij vooruitbetaling aan de Voogdijraad te voldoen,
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad,
wijst af het anders of meer verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. N.K. Engelbrecht, rechter in dit gerecht, en in het openbaar uitgesproken ter zitting van dinsdag 15 oktober 2019 in aanwezigheid van de griffier.