ECLI:NL:OGEAA:2019:191
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Opheffing van beslag onder voorwaarden in kort geding met betrekking tot overleden gedaagden
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is op 27 maart 2019 een vonnis in kort geding uitgesproken. De eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. E.E. Rosenstand, had een verzoek ingediend tot opheffing van beslag dat op een perceel was gelegd. Dit beslag was eerder opgeheven onder de voorwaarde dat een bedrag van Afl. 9.000,-- onder de notaris zou blijven rusten, totdat duidelijkheid zou zijn verkregen over de status van de gedaagden.
De procedure volgde op een eerdere uitspraak van 30 november 2018, waarin het gerecht had vastgesteld dat er onduidelijkheid bestond over het leven van de gedaagden. Eiser werd in de gelegenheid gesteld om aan te tonen dat de gedaagden overleden waren, wat cruciaal was voor de vrijgave van het bedrag. Tijdens de behandeling op 13 februari 2019 heeft eiser twee overlijdensakten overgelegd, waaruit bleek dat zowel mevrouw [gedaagde 1] als de heer [gedaagde 2] waren overleden, respectievelijk op 5 oktober 1974 en 1 september 2013. Tot op heden hadden zich geen erfgenamen gemeld.
Op basis van deze informatie heeft het gerecht besloten dat het bedrag van Afl. 9.000,-- door de notaris aan de eiser zal worden vrijgegeven. Het gerecht heeft ook bepaald dat er geen proceskostenveroordeling zal plaatsvinden, gezien de omstandigheden van de zaak. Dit vonnis is uitgesproken door rechter mr. J. Sap tijdens een openbare terechtzitting.