ECLI:NL:OGEAA:2018:800

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
11 december 2018
Publicatiedatum
3 januari 2019
Zaaknummer
AUA201801886
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontzetting uit ouderlijk gezag wegens grove verwaarlozing en mishandeling

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 11 december 2018 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontzetting van de moeder uit het ouderlijk gezag over haar minderjarige kind. De Voogdijraad had het verzoek ingediend, waarbij de moeder werd beschuldigd van grove verwaarlozing en fysieke mishandeling van de minderjarige. De minderjarige, geboren in Haïti, was niet erkend en de moeder oefende het ouderlijk gezag alleen uit. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 28 juni 2018 was ingediend, gevolgd door een mondelinge behandeling op 16 oktober 2018, waarbij de moeder en een vertegenwoordiger van de Voogdijraad aanwezig waren.

De feiten wezen op ernstige mishandeling en verwaarlozing. De Voogdijraad had melding gekregen van mishandeling door de moeder, die de minderjarige met een klerenhanger zou hebben geslagen. De minderjarige was na dit voorval bij haar groottante geplaatst en had sindsdien geen contact meer met de moeder. De moeder had niet meegewerkt aan het onderzoek van de Voogdijraad en had haar nieuwe woonadres niet doorgegeven. Het onderzoek toonde aan dat de minderjarige blootgesteld was aan verwaarlozing en mishandeling, en dat de moeder niet zorgde voor de juridische status van het kind.

Het gerecht oordeelde dat er sprake was van grove verwaarlozing en dat het in het belang van de minderjarige noodzakelijk was om de moeder uit het ouderlijk gezag te ontzetten. De voorgestelde voogd, de groottante van de minderjarige, werd benoemd tot voogdes. De beschikking werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht was, ondanks eventuele rechtsmiddelen die de moeder zou kunnen aanwenden.

Uitspraak

Beschikking van 11 december 2018
Behorend bij AUA201801886
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van:
DE VOOGDIJRAAD,
kantoorhoudend in Aruba,
VERZOEKER,
vertegenwoordigd.
Belanghebbenden:
[naam moeder],de moeder,
[naam minderjarige],de minderjarige,
[naam groottante],de groottante moederszijde tevens voorgestelde voogdes.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ingediend op 28 juni 2018;
  • de griffiersaantekeningen van de mondelinge behandeling van 16 oktober 2018, waaruit blijkt dat zijn verschenen de moeder in persoon. Namens de Voogdijraad was aanwezig de heer M. Loopstok.
De uitspraak is bepaald op heden.

2.DE FEITEN

Uit de moeder is op [geboortedatum] in Haïti geboren [naam minderjarige] (hierna: de minderjarige). De minderjarige is niet erkend. De moeder oefent van rechtswege het ouderlijk gezag over de minderjarige alleen uit.

3.HET VERZOEK

Het verzoek strekt tot ontzetting van de moeder uit het ouderlijk gezag over de minderjarige met benoeming van [naam groottante] tot voogdes.

4.DE BEOORDELING

4.1
Voor zover hier van belang bepaalt artikel 1:269 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (BWA) dat de rechter, indien hij het in het belang van het kind noodzakelijk oordeelt, een ouder van het ouderlijk gezag kan ontzetten, om reden van misbruik van gezag of grove verwaarlozing van de verzorging of opvoeding van een of meer kinderen.
4.2
In het rapport van de Voogdijraad van 25 juni 2018 staat het volgende vermeld.
Op 15 februari 2018 heeft de Voogdijraad melding gekregen van Bureau Sostenemi dat de minderjarige fysiek is mishandeld. De moeder zou de minderjarige op die dag met een klerenhanger hebben geslagen, omdat zij niet op tijd klaar was om naar school te gaan. De minderjarige is na het gebeurde bij groottante moederszijde geplaatst. Sindsdien heeft de minderjarige geen contact meer met moeder gehad en zou moeder niet meer naar de minderjarige hebben gevraagd.
Gedurende het onderzoek is moeder verhuisd. Het nieuwe woonadres heeft zij niet aan de Voogdijraad door te geven. Moeder heeft niet meegewerkt aan het onderzoek van de Voogdijraad. Een huisbezoek aan het nieuwe woonadres was om die reden dan ook niet mogelijk.
4.3
Uit het onderzoek van de Voogdijraad is gebleken dat de minderjarige door toedoen en/of nalaten van de moeder blootgesteld is aan verwaarlozing en fysieke en emotionele mishandeling met voorwerpen. De minderjarige wordt gebonden en met voorwerpen geslagen. Verder is gebleken dat de minderjarige, die inmiddels 5 jaar op het eiland verblijft, niet in het bezit is van een azv-pas omdat de moeder in al die jaren niet ervoor heeft gezorgd dat de juridische status van het kind werd geregeld. Moeder ontkent dat zij de minderjarige fysiek mishandelt. Zij geeft aan dat het deel uitmaakt van haar cultuur om de minderjarige op een dergelijke wijze te corrigeren. Voorts is gebleken dat de verhouding tussen de moeder en het kind ernstig verstoord is en dat de houding van de moeder ten opzichte van het kind hatelijk is. De minderjarige is veelvuldig slachtoffer geweest van ernstige verwaarlozing, emotionele en fysieke mishandeling door haar moeder. De Voogdijraad concludeert dat de minderjarige, indien moeder belast blijft met het gezag, blijvend bedreigd zal zijn met grove verwaarlozing van de verzorging en opvoeding alsmede met fysieke mishandeling met voorwerpen.
4.4
Het gerecht is gelet op het bovenstaande van oordeel dat er sprake is van grove verwaarlozing van de verzorging en opvoeding van de minderjarige en acht het in het belang van de minderjarige noodzakelijk dat de moeder uit het ouderlijk gezag over haar wordt ontzet.
4.5
In het gezag over de minderjarige dient dan te worden voorzien. De voorgestelde voogd is bereid de voogdij over de minderjarige te aanvaarden. Nu overigens niet is gebleken van bezwaren hiertegen, zal het gerecht het verzoek van de Voogdijraad om genoemde [naam groottante] tot voogdes te benoemen, toewijzen.

5.DE BESLISSING

Het gerecht:
ontzet de moeder [naam moeder] uit het ouderlijk gezag over [naam minderjarige], geboren op [geboortedatum] in Haïti,
benoemt [naam groottante] tot voogdes over de minderjarige,
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven op dinsdag, 11 december 2018 door de rechter mr. S. Verheijen in tegenwoordigheid van de griffier.