ECLI:NL:OGEAA:2019:644

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
27 augustus 2019
Publicatiedatum
14 oktober 2019
Zaaknummer
AUA201801991
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om gezamenlijk gezag en hoofdverblijf van minderjarigen met aandacht voor de sociale omstandigheden en veiligheid

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, gaat het om een verzoek van de vader om gezamenlijk gezag of alleenstaand gezag over de minderjarigen. De procedure is voortgevloeid uit een eerdere beschikking van 30 oktober 2018, waarin de Voogdijraad werd verzocht om onderzoek te doen naar de sociale omstandigheden van de betrokken partijen. De vader, vertegenwoordigd door advocaat mr. S.M. Paesch, en de moeder, vertegenwoordigd door advocaat mr. M.M. Malmberg, hebben hun standpunten gepresenteerd tijdens een mondelinge behandeling op 4 juni 2019.

De Voogdijraad heeft in zijn rapport aangegeven dat de ouders niet in het belang van de minderjarigen kunnen communiceren, wat de ontwikkeling van de kinderen in gevaar kan brengen. Er zijn zorgen over het alcoholgebruik van de moeder en incidenten waarbij de minderjarigen zich onveilig voelden. De vader heeft verzocht om het eenhoofdig gezag en het hoofdverblijf van de kinderen bij hem te vestigen, omdat de kinderen zich veiliger bij hem voelen.

Tijdens de behandeling is ook een incident van 24 mei 2019 besproken, waarbij de vader de kinderen alleen thuis had gelaten. Dit incident was niet meegenomen in het rapport van de Voogdijraad, wat het gerecht aanleiding gaf om een aanvullend onderzoek te verzoeken. Het gerecht heeft geconcludeerd dat er onvoldoende informatie is om een verantwoorde beslissing te nemen en heeft de behandeling aangehouden, met het verzoek aan de Voogdijraad om nader onderzoek te doen naar de veiligheid van de kinderen en de omgangsregeling tussen de ouders en de kinderen. De zaak is aangehouden voor verdere behandeling.

Uitspraak

Beschikking van 27 augustus 2019
Behorend bij EJ nr. AUA201801991
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van
[VERZOEKER],
wonende in Aruba,
VERZOEKER, hierna: de vader,
gemachtigde: de advocaat mr. S.M. Paesch,
tegen
[VERWEERSTER],
wonende in Aruba,
VERWEERSTER, hierna: de moeder,
gemachtigde: de advocaat mr. M.M. Malmberg.
Belanghebbenden:
[BELANGHEBBENDE 1],
[BELANGHEBBENDE 2], de minderjarigen.

1.DE PROCEDURE

De eerdere procedure blijkt uit de tussenbeschikking van 30 oktober 2018, waarbij de voogdijraad is verzocht onderzoek naar de sociale omstandigheden van partijen te verrichten en daarover te rapporteren. Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:
- het rapport van de Voogdijraad, ingediend op 15 april 2019,
- de mondelinge behandeling met gesloten deuren op 4 juni 2019, waar zijn verschenen de vader en de moeder in persoon en bijgestaan door hun gemachtigden. Namens de Voogdijraad was aanwezig mevrouw [naam gemachtigde].
Deze uitspraak is bepaald op heden.

2.DE VERDERE BEOORDELING

Gezag en hoofdverblijf

2.1
Aan de orde is het verzoek van de vader om gezamenlijk met de moeder dan wel alleen met het gezag over de minderjarigen te worden belast.
2.2
De Voogdijraad schrijft in zijn rapport dat de ouders niet in het belang van de minderjarigen kunnen communiceren. Derhalve dreigt de ontwikkeling van de minderjarigen klem te raken indien de ouders het gezamenlijk gezag uitoefenen of moeder het eenhoofdig gezag behoudt.
Verder staat in het rapport dat de minderjarigen zich niet veilig voelen bij moeder vanwege haar overmatige alcoholgebruik. Op 12 februari 2019 heeft er een incident plaatsgevonden. Moeder had de minderjarigen niet van school opgehaald. Volgens de minderjarigen nam moeder haar telefoon niet op. Moeder heeft daar tegenover gesteld dat zij een vriendin heeft gestuurd om de minderjarigen van school op te halen. Omdat zij bij een dokter was, kon zij haar telefoon niet opnemen. De minderjarigen hebben aangegeven dat zij hun moeder niet geloven.
Deze onbetrouwbaarheid in moeder maakt dat de minderjarigen zich angstig voelen. De minderjarigen willen liever bij vader wonen waar zij zich veilig voelen.
Geadviseerd wordt dat de vader met het eenhoofdig gezag over de minderjarigen belast wordt en dat het hoofdverblijf van de minderjarigen bij de vader wordt bepaald.
2.3
Tijdens de voortzetting van de behandeling heeft de moeder een mutatierapport van het Korps Politie van een incident van 24 mei 2019 overgelegd. Uit dat rapport blijkt dat er vijf kinderen, waaronder de minderjarigen, in de leeftijd van twee tot 11 jaar, ’s avonds door de vader alleen thuis zijn achtergelaten. De politie heeft de kinderen voor hun veiligheid naar de politiewacht Santa Cruz gebracht, alwaar de moeder de minderjarigen heeft opgehaald. De vader heeft ter zitting aangevoerd dat oma voor de minderjarigen moest oppassen maar dat ze in slaap is gevallen.
Het gerecht stelt vast dat het incident van 24 mei 2019 niet in het rapport van de Voogdijraad is betrokken terwijl niet uit te sluiten is dat dit incident van invloed kan zijn op het advies met betrekking tot de hoofdverblijfplaats van de minderjarigen. Het gerecht acht het van belang dat er een aanvullend onderzoek wordt verricht naar het gezag over de minderjarigen en de hoofdverblijfsplaats van de minderjarigen, waarbij het gerecht de Voogdijraad in overweging geeft de minderjarigen door een psycholoog te laten horen. Uit het dossier komt naar voren dat beide ouders elkaar beschuldigen van manipulatie en verwaarlozing van de minderjarigen. Daarbij komt dat de moeder naar voren heeft gebracht dat [naam belanghebbende 2] thans van gedachten zou zijn veranderd en niet meer bij vader zou willen wonen omdat zij gepest wordt door haar broer en stiefbroer.
2.4
Het gerecht acht zich op grond van vorenstaande en de nu beschikbare informatie onvoldoende voorgelicht om een verantwoorde beslissing te kunnen nemen. Daarom zal het gerecht de behandeling van de zaak aanhouden en de Voogdijraad verzoeken om een aanvullend onderzoek in te (doen) stellen naar de door de moeder gestelde onveiligheid vanuit de vader voor de kinderen en nader te adviseren over het gezag van de ouders en de mogelijkheden van een omgangsregeling tussen de vader of de moeder en de kinderen.
2.5
Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.

3.DE BESLISSING

Het gerecht:
verzoekt de Voogdijraad om een nader rapport uit te brengen, zoals hiervoor in overweging 2.4 bedoeld,
verwijst de zaak naar de zitting van
dinsdag, 19 november 2018 om 8.30 uur, voor het indienen van het rapport zijdens de Voogdijraad,
houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beschikking is gegeven door mr. M. Soffers, rechter in dit gerecht, ter zitting van dinsdag 27 augustus 2019 in aanwezigheid van de griffier.