ECLI:NL:OGEAA:2019:466

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
18 juni 2019
Publicatiedatum
15 augustus 2019
Zaaknummer
AUA201803576
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
  • N.K. Engelbrecht
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ondercuratelestelling wegens geestelijke stoornis i.v.m. hersenbeschadiging

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 18 juni 2019 uitspraak gedaan in een verzoek tot ondercuratelestelling van een meerderjarige, Rasmijn, die lijdt aan een geestelijke stoornis als gevolg van hersenbeschadiging door een drugsoverdosis in 1995. De verzoekster, zijn moeder, heeft het verzoek ingediend op 7 november 2018, waarna een mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 26 maart 2019, gevolgd door een verhoor van de verweerder op 17 mei 2019. De verzoekster heeft aangevoerd dat Rasmijn niet in staat is om voor zichzelf te zorgen, niet kan lopen, niet kan schrijven en dat zijn communicatie moeizaam verloopt.

De rechter heeft het verzoek gegrond verklaard op basis van artikel 1:378 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba, dat de mogelijkheid biedt om een meerderjarige onder curatele te stellen wegens een geestelijke stoornis. Uit de verklaringen van de verzoekster, de broers van de verweerder en de behandelend arts, Dr. S. Waterloo, bleek dat de verweerder niet in staat is om zijn belangen behoorlijk waar te nemen. Het gerecht heeft geoordeeld dat de benoeming van de moeder tot curatrice in het belang van de verweerder is.

De beschikking houdt in dat de moeder als curatrice wordt benoemd en dat zij binnen acht weken een schriftelijke opgave van de aanwezige gerede gelden en andere activa moet indienen. Tevens moet zij jaarlijks een rekening van het bewind indienen. De uitspraak zal worden gepubliceerd in de Landscourant van Aruba en in de lokale dagbladen. Deze beschikking is gegeven door rechter N.K. Engelbrecht in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

Beschikking van 18 juni 2019
behorend bij EJ nr. AUA201803576
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van:
[verzoekster],
wonende in Aruba,
VERZOEKSTER,
procederend in persoon,
om ondercuratelestelling van haar zoon:
[verweerder],
wonende in Aruba, te [adres],
VERWEERDER, hierna te noemen: Rasmijn,
in persoon.
Belanghebbenden:
[broer 1], broer, wonende in Aruba,
[broer 2], broer, wonende in Aruba,
[broer 3], zus, wonende in Nederland.

1.DE PROCEDURE

De procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ingediend op 7 november 2018,
  • de mondelinge behandeling ter zitting van 26 maart 2019, waarbij aanwezig waren verzoekster en de broers in persoon.
  • het verhoor van verweerder op 17 mei 2019.
De uitspraak is

2.HET VERZOEK

Het verzoek strekt ertoe dat verweerder onder curatele wordt gesteld met benoeming van verzoekster tot zijn curatrice. Daartoe wordt aangevoerd dat hij in 1995 na een drugsoverdosis, hersenbeschadiging heeft opgelopen, waardoor hij niks voor zichzelf kan doen: hij kan niet lopen, niet schrijven en communicatie is moeizaam.
3.DE BEOORDELING
3.1
Het verzoek is gegrond op artikel 1:378, lid 1 en onder sub a van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (BWA). Ingevolge deze bepaling kan de rechter een meerderjarige onder curatele stellen wegens een geestelijke stoornis waardoor de gestoorde, al dan niet met tussenpozen, niet in staat is of bemoeilijkt wordt zijn belangen behoorlijk waar te nemen.
3.2
Uit de verklaringen van de verzoekster, de broers, de behandelend geneesheer, Dr. S. Waterloo, Internist-Geriater, en de ondervraging van verweerder is gebleken dat verweerder zich niet verstaanbaar kan maken, niet kan schrijven, bedlegerig is en niet voor zichzelf kan zorgen. Het gerecht is gelet hierop van oordeel dat verweerder wegens een geestelijke stoornis niet in staat is of bemoeilijkt wordt zijn belangen behoorlijk waar te nemen. Het verzoek tot ondercuratelestelling is dan ook voor toewijzing vatbaar.
3.3
De benoeming van de moeder tot curatrice strookt naar het oordeel van het gerecht het meest met de belangen van de verweerder. Nu voor het overige niet van bezwaren daartegen is gebleken, zal het gerecht dienovereenkomstig beslissen.
3.4
De curatrice dient ingevolge artikel 1:386 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) juncto artikel 1:338 BW
binnen acht wekenna aanvang van haar taak als curatrice een schriftelijke opgave ter griffie van dit gerecht te doen van de bij het begin van de curatele aanwezige gerede gelden, effecten aan toonder en spaarbankboekjes.
De curatrice dient voorts
binnen acht maandenna aanvang van haar taak als curatrice ter bevestiging van haar deugdelijkheid een door haar ondertekende boedelbeschrijving bij de griffie van dit gerecht in te dienen. In de boedelbeschrijving is begrepen opgave van de wijzigingen in de samenstelling van het vermogen tot het ogenblik dat zij wordt opgemaakt.
3.5
De curatrice dient ingevolge artikel 1:386 lid 1 BW in samenhang met artikel 1:359 lid 1 BW
jaarlijkseen rekening van [zijn/haar] bewind over de goederen van de onder curatele gestelde ter griffie van dit gerecht in te dienen, voor het eerst uiterlijk op
1 juni 2020.
3.6
Dit leidt tot de volgende beslissing.

4.DE BESLISSING

Het gerecht:
stelt [verweerder], geboren op [geboortedatum] 1961 in Aruba, onder curatele,
benoemt over de onder curatele gestelde tot curatrice zijn moeder, [verzoekster], geboren op [geboortedatum] 1938 in Aruba en wonende in Aruba,
bepaalt dat deze uitspraak vanwege de curatrice binnen tien (10) dagen nadat deze ten uitvoer kan worden gelegd, wordt geplaatst in de Landscourant van Aruba, alsmede in de dagbladen “DIARIO” en “AMIGOE DI ARUBA”.
Deze beschikking is gegeven door mr. N.K. Engelbrecht, rechter in dit gerecht, ter terechtzitting van dinsdag 18 juni 2019 in tegenwoordigheid van de griffier.