ECLI:NL:OGEAA:2019:191

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
27 maart 2019
Publicatiedatum
11 april 2019
Zaaknummer
AUA201803735
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Opheffing van beslag onder voorwaarden in kort geding met betrekking tot overleden gedaagden

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is op 27 maart 2019 een vonnis in kort geding uitgesproken. De eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. E.E. Rosenstand, had een verzoek ingediend tot opheffing van beslag dat op een perceel was gelegd. Dit beslag was eerder opgeheven onder de voorwaarde dat een bedrag van Afl. 9.000,-- onder de notaris zou blijven rusten, totdat duidelijkheid zou zijn verkregen over de status van de gedaagden.

De procedure volgde op een eerdere uitspraak van 30 november 2018, waarin het gerecht had vastgesteld dat er onduidelijkheid bestond over het leven van de gedaagden. Eiser werd in de gelegenheid gesteld om aan te tonen dat de gedaagden overleden waren, wat cruciaal was voor de vrijgave van het bedrag. Tijdens de behandeling op 13 februari 2019 heeft eiser twee overlijdensakten overgelegd, waaruit bleek dat zowel mevrouw [gedaagde 1] als de heer [gedaagde 2] waren overleden, respectievelijk op 5 oktober 1974 en 1 september 2013. Tot op heden hadden zich geen erfgenamen gemeld.

Op basis van deze informatie heeft het gerecht besloten dat het bedrag van Afl. 9.000,-- door de notaris aan de eiser zal worden vrijgegeven. Het gerecht heeft ook bepaald dat er geen proceskostenveroordeling zal plaatsvinden, gezien de omstandigheden van de zaak. Dit vonnis is uitgesproken door rechter mr. J. Sap tijdens een openbare terechtzitting.

Uitspraak

Vonnis in kort geding van 27 maart 2019
Behorend bij AUA201803735
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS IN KORT GEDING
in de zaak van:
[eiser],
te Colombia,
eiser,
gemachtigde: de advocaat mr. E.E. Rosenstand,
tegen:
[gedaagde 1],
[gedaagde 2],
te Aruba,
gedaagden,
niet verschenen.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:
- het vonnis van 30 november 2018;
- de akte zijdens eiser, genomen op de rol van 13 februari 2019.
1.2
Aan eiser is medegedeeld dat vandaag vonnis zal worden gegeven.

2.DE VERDERE BEOORDELING

2.1
Bij vonnis van dit gerecht d.d. 30 november 2018 heeft de rechter, voor zover van belang, beslist dat het op het perceel [adres] gelegde beslag wordt opgeheven, onder de voorwaarde dat het bedrag van Afl. 9.000,-- onder de notaris blijft rusten. Dit laatste omdat er onduidelijkheid bestond over de vraag of gedaagden nog in leven zijn.
2.2
Tijdens de behandeling van de zaak heeft de rechter aan eiser medegedeeld dat bovengenoemd bedrag wordt vrijgegeven indien eiser aantoont dat gedaagden overleden zijn. Eiser is in de gelegenheid gesteld om het voorgaande aan te tonen middels het overleggen van stukken.
2.3
Op de rol van 13 februari 2019 heeft eiser twee overlijdensakten overgelegd. Uit deze akten blijkt dat zowel mevrouw [gedaagde 1] als de heer [gedaagde 2] zijn overleden op 5 oktober 1974, respectievelijk op 1 september 2013. Tot op heden hebben zich geen erfgenamen gemeld. Gelet hierop zal het gerecht bepalen dat bovengenoemd bedrag van Afl. 9.000,-- door de notaris zal worden vrijgegeven.
2.4
Gelet op de omstandigheden van het geval, zal geen proceskostenveroordeling worden uitgesproken.

3.DE UITSPRAAK

Het gerecht:
bepaalt dat het bedrag van Afl. 9.000,--, dat onder de notaris rust, door de notaris aan eisers wordt vrijgegeven.
Dit vonnis is gewezen door mr. J. Sap, rechter, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 27 maart 2019 in aanwezigheid van de griffier.