ECLI:NL:OGEAA:2019:316
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielverzoek op grond van politieke vervolging en behandeling onder artikel 3 EVRM
In deze zaak heeft de rechter van het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 3 mei 2019 uitspraak gedaan in een verzoek ex artikel 54 van de Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar) van een Venezolaanse verzoeker. De verzoeker had op 18 mei 2018 een asielaanvraag ingediend, die door de Minister van Justitie, Veiligheid en Integratie was afgewezen. De verzoeker stelde te vrezen voor vervolging vanwege zijn politieke overtuiging, omdat hij in juli 2014 had gedeserteerd uit de Marine Infanterie en sindsdien door militairen werd gezocht. De rechter heeft echter geoordeeld dat niet aannemelijk is gemaakt dat de verzoeker na terugkeer naar Venezuela daadwerkelijk vervolging zal ondervinden of dat hij zal worden onderworpen aan een behandeling die in strijd is met artikel 3 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). De rechter heeft daarbij overwogen dat de verzoeker in het verleden zonder problemen naar Curaçao kon reizen en dat hij een binnenlands vestigingsalternatief had in Valencia. De algemene veiligheidssituatie in Venezuela, hoewel zorgelijk, rechtvaardigt niet de conclusie dat de verzoeker een reëel risico loopt op een behandeling in strijd met het EVRM. Daarom heeft de rechter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen en het asielverzoek van de verzoeker niet gehonoreerd.