ECLI:NL:OGEAA:2019:133
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Tussenuitspraak
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak in civiele procedure over vermeerdering van eis en goede procesorde
In de zaak tussen [Opposant], procederend in persoon, en de naamloze vennootschap B.J. Jara Contractor N.V., vertegenwoordigd door advocaat mr. G. de Hoogd, heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 27 februari 2019 een tussenuitspraak gedaan. De procedure is gestart met een tussenvonnis op 5 december 2018, waarin een comparitie van partijen is gelast. Tijdens de comparitie op 24 januari 2019 heeft Jara Contractor een conclusie van antwoord in oppositie en een akte vermeerdering van eis ingediend. [Opposant] heeft aangegeven dat hij niet voldoende gelegenheid had om op deze stukken te reageren.
Het Gerecht heeft geoordeeld dat, gezien het tijdstip van indienen van de conclusie en akte, een goede procesorde vereist dat [Opposant] de kans krijgt om hierop te reageren. Daarom is de zaak verwezen naar de rol van woensdag 27 maart 2019, waar [Opposant] een akte kan indienen. Jara Contractor krijgt vervolgens de gelegenheid om een antwoordakte in te dienen. Het Gerecht heeft verder besloten om iedere verdere beslissing aan te houden tot de volgende rolzitting.
De uitspraak is gedaan door mr. S. Verheijen en werd openbaar uitgesproken op 27 februari 2019 in aanwezigheid van de griffier.