ECLI:NL:OGEAA:2019:413

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
28 juni 2019
Publicatiedatum
10 juli 2019
Zaaknummer
638 van 2019
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Poging tot medeplegen van valsheid in geschrift met betaalpassen en waardekaarten

Op 28 juni 2019 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van poging tot medeplegen van valsheid in geschrift. De verdachte was betrokken bij het vervalsen van betaalpassen en waardekaarten, bedoeld voor het verkrijgen van betalingen langs geautomatiseerde weg. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van vijftien maanden, waarvan vijf maanden voorwaardelijk. Tijdens de zitting op 7 juni 2019 werd de verdachte bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. D.M. Canwood. De tenlastelegging omvatte twee feiten: het opzettelijk vervalsen van betaalpassen en het wegnemen van geldbedragen met valse sleutels. Het Gerecht oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor het eerste feit, waardoor de verdachte daarvan werd vrijgesproken. Voor het tweede feit werd eveneens vrijspraak uitgesproken, omdat niet kon worden bewezen dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de tenlastegelegde feiten. Het Gerecht achtte echter wel bewezen dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan het subsidiaire feit van poging tot medeplegen van valsheid in geschrift. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van vierhonderd dagen, waarvan honderdtwaalf dagen voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaren. Het Gerecht gelastte de onttrekking aan het verkeer van de in beslag genomen waardekaarten en verklaarde andere voorwerpen verbeurd.

Uitspraak

Parketnummer: P-2018/09321
Zaaknummer: 638 van 2018
Uitspraak: 28 juni 2019 Tegenspraak
Vonnis van dit Gerecht
in de strafzaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] in [geboorteplaats],
wonende in [woonplaats],
thans gedetineerd in het huis van bewaring in Aruba.

1.Onderzoek van de zaak

Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 7 juni 2019. De verdachte is verschenen, bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. D.M. Canwood, advocate in Aruba.
De officier van justitie, mr. C. Molle, heeft ter terechtzitting gevorderd dat het Gerecht het onder 1 primair ten laste gelegde bewezen zal verklaren en de verdachte daarvoor zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van vijftien maanden, waarvan vijf maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaren en aftrek van voorarrest.
Ter zake van het onder 2 ten laste gelegde heeft de officier van justitie vrijspraak gevorderd. Haar vordering behelst voorts de teruggave aan de verdachte van de inbeslaggenomen voorwerpen, zoals die zijn aangeduid op de aan dit vonnis gehechte beslaglijst (bijlage I), alsmede de verbeurdverklaring van de overige onder de verdachte inbeslaggenomen voorwerpen.
De raadsvrouw heeft, overeenkomstig de door haar aan het Gerecht en het openbaar ministerie overgelegde pleitnota, bepleit dat de verdachte zal worden vrijgesproken van de hem tenlastegelegde feiten.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is – na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting – ten laste gelegd dat:
Feit 1
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 september 2018 tot en met 13 september 2018 in Aruba, tezamen en in vereniging met anderen, althans alleen,
(telkens) opzettelijk meerdere, althans een of meer betaalpassen en/of een of meer waardekaarten en/of enige andere voor het publiek beschikbare kaarten en voor het publiek beschikbare dragers van identiteitsgegevens,
bestemd voor het verrichten of verkrijging van betalingen of andere prestaties langs geautomatiseerde weg,
te weten een of meer betaalpas(sen) en/of creditcard(s),
heeft vervalst,
met het oogmerk om het als echt en onvervalst te gebruiken en/of door anderen te doen gebruiken,
immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s), toen en daar op de magneetstrip van die (zogenoemde witte) passen, althans op (een) waardekaart(en),
valselijk de oorspronkelijke (magneetstrip) gegevens van (de) originele betaalpas(sen) gekopieerd/geladen en/of
de pincode van die rechtmatige betaalpashouder(s) en/of creditcardhouders(s) (op een onbewaakt moment) bemachtigd, in elk geval achterhaald
(ten gevolge waarvan met die passen/kaarten (een) betalingen en/of geldopname(s) te laste van de rechtmatige eigen(a)r(en) van die originele betaalpas(sen) en/of creditcard(s) mogelijk is/zijn geworden);
(artikel 2:185 Wetboek van Strafrecht)
Subsidiair:
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 september 2018 tot en met 13 september 2018 in Aruba tezamen en in vereniging met anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk
een of meer betaalpas(sen) en/of een of meer waardekaart(en) en/of enige andere voor het publiek beschikbare kaart(en) en/of voor het publiek beschikbare drager(s) van identiteitsgegevens, bestemd voor het verrichten of verkrijgen van betalingen of andere prestaties langs geautomatiseerde weg,
te weten een of meer betaalpas(sen) en/of creditcard(s), valselijk op te maken en/of te vervalsen,
door met een of meer van zijn mededader(s) op meerdere, althans een of meer pinautomaten/ATM apparaten (onder andere ter hoogte van Bright Bakery te Piedra Plat en/of Pos Chiquito ) een camera (met zicht op het toetsenbord van die pinautomaten) te plaatsen en/of op de betaalpasgleuf een opzetstuk/magneetstrip te plaatsen, althans skimapparatuur aan te brengen,
zulks met het oogmerk om het als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
(artikel 2:185 jo artikel 1:119 Wetboek van Strafrecht Aruba)
Feit 2
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 september 2018 tot en met 13 september 2018 in Aruba tezamen en in vereniging met anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen meerdere geldbedragen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan RBC Bank en/of cliënten van RBC Bank in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, door middel van een of meer valse sleutels, te weten valse en/of vervalste betaalpassen en/of creditcard(s) en/of waardekaarten;

3.Formele voorvragen

Het Gerecht stelt vast dat de dagvaarding geldig is, dat het bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.Vrijspraak van feiten 1 primair en 2

Ten aanzien van feit 1 primair (gekwalificeerde valsheid)
Anders dan de officier van justitie en met de raadsvrouw is het Gerecht van oordeel dat op basis van de zich in het dossier voorhanden zijnde stukken en het verhandelde ter terechtzitting niet met een voldoende mate van zekerheid kan worden vastgesteld dat de verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan het onder 1 primair ten laste gelegde, zodat de verdachte daarvan dient te worden vrijgesproken. Ter toelichting dient het volgende.
Uit de inhoud van het dossier en het verhandelde ter zitting komt het volgende naar voren. Op 6 september 2018 is een zogenaamde skimapparaat bij een ATM-machine van de RBC Bank Aruba (Piedra Plat) aangetroffen. Door medewerkers van de bank is de desbetreffende ATM-machine gecontroleerd, waarbij een in die machine bevestigde magneetstrip werd gevonden. Volgens de bank wordt met behulp van een dergelijke strip gegevens, waaronder de pincode, van een bankpas en/of waardekaart verkregen teneinde contanten uit een ATM-machine te kunnen opnemen. De medewerkers van de bank hebben ook de ter plekke opgenomen beveiligingscamera beelden – waarvan zich foto’s [1] in het dossier bevinden – bekeken en hebben drie mannelijke personen waargenomen, die op 5 september 2018 telkens verdachte handelingen verrichtten bij de ATM-machine. Op 10 september 2018 heeft de bank melding van klanten gekregen dat geld van hun rekening werd opgenomen.
Op een van voren vermelde foto’s is een man in een groen met wit T-shirt te zien, staande voor de onderhavige ATM-machine met een voorwerp in handen, terwijl diezelfde man op een andere foto met beide handen in de machine een handeling verricht. Ter terechtzitting heeft de verdachte zichzelf als de man in de groen met wit T-shirt herkend. Daarnaast zijn tijdens een huiszoeking bij het appartement van verdachte onder andere skimapparatuur en –attributen aangetroffen en inbeslaggenomen. Ook is een geheugenkaart aangetroffen, waarop het toetsenbord van een ATM-machine en de verdachte staan afgebeeld. Tevens is een postpakket geadresseerd aan de verdachte, inhoudende voorwerpen gelijksoortig aan die aangetroffen tijdens de huiszoeking, onderschept.
Het Gerecht komt, op grond van voren geschetste feiten en omstandigheden, tot de conclusie dat de verdachte samen met anderen skimapparatuur aan de ATM-machine heeft bevestigd. Het Gerecht is evenwel van oordeel dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voorhanden is dat de verdachte (een) betaalpas(sen) en/of waardekaart(en) heeft vervalst, nu niet is komen vast te staan dat hij gegevens van die pas(sen)/waardekaart(en) heeft gekopieerd, dan wel de pincode(s) daarvan heeft achterhaald. Het Gerecht acht het onder feit 1 primair ten laste gelegde derhalve niet bewezen en spreekt hem daarvan vrij.
Ten aanzien van feit 2
Het Gerecht is, overeenkomstig de standpunten van de officier van de justitie en de raadsvrouw, van oordeel dat niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het onder 2 ten laste gelegde, zodat de verdachte daarvan wordt vrijgesproken.

5.Bewezenverklaring

Het Gerecht acht wettig en overtuigend bewezen hetgeen aan de verdachte onder 1 subsidiair is ten laste gelegd, met dien verstande dat:
Feit 1
hij
op een of meer tijdstippenin
of omstreeksde periode van 1 september 2018 tot en met 13 september 2018 in Aruba tezamen en in vereniging met anderen,
althans alleen,ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen,
althans alleen, (telkens)opzettelijk een of meer betaalpas(sen) en/of een of meer waardekaart(en)
en/of enige andere voor het publiek beschikbare kaart(en) en/of voor het publiek beschikbare drager(s) van identiteitsgegevens, bestemd voor het verrichten of verkrijgen van betalingen of andere prestaties langs geautomatiseerde weg,
te weten een of meer betaalpas(sen) en/of creditcard(s), valselijk op te maken en/of te vervalsen,
door met een of meer van zijn mededader(s) op
meerdere, althanseen
of meer pinautomatenpinautomaat/ATM
apparatenapparaat(onder andereter hoogte van Bright Bakery te Piedra Plat
en/of Pos Chiquito) een camera (met zicht op het toetsenbord van die pinautomaten) te plaatsen en/ofop de betaalpasgleuf een
opzetstuk/magneetstrip te plaatsen, althans skimapparatuur aan te brengen,
zulks met het oogmerk om het als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Het Gerecht acht niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard, zodat hij daarvan zal worden vrijgesproken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten of omissies zijn verbeterd
(cursief). De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

6.Bewijsmiddelen

Indien tegen dit verkorte vonnis hoger beroep wordt ingesteld, worden de door het Gerecht gebruikte bewijsmiddelen die redengevend zijn voor de bewezen-verklaring opgenomen in een aanvulling op het vonnis. Deze aanvulling zal vervolgens aan het vonnis worden gehecht.

7.Strafbaarheid en kwalificatie van het bewezen verklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1, subsidiair:
poging tot medeplegen van valsheid in geschrift, gepleegd in betaalpassen en waardekaarten, bestemd voor het verrichten of verkrijgen van betalingen of andere prestaties langs geautomatiseerde weg,
strafbaar gesteld bij artikel 2:185, aanhef en onder g, junctis artikelen 2:184, 1:119 en 1:123 van het Wetboek van Strafrecht van Aruba.
Het bewezenverklaarde is strafbaar, nu geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid ervan opheffen of uitsluiten.

8.Strafbaarheid van de verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten.
De verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezen verklaarde.

9.Oplegging van straf

Bij de bepaling van de op te leggen straf wordt gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezen verklaarde is begaan, op de mate waarin de gedraging aan de verdachte is te verwijten en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Daarbij wordt rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde in verhouding tot andere strafbare feiten, zoals die onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijke strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd.
De verdachte heeft zich, samen met zijn mededaders, schuldig gemaakt aan poging tot het medeplegen van skimmen. Door aldus te handelen heeft de verdachte samen met anderen het openbaar vertrouwen in het betalingsverkeer – onder meer van de desbetreffende betaalpashouder(s) en creditcardhouder(s) – ernstig geschonden. In het hedendaagse economische betalingsverkeer wordt contant geld middels een transactie bij een pinautomaat verkregen, hetgeen met zich brengt dat een ieder in de samenleving erop moet kunnen vertrouwen dat dit een beschermde en betrouwbare financiële transactie is.
De verdachte is, zo blijkt uit zijn uittreksel uit het justitieel documentatieregister d.d. 13 februari 2019, niet eerder in Aruba voor enig strafbaar feit veroordeeld.
Naar het oordeel van het Gerecht kan gelet op de ernst van het bewezen verklaarde niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf die een onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming met zich brengt.
Het Gerecht is, na dit een en ander te hebben afgewogen, tot de slotsom gekomen dat na te noemen straf, passend en geboden is. De verdachte zal daartoe dan ook worden veroordeeld.

10.In beslag genomen voorwerpen

Aan de orde zijn voorts de onder de verdachte in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerpen.
A. Onttrekking aan het verkeer
De onder de verdachte inbeslaggenomen waardekaarten zijn vatbaar voor onttrekking aan het verkeer, nu het bewezen verklaarde met behulp van deze voorwerpen is begaan. Het Gerecht zal die dan ook onttrekken aan het verkeer.
B. Teruggave aan de verdachte
De navolgende onder de verdachte inbeslaggenomen voorwerpen:
- een rood en zwartkleurige pet met opschrift de letters “N” en “Y” op elkaar
- een zwartkleurig brilhoesje van het merk VULK inhoudende een leesbril met blauw en paarse frame van het merk “Arnette”
- een afschrift van een huurcontract van een Kia Picanto ([kentekennummer]) ten name van [verdachte]
- een zwarte pet met opschrift de letters “NYC”
- twee munten van vijf Arubaanse florin (2 x Afl. 5), zes munten van één Arubaanse florin (6 x Afl. 1,-), een munt van vijfentwintig Arubaanse cent (1 x Afl. 0.25,-), een munt van vijf Arubaanse cent (1 x Afl. 0.05,-) en een autosleutel
- een zwarte leesbril van het merk Dolce & Cabana
- een groene T-shirt
- twee sleutels met een blauwe sleutelhanger (opener) waarvan een van de sleutels van de kluis is
- vier bankbiljetten van honderd Arubaanse florin (4 x Afl. 100,-) met serienummers [serienummers]
- een goudkleurige mobiele telefoon van het merk Samsung model Galaxy S6 edge plus SM-G928G
- bruine leren portemonnee inhoudende: een bankbiljet van vijftig Arubaanse florin (1 x Afl. 50,-); een bankbiljet van vijfentwintig Arubaanse florin (1 x Afl. 25,-); een bankbiljet van één Amerikaanse dollar (1 x US$1,-), een identiteitsbewijs van Republica Dominicana, een rijbewijs van Spanje, een rijbewijs van Republica Dominicana ten name van [verdachte], een Travel Club Card, een kaartje Banco BHD Leon en een Visa Card van Banco BHD LEON
- een grijze motorvoertuig van het merk Hyundai Igrand 10 met kentekennummer [kentekennummer],
behoren toe aan de verdachte. Het Gerecht zal de teruggave daarvan aan hem gelasten, nu die voorwerpen niet vatbaar zijn voor verbeurdverklaring dan wel onttrekking aan het verkeer.
C. Verbeurdverklaring
De overige onder de verdachte inbeslaggenomen voorwerpen zijn vatbaar voor verbeurdverklaring. De voorwerpen behoren immers toe aan de verdachte en zijn voorwerpen met behulp van welke het bewezenverklaarde feit is begaan of voorbereid. Het Gerecht zal daarom de verbeurdverklaring gelasten.

12.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf en maatregel zijn, behalve op de reeds aangehaalde wettelijke voorschriften, gegrond op de artikelen 1:19, 1:20, 1:62, 1:67, 1:68, 1:74, 1:75 en 1:136 van het Wetboek van Strafrecht van Aruba.
BESLISSING
Het Gerecht:
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte onder 1 primair en 2 ten laste is gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 subsidiair tenlastegelegde feit, zoals hierboven bewezen geacht, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
kwalificeert het bewezen verklaarde als hiervoor omschreven;
verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en de verdachte daarvoor strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de
vierhonderd (400) dagen;
beveelt dat de tijd die door de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht;
bepaalt dat een gedeelte van deze straf, groot
honderdtwaalf (112) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
drie (3) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt;
beveelt de onttrekking aan het verkeer van de in rubriek 10A genoemde voorwerpen;
gelast de teruggave aan de verdachte van de in rubriek 10B genoemde voorwerpen;
verklaart verbeurd de in rubriek 10C in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerpen;
heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van verdachte met ingang van heden.
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. S. Verheijen, bijgestaan door mw. M.E. Kelly, (zittingsgriffier), en op 28 juni 2019 in tegenwoordigheid van de griffier uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Gerecht in Aruba.
uitspraakgriffier:

Voetnoten

1.Zie proces-verbaal van bevinding gesprekken en foto’s verdachte d.d. 15 september 2018 (bijlagenummer 2.2.)