ECLI:NL:OGEAA:2019:358
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Vonnis in kort geding betreffende ontruiming en betaling van achterstallige huur
In deze zaak, die diende voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft eiseres een kort geding aangespannen tegen gedaagde, die niet verschenen was. De procedure begon met een verzoekschrift en een mondelinge behandeling op 7 juni 2019. Eiseres vorderde ontruiming van een door gedaagde gehuurde woning en betaling van achterstallige huur van Afl. 3.850,-, vermeerderd met rente en kosten. Eiseres stelde dat zij de huurovereenkomst met gedaagde had opgezegd per 1 april 2019, na toestemming van de Huurcommissie op 11 oktober 2018. Gedaagde weigerde echter te vertrekken en had sinds juli 2018 de huur niet betaald.
Het gerecht verleende verstek aan gedaagde, die behoorlijk was opgeroepen. De stellingen van eiseres werden niet weersproken, en het gerecht oordeelde dat de vordering niet onrechtmatig of ongegrond was. De ontruimingstermijn werd vastgesteld op 14 dagen, en de wettelijke rente werd toegewezen vanaf de datum van het verzoek. Gedaagde werd ook veroordeeld in de kosten van het geding.
In de uitspraak werd gedaagde veroordeeld om binnen 14 dagen na betekening van het vonnis het appartement te ontruimen, met afgifte van de sleutels aan eiseres. Daarnaast moest gedaagde het bedrag van Afl. 3.850,- betalen, vermeerderd met wettelijke rente, en werd hij veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van eiseres werden begroot op Afl. 450,- aan griffierecht, Afl. 245,34 aan explootkosten en Afl. 2.500,- aan salaris van de gemachtigde. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen.