ECLI:NL:OGEAA:2018:787

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
10 december 2018
Publicatiedatum
3 januari 2019
Zaaknummer
AUA201801645
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen het uitblijven van een beslissing op een bezwaarschrift voor een watersportvergunning

In deze zaak heeft DE DOLLE BOOT WATERSPORTS N.V. op 1 februari 2018 een bezwaarschrift ingediend tegen het uitblijven van een beslissing op haar verzoek voor het verkrijgen van een watersportvergunning. Aangezien de Minister van Transport, Communicatie en Primaire Sector geen verweerschrift heeft ingediend, heeft appellante op 12 juni 2018 beroep ingesteld bij het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba. De rechter heeft vastgesteld dat er ten tijde van het sluiten van het onderzoek nog geen reële beslissing op het bezwaar is genomen. Dit, in combinatie met het feit dat verweerder geen verweer heeft gevoerd, leidt tot de conclusie dat de ongemotiveerde, als afwijzende beslissing op het bezwaar geldende, beslissing niet in stand kan blijven.

De rechter heeft het beroep gegrond verklaard en de bestreden beslissing vernietigd. Verweerder is opgedragen om binnen drie maanden na de uitspraak een reële beslissing te nemen op het bezwaar van appellante. Tevens is verweerder veroordeeld tot betaling van de kosten van het geding, begroot op Afl. 500,- aan gemachtigdensalaris. Het door appellante gestorte griffierecht van Afl. 25,- dient aan haar te worden terugbetaald. De uitspraak is gedaan door mr. D.J. Jansen en is openbaar uitgesproken op 10 december 2018. Beide partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken na de uitspraak hoger beroep in te stellen bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie.

Uitspraak

Uitspraak van 10 december 2018
Lar nr. AUA201801645
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
UITSPRAAK
op het beroep in de zin van de
Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar) van:
DE DOLLE BOOT WATERSPORTS N.V.,
gevestigd in Aruba,
APPELLANTE,
gemachtigde: de advocaat J.A. Saade LLM,
gericht tegen:
de Minister van Transport, Communicatie en Primaire Sector,
zetelend in Aruba,
VERWEERDER.

1.PROCESVERLOOP

Appellante heeft op 1 februari 2018 een bezwaarschrift ingediend tegen het uitblijven van een beslissing op het verzoek voor het verkrijgen van een watersportvergunning.
Tegen het uitblijven van een beslissing op het bezwaar heeft appellante op 12 juni 2018 beroep ingesteld bij dit gerecht.
Verweerder heeft geen verweerschrift ingediend.
Uitspraak is bepaald op heden.

2.OVERWEGINGEN

2.1
Het gerecht overweegt dat appellante tijdig in beroep is gekomen tegen het uitblijven van een beslissing op haar bezwaarschrift.
2.2
Ingevolge artikel 32, onder c en onder e, van de Lar kan het gerecht onmiddellijk uitspraak doen indien de beslissing waartegen het beroep is gericht, kennelijk niet in stand kan blijven, alsmede indien het bestuursorgaan binnen de gestelde termijn geen verweerschrift heeft ingediend.
De vaststelling dat ten tijde van het sluiten van het onderzoek nog geen reële beslissing op het bezwaar is genomen en de omstandigheid dat geen verweer door verweerder is gevoerd, maken dat de ongemotiveerde, als afwijzende beslissing op het bezwaar geldende, beslissing kennelijk niet in stand kan blijven. Het beroep zal gegrond worden verklaard. Verweerder dient binnen drie maanden na deze uitspraak een reële beslissing te nemen.
2.3
Nu appellante met recht in beroep is gekomen en zich bij gemachtigde heeft laten vertegenwoordig, is aannemelijk geworden dat appellante hiertoe noodzakelijke kosten heeft gemaakt. Verweerder zal worden veroordeeld in de kosten van dit geding, begroot op een bedrag van Afl. 500,- aan gemachtigdensalaris.

3.BESLISSING

De rechter in dit gerecht:
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de bestreden fictieve afwijzende beslissing op het bezwaar van appellante;
- bepaalt dat verweerder binnen drie maanden na dagtekening van deze uitspraak een reële beslissing dient te nemen op het bezwaar van appellante;
- veroordeelt verweerder tot betaling van de door appellante voor dit geding gemaakte kosten aan rechtskundige bijstand, begroot op Afl. 500,-;
- gelast dat het door appellante gestorte griffierecht van Afl. 25,- aan haar wordt terugbetaald.
Deze beslissing is gegeven door mr. D.J. Jansen, rechter in dit gerecht, en uitgesproken ter openbare terechtzitting op maandag, 10 december 2018, in aanwezigheid van de griffier.
Tegen deze uitspraak kunnen beide partijen binnen zes weken na dagtekening van deze uitspraak hoger beroep instellen bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie (LAR-zaken).
Het hogerberoepschrift moet worden ingediend bij de griffie van dit Gerecht.
U wordt verzocht bij het indienen van het hogerberoepschrift het volgende in acht te nemen:
1. Leg bij het hogerberoepschrift een afschrift over van deze uitspraak;
2. Onderteken het hogerberoepschrift en vermeld het volgende:
a. de naam en het adres van de indiener of de gemachtigde,
b. de dag van ondertekening,
c. waartegen u in hoger beroep komt,
d. waarom u het niet eens bent met deze uitspraak (de gronden van het hoger beroep).
Voor het instellen van hoger beroep is een griffierecht van Afl. 75 verschuldigd.