In deze beschikking van het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, gedateerd 26 februari 2019, wordt het verzoek behandeld van verzoeker 1 en verzoekster 2, die beiden in Aruba wonen. Het verzoek betreft de ontkenning van het vaderschap van de juridische vader en de erkenning van het vaderschap door verzoeker 1. De procedure is voortgekomen uit een eerdere beschikking van 29 mei 2018 en is verder onderbouwd door DNA-onderzoek dat op 30 augustus 2018 is ingediend. Dit DNA-onderzoek toont aan dat verzoeker 1 met 99,99% zekerheid de biologische vader is van de minderjarige, die in deze zaak als belanghebbende is aangeduid.
Tijdens de mondelinge behandeling op 6 november 2018 waren de verzoekers aanwezig, evenals een vertegenwoordiger van de Voogdijraad. De juridische vader heeft in een schriftelijke verklaring ingestemd met het verzoek tot ontkenning van zijn vaderschap en heeft ook ingestemd met de erkenning van de minderjarige door verzoeker 1. De rechtbank heeft vervolgens geoordeeld dat het verzoek van de moeder tot ontkenning van het vaderschap van de juridische vader zal worden toegewezen.
De beslissing van het gerecht houdt in dat verzoeker 1 niet-ontvankelijk wordt verklaard in zijn verzoek tot ontkenning van het vaderschap, terwijl het verzoek van verzoekster 2 tot ontkenning van het vaderschap van de juridische vader wordt toegewezen. Tevens wordt verzoeker 1 toestemming verleend om de minderjarige te erkennen. Deze beschikking is gegeven door mr. M. Soffers, rechter in dit gerecht, in tegenwoordigheid van de griffier.