ECLI:NL:OGEAA:2019:443
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot pensioenregeling en schadevergoeding door voormalige werknemer van de Sociale Verzekeringsbank
In deze zaak heeft verzoekster, een voormalige werknemer van de Sociale Verzekeringsbank (SVb), een verzoek ingediend om de SVb te veroordelen tot onverkorte nakoming van haar verplichtingen met betrekking tot de pensioenregeling. Verzoekster stelt dat zij niet als deelnemer in het pensioenfonds is opgenomen, omdat zij op het moment van aansluiting slechts twee jaren verwijderd was van de pensioengerechtigde leeftijd. Hierdoor zou haar deelname aan de pensioenregeling minder dan vijf jaren hebben geduurd, wat volgens het pensioenreglement betekent dat zij geen aanspraak kan maken op pensioen. Verzoekster heeft ook schadevergoeding geëist van Afl. 256.094,--, vermeerderd met wettelijke rente, en stelt dat de SVb toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de overeenkomst.
De SVb heeft verweer gevoerd en gesteld dat verzoekster weliswaar is aangemeld, maar dat zij geen deelnemer is geworden van het pensioenfonds vanwege de bepalingen in het pensioenreglement. Het gerecht heeft vastgesteld dat de SVb zich terecht op het standpunt stelt dat de deelname van verzoekster aan de pensioenregeling beperkt werd door het pensioenreglement. Het gerecht heeft ook geoordeeld dat verzoekster op de hoogte was van haar situatie en dat de SVb niet gehouden was om een pensioenregeling voor haar te treffen.
Het verzoek van verzoekster is afgewezen, en zij is veroordeeld in de kosten van de procedure. De uitspraak is gedaan door mr. J. Sap op 9 juli 2019.