Uitspraak
1.HET PROCESVERLOOP
2.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN
3.DE BEOORDELING
4.DE UITSPRAAK
vrijdag 7 juni 2019 om 14:30uur in de enquête zaal van het in Aruba te J.G. Emanstraat nr. 51 gelegen gerechtsgebouw;
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak, die voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba is behandeld, gaat het om de verdeling van de ontbonden huwelijksgoederengemeenschap tussen twee partijen, [eiseres] en [gedaagde], na hun echtscheiding. De partijen zijn op 24 februari 2009 in Aruba gehuwd in gemeenschap van goederen en hebben geen huwelijkse voorwaarden opgesteld. De echtscheiding is uitgesproken op 5 januari 2015 en ingeschreven op 10 februari 2015. De eiseres verzoekt om een uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis voor de verdeling van de gemeenschap, terwijl de gedaagde verweer voert en ook om kosteloos procederen verzoekt.
Het Gerecht heeft vastgesteld dat beide partijen niet in staat zijn de kosten van de procedure te dragen en verleent hen verlof tot kosteloos procederen. De verdeling van de gemeenschap omvat onder andere de echtelijke woning, een hypothecaire lening, inboedel, en mogelijke belastingrestituties. Het Gerecht oordeelt dat de eiseres recht heeft op de borgstelling die zij heeft gedaan voor een persoonlijke lening, en dat de gedaagde een gebruiksvergoeding verschuldigd is voor het gebruik van de woning na de echtscheiding.
De uitspraak bevat ook bepalingen over de te volgen procedure voor de comparitie van partijen, waarbij zij in persoon moeten verschijnen om nadere inlichtingen te verstrekken en te beproeven of een minnelijke regeling mogelijk is. Het Gerecht houdt iedere verdere beslissing aan en bepaalt dat partijen uiterlijk op 7 juni 2019 om 14:30 moeten verschijnen voor de zitting.