ECLI:NL:OGEAA:2019:43
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen het uitblijven van een beslissing op bezwaar inzake tijdelijke verblijfsvergunning
In deze zaak heeft appellant, wonende in Aruba, beroep ingesteld tegen de Minister van Justitie, Veiligheid en Integratie, vanwege het uitblijven van een beslissing op zijn bezwaar tegen de afwijzing van zijn verzoek om een tijdelijke verblijfsvergunning. De afwijzing vond plaats op 8 maart 2018, waarna appellant op 2 april 2018 bezwaar maakte. Het gerecht heeft vastgesteld dat er ten tijde van het sluiten van het onderzoek nog geen reële beslissing op het bezwaar was genomen. Dit leidde tot de conclusie dat de ongemotiveerde afwijzing niet in stand kon blijven.
Het gerecht heeft op 21 januari 2019 uitspraak gedaan en het beroep gegrond verklaard. De rechter heeft de bestreden fictieve beslissing vernietigd en bepaald dat de Minister binnen drie maanden na de uitspraak een reële beslissing moet nemen op het bezwaar van appellant. Tevens is gelast dat het door appellant gestorte griffierecht van Afl. 25,- wordt teruggegeven. De uitspraak is gedaan door mr. M. Soffers en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
Tegen deze uitspraak kunnen beide partijen binnen zes weken hoger beroep instellen bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie. Voor het indienen van het hoger beroep is een griffierecht van Afl. 75 verschuldigd.