In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 28 mei 2019 uitspraak gedaan op het verzoek van een man en een vrouw, die samen de ouders zijn van twee minderjarigen. De man, verzoeker 1, heeft verzocht om erkenning van de minderjarigen, die geboren zijn in 2013 en 2015, en om wijziging van het gezag zodat hij samen met de moeder, verzoeker 2, het gezag kan uitoefenen. De ambtenaar van de burgerlijke stand heeft geweigerd om de erkenningsaktes op te maken, omdat hij van mening is dat de moeder in 2006 in Colombia is getrouwd, wat de erkenning door de man zou uitsluiten. De moeder ontkent echter ooit getrouwd te zijn en stelt dat er geen rechtsgeldige huwelijksakte bestaat. Het gerecht heeft vastgesteld dat de ambtenaar geen bewijs heeft geleverd van het vermeende huwelijk en dat de moeder ten tijde van de geboorte van de minderjarigen ongehuwd was. Het gerecht heeft daarom een DNA-onderzoek gelast om vast te stellen of de man de biologische vader van de minderjarigen is. Tevens is de Voogdijraad benoemd als bijzondere curator voor de minderjarigen, zodat hun belangen in deze procedure gewaarborgd zijn. De beslissing over verdere stappen is aangehouden tot de resultaten van het DNA-onderzoek bekend zijn.