In deze alimentatiezaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de Voogdijraad op 9 mei 2019 een verzoekschrift ingediend om de vader te veroordelen tot betaling van een maandelijkse bijdrage van Afl. 430,- voor de kosten van verzorging en opvoeding van hun minderjarige kind, geboren in 2010. De vader, die niet verschenen is op de zitting, heeft tot dat moment een bijdrage van Afl. 330,- per maand geleverd, maar de moeder stelt dat dit bedrag niet toereikend is. Tijdens de mondelinge behandeling op 3 september 2019 heeft de moeder haar standpunt toegelicht, terwijl de vader geen verweerschrift heeft ingediend.
Het gerecht heeft vastgesteld dat ouders verplicht zijn om bij te dragen aan de kosten van hun minderjarige kinderen, en dat deze bijdrage moet worden vastgesteld op basis van de draagkracht van de ouders. De moeder heeft de kosten van de minderjarige op Afl. 860,- per maand geschat. Aangezien de vader niet heeft gereageerd op het verzoek, heeft het gerecht besloten om de bijdrage te bepalen op Afl. 430,- per maand, ingaande op 1 september 2019, en deze uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De beschikking is gegeven door rechter N.K. Engelbrecht en is openbaar uitgesproken op 15 oktober 2019.