ECLI:NL:OGEAA:2018:801
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Geschil over huwelijkse voorwaarden en eigendomsrechten in huwelijksgemeenschap
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft verzoekster, de dochter, een verzoek ingediend tegen haar vader, verweerder, met betrekking tot de huwelijkse voorwaarden en eigendomsrechten. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 26 juni 2018 werd ingediend. Tijdens de mondelinge behandeling op 16 oktober 2018 was verzoekster aanwezig, terwijl de vader werd vertegenwoordigd door zijn advocaat, mr. J.M.R.F. Scheper. De uitspraak vond plaats op 11 december 2018.
Verzoekster is geboren in 1980 uit het huwelijk tussen haar vader en haar moeder. Het huwelijk werd op 20 december 1978 voltrokken, en op dezelfde dag werd een akte van huwelijkse voorwaarden opgemaakt. Verzoekster stelt dat haar vader heeft aangegeven dat er geen huwelijkse voorwaarden van kracht zijn en dat hij in gemeenschap van goederen is getrouwd. De vader betwist dit en verwijst naar de akte van huwelijkse voorwaarden.
Het Gerecht heeft vastgesteld dat de ouders van verzoekster zijn getrouwd onder huwelijkse voorwaarden, en dat de akten van eigendomsoverdracht uitsluitend op naam van de vader staan. De vermelding van een huwelijk in gemeenschap van goederen in de akten is onjuist en kan niet leiden tot de conclusie dat het huwelijk in strijd met de huwelijkse voorwaarden is gesloten. Het verzoek van verzoekster is afgewezen, en de proceskosten zijn gecompenseerd, waarbij iedere partij zijn eigen kosten draagt.