ECLI:NL:OGEAA:2019:12
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-tijdige indiening van beroep tegen uitblijven beslissing op bezwaarschriften inzake verblijfsvergunningen
In deze zaak heeft appellant, wonend in Aruba, beroep ingesteld tegen het uitblijven van een beslissing op zijn bezwaarschriften met betrekking tot de afwijzing van verzoeken om verblijfsvergunning voor zijn kinderen op grond van gezinshereniging. Appellant had op 27 januari 2017 bezwaar gemaakt tegen de beschikkingen van de minister van Justitie, Veiligheid en Integratie, die op 13 januari 2017 waren afgegeven. Echter, het beroep is pas op 9 mei 2018 ingediend, wat buiten de wettelijke termijn viel. De Landsverordening Administratieve Rechtspraak (Lar) vereist dat een beroepschrift binnen vierentwintig weken na het indienen van het bezwaarschrift moet worden ingediend. De uiterste datum voor indiening was 17 juli 2017, maar appellant heeft deze termijn overschreden.
Het gerecht heeft appellant de gelegenheid gegeven om aan te tonen dat hij het beroepschrift tijdig had ingediend, maar de ingediende brief op 31 juli 2018 was niet tijdig, aangezien de uiterste indieningsdatum 24 juli 2018 was. Gezien deze omstandigheden heeft het gerecht geoordeeld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is. De rechter heeft in de uitspraak aangegeven dat het beroep niet-ontvankelijk wordt verklaard en dat de appellant bij het indienen van een hoger beroep aan bepaalde voorwaarden moet voldoen, waaronder het betalen van griffierecht. De uitspraak is gedaan door mr. A.J.H. van Suilen op 7 januari 2019.