Uitspraak
,
1.DE PROCEDURE
2.DE VASTSTAANDE FEITEN
3.DE VORDERING
4.DE BEOORDELING
.
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de verzoeker, een werknemer van de vennootschap Riu Palace Antillas, een verzoek ingediend naar aanleiding van een bedrijfsongeval dat plaatsvond op 29 september 2014. De verzoeker, die als 'houseman' werkte, raakte gewond aan zijn rechterpink tijdens het uitvoeren van zijn werkzaamheden. Hij heeft Riu aansprakelijk gesteld voor de schade die hij heeft geleden als gevolg van dit ongeval, stellende dat de werkgever tekortgeschoten is in haar zorgplicht. De verzoeker heeft verzocht om schadevergoeding en om kosteloos te mogen procederen.
De procedure omvatte een rolbeschikking en een mondelinge behandeling. De rechter heeft vastgesteld dat de verzoeker arbeidsongeschikt was verklaard door de Sociale Verzekeringsbank en dat de arbeidsovereenkomst met Riu is beëindigd. De rechter heeft de feiten en omstandigheden van het ongeval beoordeeld, waarbij werd gekeken naar de zorgplicht van de werkgever volgens artikel 1614x lid 1 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba. De rechter oordeelde dat Riu niet tekort was geschoten in haar zorgplicht, aangezien de verzoeker zelf invloed had op het gewicht van de kar die hij moest bedienen en dat hij als ervaren werknemer had moeten rekening houden met de risico's van zijn werkzaamheden.
De rechter heeft ook geoordeeld dat Riu niet onrechtmatig heeft gehandeld door geen passend werk aan de verzoeker aan te bieden na het ongeval, omdat er geen bewijs was dat de verzoeker in staat was om vervangende arbeid te verrichten. De vordering van de verzoeker werd afgewezen, en hij werd veroordeeld in de proceskosten van Riu. De uitspraak werd gedaan op 2 april 2019 door rechter mr. J. Sap.